Hoe worden de successierechten berekend in België?
In België zijn de successierechten – of “erfbelasting” zoals de officiële term in Vlaanderen is – zeer hoog. Dat wordt algemeen beweerd. Maar is het ook waar? En hoe wordt die belasting eigenlijk berekend? Je ontdekt het hier.

Wanneer een persoon overlijdt, moeten de personen die in de nalatenschap van de betrokkene delen – de erfgenamen dus – een aangifte van nalatenschap indienen. Daarin moeten ze opsommen welke goederen ze erven (vastgoed, geld, juwelen, aandelen, uitkering van een verzekering enz.) en hoeveel die waard zijn.
Op basis daarvan berekent de fiscus dan hoeveel elke erfgenaam aan successierechten verschuldigd is. Terug naar boven
Hoe worden de successierechten berekend?
Het tarief van de successierechten, dat eigenlijk bestaat uit een schaal met progressieve percentages, hangt van diverse factoren af:
- het gewest
- de verwantschap met de overledene
- de nettowaarde van de nalatenschap.
Meestal worden de successierechten voor elk erfdeel afzonderlijk berekend, dus per erfgenaam, maar in Vlaanderen en in Brussel is dat niet altijd het geval.
Zo worden successierechten berekend
Terug naar boven
Successierechten: verminderingen, abattementen en vrijstellingen
In België wordt de rekening van de successierechten in bepaalde gevallen in zekere mate beperkt. Daar bestaan verschillende mechanismen voor: verminderingen, abattementen en vrijstellingen. Ze worden voornamelijk toegepast voor de gezinswoning en voor de erfgenamen in rechte lijn en de huwelijkspartner of de wettelijk samenwonende partner.
Maar er geldt ook een verlaagd tarief wanneer de nalatenschap de overdracht betreft van een familiale onderneming of vennootschap of wanneer iets wordt nagelaten aan een goed doel of een vzw.
De voordelen verschillen volgens het gewest en kunnen dus anders zijn volgens dat de rekening in Vlaanderen, Brussel of Wallonië wordt gemaakt.
Alles over verminderingen, abattementen en vrijstellingen
Terug naar boven
Hoe weet je hoeveel successierechten je zult moeten betalen?
Het is veelal vrij complex om te berekenen hoeveel successierechten je exact zult moeten betalen.
- Om te beginnen moet worden gekeken wie erfgenaam is en waaruit zijn of haar erfdeel bestaat.
- Vervolgens moet worden bepaald hoeveel de nalatenschap van de overledene waard is, en daarbij moet in voorkomend geval rekening worden gehouden met het huwelijksvermogenstelsel van de overledene en de waarde van het vruchtgebruik van de langstlevende partner.
Gelukkig bestaan er online rekenmodules waarmee je makkelijk een raming kunt maken, ook al telt in feite alleen de officiële berekening van de overheid.
Als je de successierechten wilt berekenen
Terug naar bovenKun je de successierechten voor je erfgenamen beperken of zelfs vermijden?
Er bestaan verschillende manieren om de successierechten voor je erfgenamen te verlagen of in sommige gevallen zelfs volledig te vermijden.
Denk bijvoorbeeld aan een schenking bij leven (van geld of vastgoed), een gesplitste aankoop waarbij het vruchtgebruik en de blote eigendom worden verdeeld, het aanpassen van je huwelijkscontract, het opstellen van een testament met een generatiesprong ten voordele van je kleinkinderen, het nalaten van goederen via een vriendenerfenis aan een goede vriend of ver familielid, of een duolegaat waarbij je zowel een vriend of ver familielid als een goed doel begunstigt.
Elke techniek heeft eigen regels en voorwaarden, die bovendien kunnen verschillen al naargelang het gewest.
Onze tips om minder successierechten te betalen
Terug naar bovenHieronder vind je tabellen met het tarief van de successierechten volgens het gewest, de verwantschapsgraad en het nettobedrag van het erfdeel.
Maar daarmee heb je nog niet het bedrag dat zal worden aangerekend, het is slechts een eerste stap want je moet nog met tal van andere factoren rekening houden. Een overzicht.
Het Vlaams Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waals Gewest hebben elk een eigen tarief. Successierechten zijn nu eenmaal een gewestelijke bevoegdheid: elk gewest mag die belasting dus vrij bepalen.
Het tarief dat wordt toegepast voor de successierechten is dat van het gewest waar de overledene gedurende de laatste vijf jaar van zijn of haar leven het langst zijn of haar fiscaal domicilie heeft gehad. Daarmee wordt bedoeld de plaats waar de overledene werkelijk en op permanente basis heeft gewoond, waar hij zijn gezin had, zijn activiteiten uitoefende, zijn zaak had … En dat valt dus niet per se samen met het wettelijke domicilie.
De plaats waar de erfgenamen gedomicilieerd zijn, de plaats waar het vastgoed uit de nalatenschap zich bevindt en de plaats waar het overlijden zich heeft voorgedaan, zijn van geen enkele tel.
De successierechten verschillen volgens de verwantschapsgraad tussen de overledene en de erfgenaam. Over het algemeen is dit de regel: hoe verder de graad van verwantschap, hoe hoger het tarief.
De belasting is overal het laagst bij een nalatenschap in rechte lijn (ouders, kinderen, grootouders, kleinkinderen) en voor een getrouwde of wettelijk samenwonende partner.
Daarna gaat het in stijgende lijn. Eerst is er een tarief voor broers/zussen van de overledene. Vervolgens een voor ooms/tantes en de kinderen van de broers/zussen (behalve in Vlaanderen, waar dat soort familieleden onder de volgende categorie valt). Het allerzwaarste tarief geldt voor alle personen die niet tot een eerder vermelde categorie behoren, bijvoorbeeld een kind van een oom/tante.
- In rechte lijn. Het laagste tarief is in de drie gewesten 3 %. Het hoogste tarief bedraagt 27 % in Vlaanderen (voor de schijf vanaf € 250 000) en 30 % in Brussel en Wallonië (voor de schijf vanaf € 500 000).
- Voor de categorie van personen die het zwaarst worden belast (in Vlaanderen dus ook voor ooms/ tantes en kinderen van de broers/zussen). Het laagste tarief is 25 % in Vlaanderen, 30 % in Wallonië en 40 % in Brussel. Het hoogste tarief bedraagt 55 % in Vlaanderen (voor de schijf vanaf € 7 000) en – ongelooflijk maar waar – 80 % in Brussel (voor de schijf vanaf € 175 000) en Wallonië (voor de schijf vanaf € 75 000).
De successierechten voor de getrouwde of de samenwonende partner
In de drie gewesten van ons land worden samenwonende partners voor de successierechten gelijkgesteld met getrouwde partners, die belasting wordt dus tegen hetzelfde tarief berekend. Alleen is de definitie van samenwonen niet overal gelijk:
- In Vlaanderen en Brussel moet je ofwel een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd op de gemeente ofwel ten minste één jaar vóór het overlijden de facto hebben samengewoond zonder dat de samenwoning officieel was gemaakt (de vereiste is ten minste drie jaar vóór het overlijden waar het de vrijstelling betreft op het goed dat als gezinswoning diende).
- In Wallonië moet je een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd op de gemeente.
Let op! Het voorgaande betreft het tarief als de betrokkene erft. De wettelijk samenwonende partner heeft sowieso recht op een deel van de nalatenschap (het vruchtgebruik op de gezinswoning), maar dat geldt niet voor de partner die alleen feitelijk samenwoont.
In Vlaanderen en Brussel worden de successierechten voor feitelijk samenwonenden die erven, dus wel tegen hetzelfde tarief berekend als voor getrouwde koppels maar ze hebben niet dezelfde erfrechten. Een feitelijk samenwonende partner erft alleen als de overledene daarvoor de nodige maatregelen had getroffen, bijvoorbeeld door die partner in zijn of haar testament op te nemen, anders deelt de betrokkene totaal niet in de nalatenschap, ook al hebben ze twintig jaar samengewoond.
Goed om te weten: in een nieuw samengesteld gezin worden de kinderen van de partner voor de successierechten beschouwd als afstammelingen in rechte lijn. Zij betalen daardoor het laagste tarief voor de successierechten. Alleen erven zij niet automatisch. Als je wilt dat de kinderen van je partner van jou erven, moet je hen in een testament opnemen.
Dit is de algemene regel: hoe groter de nalatenschap, hoe zwaarder de successierechten.
In alle drie de gewesten van ons land geldt een progressieve belasting in schijven: de eerste schijf wordt het minst zwaar belast, en die aanslagvoet blijft onveranderd, ook al omvat de totale nalatenschap nog hogere schijven.
Daardoor is het niet mogelijk om te zeggen hoeveel het tarief voor de volledige nalatenschap bedraagt, je moet immers het totaal maken van alle schijven.
Berekening per erfdeel van elke erfgenaam
In de meeste gevallen worden de successierechten afzonderlijk berekend op het deel dat elke erfgenaam in de totale nalatenschap erft.
Dat is het voordeligst want dan wordt de totale nalatenschap in kleinere stukken opgedeeld en doordat het een progressieve belasting is, is het eindresultaat lager dan wanneer ineens een groot bedrag wordt belast.
- Vlaanderen en Brussel passen die methode evenwel alleen toe voor de erfgenamen in rechte lijn, de getrouwde of samenwonende partner en broers/zussen.
- In Wallonië gebeurt de berekening altijd op die manier.
Berekening voor de volledige nalatenschap
Wanneer je niet onder de net uitgelegde regel van berekening per erfdeel valt, worden de successierechten eerst berekend op de volledige nalatenschap en daarna wordt dat bedrag over de erfgenamen verdeeld volgens hun erfdeel.
Die methode is minder voordelig voor de erfgenamen omdat de hoogste percentages van de progressieve belasting in dat geval voor elk van hen spelen, ook al erven ze slechts een klein bedrag.
Die methode wordt in Vlaanderen en Brussel toegepast als de erfgenaam een oom/tante is of een kind van een broer/zus alsook voor erfenissen aan personen met een verdere verwantschapsgraad of zonder enige verwantschap.
Het nettogedeelte van de nalatenschap
De successierechten worden berekend op het nettogedeelte van de nalatenschap, d.w.z.:
- het actief, dat zijn alle bezittingen (gebouwen, geld, effecten, bankrekeningen, meubelen, juwelen, antiek …)
- min het passief, dat zijn de schulden (over het algemeen de kosten voor de laatste ziekte, de begrafeniskosten, de nog te betalen belasting en de lopende financieringen).
Het kapitaal dat van een individuele levensverzekering werd opgestreken, behoort over het algemeen tot het actief en wordt dus aan de successierechten onderworpen, maar er zijn uitzonderingen. Dat geldt niet voor wat op grond van een groepsverzekering wordt uitgekeerd.
Bepaalde schenkingen
Als de overledene tijdens zijn leven schenkingen heeft gedaan, moeten die in bepaalde gevallen worden opgenomen bij het actief van de nalatenschap. Dat geldt alvast in deze gevallen:
- Een gift van hand tot hand of een onrechtstreekse schenking via een bankoverschrijving waarbij geen schenkbelasting werd betaald.
Let op! Als zo’n schenking in Vlaanderen en Wallonië plaatsvond minder dan vijf jaar vóór het overlijden van de schenker, moet je ze toevoegen aan het actief van de nalatenschap en zullen er dus successierechten op moeten worden betaald. In Brussel geldt diezelfde regel voor schenkingen gedaan minder dan drie jaar vóór het overlijden.
- Een notariële schenking van onroerend goed.
In Vlaanderen en Wallonië moet een schenking van onroerend goed die plaatsvond binnen de periode van drie jaar vóór het overlijden van de schenker, aan het actief van de nalatenschap worden toegevoegd maar enkel en alleen om het tarief van de successierechten te bepalen. De schenkbelasting die werd betaald bij het verlijden van de notariële akte, wordt daarna afgetrokken van het bedrag dat aan successierechten moet worden betaald.
In Brussel daarentegen maakt zo’n schenking in geen geval een verschil voor de successierechten later, ongeacht van wanneer ze dateert.
Vlaanderen: roerende en onroerende goederen worden apart genomen
In Vlaanderen is er een gunstregeling voor de erfgenamen in rechte lijn en de getrouwde of samenwonende partner: de successierechten worden voor hen apart berekend voor het deel roerende goederen (geld, effecten enz.) en voor het deel onroerende goederen.
Aangezien de belasting progressief is, wordt daardoor twee keer de laagste aanslagvoet toegepast, wat dus tot een lagere eindafrekening leidt.
Concreet leidt dat er voor kinderen en getrouwde of samenwonende partners toe dat ze in totaal minder successierechten verschuldigd zijn, zeker als het vermogen van de overledene zowel geld als vastgoed omvatte.
Omgekeerd betekent dat méér te betalen aan successierechten voor de andere dan de net vermelde erfgenamen (dus broers/zussen enz.) in Vlaanderen, en zelfs voor de erfgenamen in rechte lijn in de twee andere gewesten aangezien die opsplitsing daar niet wordt gemaakt in de berekening.
Verminderingen, abattementen en vrijstellingen zijn fiscale mechanismen in het Belgische erfrecht waardoor het te betalen bedrag aan successierechten kan worden verlaagd.
- Vermindering: Het gaat doorgaans over een lagere aanslagvoet voor bepaalde delen van de nalatenschap. Het kan ook gaan om de vermindering van het te betalen bedrag, meestal ten gunste van erfgenamen met minderjarige kinderen.
- Abattement: Dat is een mechanisme waardoor men de belastbare basis verlaagt, waardoor je in de praktijk op een deel van de nalatenschap geen successierechten moet betalen.
- Vrijstelling: Dat is het geval wanneer een bepaald bedrag of een bepaald goed vrijgesteld is van successierechten.
De gezinswoning van de overledene heeft in het kader van de nalatenschap een speciaal statuut:
- In de drie gewesten van ons land: de getrouwde of wettelijk samenwonende partner van de overledene is vrijgesteld van successierechten op het deel dat hij of zij erft van de gezinswoning. In Vlaanderen en Brussel geldt die vrijstelling ook voor partners die sinds ten minste drie jaar samenwoonden met de overledene.
- In Brussel en Wallonië: voor de erfgenamen in rechte lijn (kinderen, ouders, grootouders, kleinkinderen) wordt op het deel dat zij erven van de gezinswoning, een lager tarief toegepast dan op de rest van hun erfdeel.
Met gezinswoning wordt bedoeld de woning waar de overledene zijn of haar hoofdverblijfplaats had. Maar:
- Als de overledene door overmacht verhinderd was om de gezinswoning nog te betrekken (bijvoorbeeld omdat hij of zij naar een woonzorgcentrum moest), wordt niet geraakt aan het gunsttarief dat voor bepaalde erfgenamen geldt;
- In Wallonië moet die woning op de datum van het overlijden al sinds ten minste vijf jaar de hoofdverblijfplaats zijn geweest.
Een voorbeeld. Mijnheer en mevrouw bezitten alleen een huis, met een waarde van € 400 000. Ze hebben geen kinderen. Mijnheer overlijdt en hij heeft zijn vrouw in een testament begunstigd. Mevrouw erft de helft van het huis (de andere helft is al van haar) maar doordat het om de gezinswoning gaat, moet ze geen successierechten betalen.
Belastingvoordeel voor bepaalde erfgenamen in Vlaanderen
- Voor de partner
In Vlaanderen wordt voor de langstlevende partner een abattement toegepast van € 50 000 op de roerende goederen, d.w.z. dat er tot dat bedrag geen successierechten verschuldigd zijn. Het tarief voor het bedrag daarboven begint aan 9 %.
De getrouwde of wettelijk samenwonende partner heeft recht op een vermindering van de successierechten die neerkomt op de helft van de vermindering die wordt toegekend aan elk van de gemeenschappelijke kinderen onder de 21 jaar.
Als een kind bijvoorbeeld aanspraak kan maken op een vermindering van € 300, zal voor de langstlevende partner een bedrag van € 150 worden afgetrokken.
- Voor de kinderen onder de 21 jaar
Een kind van minder dan 21 jaar heeft bij het overlijden van een ouder recht op een abattement van € 75 000 op de roerende goederen die het erft indien de andere ouder al overleden is. Tot dat bedrag zijn er dus geen successierechten verschuldigd.
Bij een kind van minder dan 21 jaar wordt op wat het van zijn ouders erft, een vermindering toegepast van € 75 per jaar dat er nog rest tot 21 jaar. Een jongere van 16 jaar krijgt dus een vermindering van € 300 (4 x € 75) op het bedrag dat hij aan successierechten moet betalen.
- Voor erfgenamen in rechte lijn
Erfgenamen in rechte lijn hebben recht op een vermindering indien hun erfdeel maximaal € 50 000 bedraagt. Die vermindering wordt met deze formule berekend: € 500 × (1 – geërfd bedrag /€ 50 000).
Voor een erfdeel van bijvoorbeeld € 40 000 worden de successierechten dus met € 100 verminderd.
- Voor een persoon met een beperking
Er geldt een vrijstelling voor personen met een beperking. Het bedrag hangt af van hun leeftijd en hun verwantschapsgraad met de overledene.
Voor een erfgenaam in rechte lijn of een getrouwde of wettelijk samenwonende partner schommelt de vrijstelling tussen € 6 000 (indien meer dan 80 jaar oud) en € 54 000 (indien 20 jaar oud of nog jonger). Voor andere erfgenamen schommelt de vrijstelling tussen € 2 000 en € 18 000 voor dezelfde leeftijdscategorieën.
Belastingvoordeel voor bepaalde erfgenamen in Brussel en Wallonië
In Brussel en Wallonië wordt aan erfgenamen in rechte lijn en aan partners een bepaald abattement toegekend:- in Brussel: op de eerste schijf van € 15 000;
- in Wallonië: op de eerste schijf van € 25 000 als het erfdeel maximaal neerkomt op € 125 000, en anders op de eerste schijf van € 12 500.
In die twee gewesten wordt dat abattement voor twee categorieën van erfgenamen nog eens verhoogd:
- voor de kinderen van de overledene: met € 2 500 per volledig jaar tot ze de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt;
- voor de getrouwde of samenwonende partner: met de helft van de abattementen waar de gemeenschappelijke kinderen samen recht op hebben.
In Brussel en Wallonië wordt in bepaalde gevallen ook een vermindering toegekend op de verschuldigde successierechten:
- indien de erfgenaam ten minste drie kinderen onder de 21 jaar heeft: de successierechten worden verminderd met 2 % per kind onder de 21, met een maximum van € 62 per kind;
- indien de getrouwde of samenwonende partner ten minste drie kinderen onder de 21 jaar heeft: de successierechten worden verminderd met 4 % per kind onder de 21, met een maximum van € 124 per kind.
Als de nalatenschap de overdracht omvat van een familiale onderneming of van deelbewijzen in een kmo, is een verlaagd tarief van toepassing als bepaalde strikte voorwaarden zijn voldaan qua aantal personen die in het bedrijf zijn tewerkgesteld:
- in Vlaanderen en Brussel: 3 % voor de erfgenamen in rechte lijn en de partner, en 7 % voor de andere erfgenamen;
- in Wallonië: volledige vrijstelling van successierechten, ongeacht de verwantschapsgraad.
Voor een legaat aan een vzw geldt een tarief van 0 % in Vlaanderen en 7 % in Wallonië, terwijl het in Brussel om 7 % gaat als de vzw door de FOD Financiën werd erkend en anders 25 %.
Voor een legaat aan een gemeente, provincie, gemeenschap, instelling van openbare orde bedraagt het voorkeurtarief 0 % in Vlaanderen, 7 % in Brussel en 5,5 % in Wallonië.
Bereken de successierechten voor jouw situatie
Iets erven lijkt misschien simpel, maar in de praktijk zijn er heel veel regels en die zijn soms behoorlijk complex. Wie erft? In welke mate? Welk tarief is van toepassing voor de successierechten?
Maar vóór je begint te denken aan de berekening van die belasting, moet je snappen hoe een nalatenschap werkt en dat er verschillende soorten erfgenamen zijn, alsook dat er zoiets bestaat als vruchtgebruik en blote eigendom en een huwelijksvermogenstelsel dat moet worden vereffend. Wij helpen je klaar zien in wat aan jou toekomt en wat je misschien zult moeten betalen.
De overledene had kinderen
Wanneer de overledene kinderen had, is het simpel: zij krijgen elk een gelijk erfdeel.Als er daarnaast nog een langstlevende partner is, krijgt die het vruchtgebruik over heel de nalatenschap en komt de blote eigendom van heel de nalatenschap aan de kinderen toe.
Concreet: de langstlevende huwelijkspartner (de vruchtgebruiker) kan in principe levenslang het genot hebben van de goederen van de overledene – bijvoorbeeld een woning zelf betrekken of de huur ervan opstrijken, terwijl de kinderen (de blote eigenaars) het recht hebben om over die goederen te beschikken zonder dat de inkomsten ervan aan hen toekomen (zelfs bij een verkoop zijn de inkomsten voor de vruchtgebruiker).
De overledene had geen kinderen
Wanneer de overledene geen kinderen had, kan het iets ingewikkelder in elkaar zitten.Wij beschikken over een online tool die je daarbij in jouw persoonlijk geval kan helpen. Je zult ermee kunnen uitvissen of jij mogelijk tot de erfgenamen behoort of niet.
Om de successierechten te kunnen berekenen moet je eerst de waarde bepalen van het vermogen van de overledene. En de eerste stap daarbij is, wanneer de overledene getrouwd was, het huwelijksvermogenstelsel vereffenen.
Het huwelijksvermogenstelsel vereffenen
De vereffening van het huwelijksvermogenstelsel moet gebeuren vóór de nalatenschap wordt verdeeld. Het komt erop neer dat de goederen over de twee partners worden verdeeld volgens de regels die gelden voor het huwelijksvermogenstelsel waarvoor ze hebben gekozen (bijvoorbeeld gemeenschap van goederen of scheiding van goederen).
Een voorbeeld:
Nemen we een koppel dat zonder huwelijkscontract is getrouwd. Dan is het wettelijke stelsel van toepassing, dus gemeenschap van goederen. Dat betekent dat, behoudens uitzonderingen, de goederen die het koppel tijdens hun huwelijk heeft verworven, gemeenschappelijk zijn.
Mijnheer overlijdt. De gemeenschap van goederen wordt ontbonden en als volgt verdeeld:
- De ene helft is op grond van het huwelijksstelsel van mevrouw. Dat deel valt buiten de nalatenschap van mijnheer en daar zal mevrouw dus sowieso geen successierechten op moeten betalen.
- De andere helft vormt de nalatenschap van mijnheer. Die wordt verdeeld onder de diverse erfgenamen (mevrouw en de kinderen bijvoorbeeld) en op dat deel zijn successierechten verschuldigd.
In dat voorbeeld is het nog heel simpel. Maar de vereffening van het huwelijksvermogenstelsel is heel wat complexer als de partners eigen goederen bezitten, als hun huwelijkscontract bijzondere clausules bevat, als ze getrouwd zijn met scheiding van goederen en er bepaalde goederen aan de langstlevende zijn toegekend, of als het om een tweede huwelijk gaat.
Bij de minste twijfel is het aangeraden om de hulp in te roepen van een notaris.
Alles over huwelijkscontracten
De waarde van het vruchtgebruik bepalen
Wanneer er een langstlevende huwelijkspartner is, kun je pas aan de berekening van de successierechten beginnen als je de waarde van zijn of haar vruchtgebruik hebt bepaald.
In dat kader moet de waarde van het vruchtgebruik volgens de fiscale regels worden bepaald, d.w.z. de waarde van de volle eigendom x 4 % x een coëfficiënt volgens de leeftijd van de vruchtgebruiker.
Leeftijd van de vruchtgebruiker |
Toe te passen coëfficiënt |
20 jaar of jonger |
18 |
Meer dan 20 tot max. 30 jaar |
17 |
Meer dan 30 tot max. 40 jaar |
16 |
Meer dan 40 tot max.50 jaar |
14 |
Meer dan 50 tot max. 55 jaar |
13 |
Meer dan 55 tot max. 60 jaar |
11 |
Meer dan 60 tot max. 65 jaar |
9,5 |
Meer dan 65 tot max.70 jaar |
8 |
Meer dan 70 tot max. 75 jaar |
6 |
Meer dan 75 tot max. 80 jaar |
4 |
Meer dan 80 jaar |
2 |
Let wel: de formule volgens de fiscale regels die in dit kader moet worden gebruikt, is niet dezelfde als die nodig voor de berekening die moet worden gemaakt bij de omzetting van het vruchtgebruik, dus wanneer het vruchtgebruik wordt vervangen door een som geld, een rente of een deel in volle eigendom.
De uiteindelijke berekening van de successierechten
Je hebt nu alle elementen in handen om te berekenen hoeveel successierechten elke erfgenaam zal moeten betalen. Maar het is hoe dan ook geen makkie omdat je met zoveel regels rekening moet houden.
Maak gebruik van een online tool
Met de Erfenissimulator van wikifin kun je, als je alle gegevens zorgvuldig invult, vrij nauwkeurig becijferen hoeveel je erft en hoeveel successierechten je daarop zult moeten betalen.
Voor een simulatie moet je over deze gegevens beschikken:
- wie allemaal erfgenaam is. Als dat een kleinkind is of een neef/nicht is, moet je eerst de ouder vermelden en het overlijden, en daarna kun je dat kind als erfgenaam opnemen;
- de bezittingen van de overledene en hun waarde;
- de eventuele schulden.
Je krijgt het detail van wat elke erfgenaam krijgt en van het bedrag van de successierechten die daarop verschuldigd zijn.
Uiteraard telt alleen de officiële berekening van de overheid, op basis van de aangifte van de nalatenschap. Maar de simulator van wikifin is een handige tool om een idee te hebben van hoeveel je erft en hoeveel belasting je moet voorzien.
Als je je zorgen maakt over de successierechten die je erfgenamen moeten betalen als je overlijdt, moet je weten dat er wettelijke mechanismen zijn waarmee je meer kunt nalaten aan je dierbaren.
Hoe kan ik de successierechten verlagen?