Dossier

Hoe voorkom ik dat mijn erfgenamen veel successierechten moeten betalen?

De successierechten kunnen snel oplopen, zeker als het verre familie is die erft. Gelukkig bestaan er technieken om de rekening wat te verlichten, waardoor er méér zal overblijven voor je naasten. Ontdek ze hier.

Expertise:
Redactie:
01 juli 2025
erfbelasting beperken

Wat zijn successierechten?

Successierechten zijn de belasting op een nalatenschap. In Vlaanderen is de officiële term overigens “erfbelasting”. Het bedrag hangt af van het gewest waar de overledene woonde, de verwantschapsgraad met de erfgenaam en de waarde van de nalatenschap.

 

Wie moet de successierechten betalen?

Het zijn de personen die van een overledene erven, aan wie de rekening van de successierechten wordt gepresenteerd. Ongeacht of dat wettige erfgenamen (zoals kinderen en de huwelijkspartner) zijn of personen die de overledene via een testament laat erven (legatarissen). Het is immers mogelijk om af te wijken van de wettelijke erfopvolging zoals die in de wet is vastgelegd, meer bepaald in een testament.

 

Wil je weten wie van jou zal erven als je niets speciaals doet en vrede neemt met de wettelijke erfopvolging? Ben je benieuwd of jij zelf ooit van iemand zult erven? Je komt het met onze online tool in een paar klikken te weten.

Wie erft wat?


Terug naar boven

Hoe worden de successierechten in België berekend?

Het systeem om in België de successierechten te berekenen is vrij complex. Er zijn immers meerdere factoren die een rol spelen: het gewest waar de overledene woonde, de verwantschapsband met de erfgenaam en de waarde van wat wordt nagelaten.

Elke erfgenaam wordt individueel belast tegen een progressief schijventarief, dat fel verschilt volgens dat de berekening gebeurt in Vlaanderen, Brussel of Wallonië. Je moet de regels begrijpen om een idee te hebben van wat door jou of je naasten aan successierechten zal moeten worden betaald.

Alles over de berekening van de successierechten

Verminderingen, abattementen en vrijstellingen

In België bestaan er diverse gunsttarieven waardoor de rekening van de successierechten wordt verlicht, vooral voor de gezinswoning en de naaste familie: al naargelang het geval gaat het om een vermindering, een abattement of een vrijstelling.

Doordat erfrecht een gewestelijke bevoegdheid is, verschillen die gunsttarieven volgens dat de rekening in Vlaanderen wordt gemaakt of in Brussel of Wallonië. In ons dossier over de berekening van de successierechten lichten we de belangrijkste spelregels toe.

Meer over verminderingen, abattementen en vrijstellingen

Hoeveel successierechten moet je betalen?

Het bedrag van de successierechten hangt in België van verschillende factoren af: het gewest waar de overledene woonde, de verwantschapsband met de erfgenaam, de waarde van wat wordt nagelaten en in bepaalde mate zelfs van het eventuele huwelijksvermogenstelsel van de overledene. Vóór je aan het rekenen slaat, moet je daarom eerst bepalen wie erft en hoe de nalatenschap wordt verdeeld, en daarna moet je de waarde van het vermogen becijferen.

Dat is soms behoorlijk complex. Maar weet dat je daarvoor gebruik kunt maken van online tools en/of de hulp van een notaris kunt inroepen.

Raam je successierechten

Terug naar boven

Hoe beperk je de successierechten in België?

Hoe groter de nalatenschap en hoe verder de verwantschap tussen jou en je erfgenamen, hoe zwaarder de rekening van de successierechten. Gelukkig bestaan er diverse technieken waarmee je de rekening wat kunt verlichten voor je erfgenamen. Dit zijn enkele eenvoudig uit te voeren technieken:

  • een schenking doen bij leven (geld of vastgoed)
  • vastgoed kopen met een gesplitste aankoop
  • een huwelijkscontract opstellen of een bestaand contract wijzigen
  • de vrijstelling van successierechten laten spelen voor je kleinkinderen (dat kan alleen in Vlaanderen)
  • een testament opstellen met een vriendenerfenis
  • een duolegaat in je testament opnemen

Hierna lichten we die technieken een voor een toe, zodat je begrijpt hoe je de successierechten kunt verlichten voor je erfgenamen of hen die zelfs volledig kunt laten besparen.


Terug naar boven

Een schenking doen bij leven

Een van de simpelste en best gekende manieren om de rekening van de successierechten te verlichten is door een deel van je vermogen nog tijdens je leven weg te geven.

Geld schenken

Je mag geld schenken aan wie je maar wilt, dat is volkomen wettelijk, maar er zijn wel een aantal regels uit het burgerlijke recht die je moet respecteren: je mag niet zoveel geven dat je reservataire erfgenamen uiteindelijk geen aanspraak meer kunnen maken op hun wettelijke reserve.

Geld (maar ook effecten of andere roerende voorwerpen) kun je op verschillende manieren schenken:
  • in een notariële akte
  • van hand tot hand
  • met een bankoverschrijving

Over de gift van hand tot hand en de schenking van geld met een bankoverschrijving (dus als je geen notaris inschakelt) moet je dit weten:

  • Het is belangrijk om een bewijs van de schenking te houden en daarvoor moet je enkele specifieke regels naleven. Je komt daar alles over te weten in ons dossier over de schenking van geld en andere roerende goederen.
  • Het voordeel is dat hier geen kosten aan verbonden zijn.
  • Als je na de schenking nog minder dan vijf jaar (in Vlaanderen en Wallonië) of minder dan drie jaar leeft (in Brussel), zijn de begiftigden verplicht om de schenking op te nemen in de aangifte van je nalatenschap en zullen ze er dus toch successierechten op moeten betalen. Waardoor jouw oorspronkelijke intentie in het water valt.

Wil je die fiscale onzekerheid niet, dan kun je beslissen om de schenking te laten registreren bij een Kantoor Rechtszekerheid van de FOD Financiën (van de Vlaamse Belastingdienst in Vlaanderen). In dat geval zul je schenkbelasting moeten betalen, maar die is over het algemeen minder zwaar dan de successierechten – zeker als de begiftigde geen dichte familie is.

Je kiest sowieso voor zekerheid met een schenking in een notariële akte. In dat geval is er een onbetwistbaar bewijs van de schenking, maar er moeten bij de schenking dan wel schenkbelasting worden betaald. Bij het overlijden zijn er op zo’n schenking geen successierechten verschuldigd.

Alles over de schenking van geld en andere roerende goederen

Schenkbelasting voor geld en andere roerende goederen

Begiftigde in rechte lijn, getrouwde of samenwonende partner

Elke andere persoon

 Vlaanderen 

3%

7 %

 Brussel 

3 %

7 %

 Wallonië

3,3 %

5,5 %

Een onroerend goed schenken

Wanneer je verschillende onroerende goederen bezit (huizen, appartementen, bouwgrond, landbouwgrond, bos enz.), kun je beslissen om een deel daarvan tijdens je leven weg te geven.

Een schenking van een onroerend goed moet verplicht worden vastgelegd in een notariële akte, en dus moet daarbij schenkbelasting worden betaald. Die belasting is over het algemeen minder zwaar dan de successierechten, hoewel het verschil minder groot is dan bij een schenking van roerende goederen.

Toch blijft dat een interessante piste aangezien je er de grootte van je vermogen bij je overlijden mee verkleint. En aangezien de successierechten tegen een progressief schijventarief worden berekend, stijgt de aanslagvoet naarmate je met de nalatenschap in een hogere schijf belandt.

Maar let op, de regel van drie jaar kan roet in het eten gooien:

  • Wanneer je meer dan één keer een schenking doet van onroerend goed, zorg er dan voor dat er telkens ten minste drie jaar tussen ligt. Anders zal de vorige schenking meetellen in de berekening van de schenkbelasting voor de tweede schenking, wat de aanslag kan verzwaren. Die regel geldt in alle drie de gewesten van ons land.
  • In Vlaanderen en Wallonië is het zo dat wanneer je binnen drie jaar na een schenking van onroerend goed overlijdt, de schenking bij het erfdeel van de betrokkene zal worden gevoegd om de percentages van het schijventarief voor de successierechten te bepalen.
  • In Brussel bestaat de net vermelde regel niet: een schenking van onroerend goed telt niet mee voor de berekening van de successierechten zelfs indien die werd gedaan binnen drie jaar vóór het overlijden.

Alles over de schenkbelasting en de regel van drie jaar

 

Schenkbelasting bij een schenking van onroerend goed (in de drie gewesten)

Begiftigde in rechte lijn, getrouwde of samenwonende partner

Elke andere persoon

Schijf van de schenking

Percentage

Totaal bedrag aan belasting tot aan die schijf

Percentage

Totaal bedrag aan belasting tot aan die schijf

Van €0,01 tot
€150000

3 %

-

10 %

-

Van €150000 tot
€250000

9 %

€4500

20 %

€15000

Van 250000 tot
€450000 

18 %

€13500

30 %

€35000

Boven
€450000

27 %

€49500 

40 %

€95000

 

Terug naar boven

Een gesplitste aankoop

Wanneer je een onroerend goed koopt, kun je via de techniek van de gesplitste aankoop ervoor zorgen dat je erfgenamen geen successierechten moeten betalen op dat goed in kwestie.

Hoe gaat zo’n gesplitste aankoop in zijn werk?

  • Jij koopt alleen het vruchtgebruik (daardoor mag je zolang je leeft het goed zelf betrekken of de huur ervan opstrijken).
  • Je erfgenamen kopen de blote eigendom met geld dat je hen vooraf hebt gegeven.

Alles begint dus met een schenking: je geeft je erfgenamen het geld nodig om de blote eigendom te kopen van een onroerend goed waarvan jij het vruchtgebruik koopt. Bij je overlijden stopt dat vruchtgebruik automatisch en worden je erfgenamen dus volle eigenaar, zonder dat ze successierechten moeten betalen.

Dat is een techniek die vaak wordt gebruikt op het ogenblik dat ouders de gezinswoning verkopen en een nieuwe woning kopen die beter aan hun nieuwe behoeften is aangepast (veelal een appartement) of wanneer ze een tweede verblijf kopen.

Let op ! De fiscus controleert nauwkeurig heel die operatie. Daarom is het cruciaal dat je de erfgenaam het geld geruime tijd vóór de aankoop hebt geschonken en dat je een bewijs bewaart van de schenking. We raden je ten zeerste aan om je door een notaris te laten bijstaan (je moet sowieso een notaris inschakelen voor de aankoop van het onroerend goed).

Terug naar boven

Een huwelijkscontract opstellen of een bestaand contract wijzigen

Wanneer je getrouwd bent, heeft je huwelijksvermogenstelsel invloed op de verdeling van de nalatenschap van je vermogen … en dus op de successierechten die je erfgenamen zullen moeten betalen.

Wanneer de nalatenschap na het overlijden openvalt, moet immers eerst het huwelijksvermogenstelsel worden vereffend, d.w.z. bepalen welke goederen aan welke partner toebehoren. Dat hangt af van het stelsel waarvoor het koppel heeft gekozen.

Het wettelijke stelsel: gemeenschap van goederen

Wanneer je zoals zoveel getrouwde koppels zonder huwelijkscontract bent getrouwd, val je onder het wettelijke stelsel:

  • Alle goederen en inkomsten die tijdens het huwelijk zijn verworven, zijn gemeenschappelijk.
  • De goederen die een partner reeds vóór het huwelijk bezat en de goederen die hij of zij tijdens het huwelijk via een erfenis of een schenking heeft verkregen, behoren alleen aan de betrokkene toe.

Het nut van een aangepast contract

Al naargelang je situatie (kinderen of geen kinderen, groot verschil qua vermogen tussen de twee partners, scheiding van goederen enz.) kan het nuttig zijn om:

  • je huwelijkscontract te wijzigen,
  • een huwelijkscontract op te stellen als je er nog geen hebt.

De notaris kan je uitleggen hoe je het best te werk gaat om de verdeling bij het overlijden te laten verlopen zoals je wenst.

Alles over huwelijkscontracten

 

Mijd het “langst leeft, al heeft”-beding

Als je vóór 1981 bent getrouwd, bevat je huwelijkscontract misschien een “langst leeft, al heeft”-beding. Daardoor worden alle gemeenschappelijke goederen bij het overlijden van de eerste partner toegekend aan de langstlevende partner, ten nadele van de kinderen want zij erven in dat geval pas bij het overlijden van de tweede ouder.

Dat beding kan tot een dubbele belasting leiden:

  • bij het overlijden van de eerste ouder. De langstlevende partner betaalt successierechten op de volle eigendom van de helft van de gemeenschappelijke goederen;
  • bij het overlijden van de tweede ouder. De kinderen betalen op hun beurt successierechten, maar deze keer op het volledige vermogen van hun beide ouders, waardoor ze in een schijf met een hogere aanslagvoet kunnen terechtkomen.

Wat moet je doen als je zo’n beding hebt?

Als je kinderen hebt, ga je best te rade bij een notaris om te weten wat je met dat “langst leeft, al heeft”-beding kunt doen. Een keuzebeding is bijvoorbeeld veel soepeler omdat je daarmee de langstlevende partner de mogelijkheid biedt om een bepaalde keuze te maken op het ogenblik van het eerste overlijden.

Terug naar boven

Een generatiesprong

Wanneer je kinderen en kleinkinderen hebt, kan het interessant zijn om een testament op te maken met je kleinkinderen als begunstigde. Door de generatie van je kinderen over te slaan verlaag je het bedrag aan successierechten dat zal moeten worden betaald doordat de overdracht van je vermogen in één enkele keer gebeurt in plaats van in twee keer (eerst aan je kinderen, dan zij aan hun kinderen, jouw kleinkinderen dus).

Er is nog een ander voordeel naast het fiscale voordeel: vaak zijn het je kleinkinderen die het meest een financieel duwtje in de rug kunnen gebruiken om bijvoorbeeld een woning te kopen of zich als zelfstandige te vestigen.

 

Hoe pak je zo’n generatiesprong aan?

Als je je hele vermogen of een deel ervan rechtstreeks aan je kleinkinderen wilt nalaten, moet je een testament opstellen. Het is niet verplicht om daarvoor een beroep te doen op een notaris, een testament mag en kun je gerust helemaal zelf opstellen.

In dat testament duid je een of meerdere kleinkinderen als begunstigde aan.

Het is ook mogelijk om hen een schenking te doen tijdens je leven, maar anders dan bij een testament verlies je dan meteen de eigendom van de geschonken goederen.

Pas op voor de wettelijke reserve van de kinderen

Je kinderen zijn reservataire erfgenamen: ze hebben het recht om samen ten minste de helft van jouw nalatenschap op te eisen. Ze zijn daar niet toe verplicht, maar je doet er goed aan om daar op z’n minst met hen over te praten vóór je aan de generatiesprong begint.

Om ruzie in de familie te voorkomen

Als je de generatiesprong niet goed voorbereidt, kunnen daardoor spanningen ontstaan binnen de familie, zeker als je kinderen de situatie pas na je overlijden ontdekken. Als je misverstanden wilt voorkomen en de zaak open en bloot wilt bespreken, kun je een notaris een globale erfovereenkomst (of “familiaal pact”) laten opstellen die door alle betrokken familieleden wordt ondertekend.

Let op ! Dat document vervangt het testament niet. Je moet dus hoe dan ook een testament opstellen als je wilt dat je kleinkinderen bij je overlijden op een wettelijke manier van jou erven.

Terug naar boven

Een gedeeltelijke generatiesprong is in Vlaanderen een interessante optie

Als je je kinderen niet volledig buiten spel wilt zetten, kun je ook beslissen om een kleine som aan je kleinkinderen na te laten. Dat kan fiscaal voordelig zijn.

In Vlaanderen kun je aan elk kleinkind tot € 12 500 nalaten zonder dat zij daar successierechten op verschuldigd zullen zijn. Het voordeel voor je kinderen is dat hun erfdeel daardoor een ietsje verkleint, waardoor zij iets minder successierechten zullen moeten betalen.

In de twee andere gewesten van ons land bestaat een soortgelijke regeling: in Brussel ligt het maximum op € 15 000, in Wallonië op € 25 000. Maar daar geldt de vrijstelling alleen als de kleinkinderen de wettige erfgenamen zijn, d.w.z. dat hun ouders niet kunnen erven omdat ze al overleden zijn. Wanneer de ouders nog in leven zijn, is een testament vereist om de kleinkinderen te begunstigen, en dan is de vrijstelling niet van toepassing.

Terug naar boven

Een vriendenerfenis (voor een vriend of verre verwant) opnemen in een testament

In Vlaanderen en Brussel kun je tot € 15 000 nalaten aan een vriend of een verre verwant (broer/zus, neef/nicht enz.) waarvoor de begunstigde slechts 3 % successierechten zal moeten betalen. Dat moet je in een testament vastleggen. Ook al spreekt men van een “vriendenerfenis”, je kunt die techniek toepassen voor al wie niet rechtstreeks van je erft (buiten je partner en je kinderen).

Je moet in het testament uitdrukkelijk naar de regeling in kwestie verwijzen, d.w.z.:

  • artikel 2.7.5.0.6 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit voor Vlaanderen;
  • artikel 60 quinquies van het Brussels Wetboek der Successierechten voor Brussel.

Het belastingvoordeel

Die 3 % is een gunsttarief (normaliter 25 % in Vlaanderen en 20-40 % in Brussel). Je kunt daar een forse besparing mee doen, maar slechts met maximaal € 15 000 van je nalatenschap, en dat ongeacht het aantal begunstigden. Als je meerdere personen bevoordeelt, wordt het belastingvoordeel dus onder hen verdeeld.

Dit is wat je maximaal kunt besparen:

  • in Vlaanderen: € 3 300
  • in Brussel: € 2 675 voor een broer/zus, € 4 800 voor een kind van een broer/zus en € 5 550 voor een vriend

Voorbeeld

Jean heeft geen kinderen. Zijn zus Marie is zijn enige erfgenaam. Hij laat € 100 000 aan spaargeld na aan haar.

Zonder testament zal Marie dit bedrag betalen aan successierechten:

  • € 34 500 in Vlaanderen
  • € 33 125 in Brussel


Met een testament en een verlaagd tarief op de schijf van € 15 000 zal Marie dit bedrag betalen:

  • in Vlaanderen
    € 15 000 x 3 % + € 20 000 x 25 % + € 40 000 x 30 % + € 25 000 x 55 % = € 31 200
    Besparing: € 3 300
  • in Brussel
    € 15 000 x 3 % + € 10 000 x 25 % + € 25 000 x 30 % + € 50 000 x 40 % = € 30 450
    Besparing: € 2 675
Terug naar boven

Een duolegaat opnemen in je testament

De successierechten zijn erg hoog (tot 80 %) voor erfgenamen die verre verwanten zijn of die totaal geen familieband hebben. Je kunt daar in Brussel en Wallonië een mouw aan passen met een duolegaat in een testament. In Vlaanderen kon die techniek vroeger ook, maar is nu niet meer interessant na een wetgevingsaanpassing.

Laat je vermogen aan twee begunstigden na

Een duolegaat betekent dat je je vermogen aan twee begunstigden nalaat, waarvan één heel speciale:

  • de persoon die je wilt bevoordelen;
  • een liefdadigheidsinstelling.

Met deze duidelijke voorwaarde: de instelling in kwestie moet de successierechten op de volledige nalatenschap voor haar rekening nemen. Dat scheelt immers een slok op een borrel:

  • een vzw betaalt slechts 7 % successierechten (25 % in Brussel als ze niet erkend is);
  • een verre verwant of niet-familielid zou tot 80 % moeten ophoesten.

Een voorbeeld

Monique, gedomicilieerd in Wallonië, zou haar vermogen van € 500 000 willen nalaten aan haar nicht Sylvie.

Zonder duolegaat

Sylvie zal € 309 375 aan successierechten moeten betalen.

Dus zal ze aan de nalatenschap € 190 625 netto overhouden.

Met een duolegaat van bijvoorbeeld

  • 60 % (€ 300 000) voor Sylvie,
  • 40 % (€ 200 000) voor het Rode Kruis, op voorwaarde dat die instelling alle successierechten op zich neemt.

Het Rode Kruis zal dit bedrag betalen aan successierechten:

  • € 169 375 op het deel van Sylvie
  • € 14 000 op zijn eigen deel

Wat in totaal neerkomt op € 183 375.

Nettoresultaat: Sylvie houdt aan de nalatenschap € 300 000 over, of maar liefst € 109 375 méér dan zonder duolegaat. Het Rode Kruis krijgt netto € 16 625.

Tip: laat je bijstaan voor het duolegaat

Er moet bij een duolegaat heel goed worden gerekend: als het deel dat je aan de liefdadigheidsinstelling nalaat te klein is, is de kans reëel dat ze het legaat weigert (omdat ze veel zal moeten betalen en netto amper iets zal overhouden; bovendien komen er wel wat administratieve formaliteiten aan te pas en de kosten zijn voor de instelling).

Daarom is het ten zeerste aangeraden om je te laten bijstaan door een notaris of de liefdadigheidsinstelling van je voorkeur om het duolegaat vast te leggen.

Terug naar boven

Aanbevolen voor jou