Dossier

Hoe wijzig je de begunstigde van een levensverzekering? 

Ontdek hoe je de begunstigde van je levensverzekering kunt aanpassen en begrijp de regels voor zowel individuele als groepsverzekeringen. Leer hoe levensveranderingen invloed hebben op je keuzes.

03 december 2025

In een levensverzekering bepaal je in principe zelf wie het kapitaal ontvangt bij overlijden. Dat leg je vast in de begunstigingsclausule van je contract.

Welke soorten begunstigingsclausules bestaan er?

Je kunt die op twee manieren formuleren: door iemand bij naam te vermelden of met een generieke benaming die de hoedanigheid van de begunstigde beschrijft zoals “huwelijkspartner”. De formulering is erg belangrijk, want die bepaalt hoe het geld wordt uitbetaald.

Nominatieve begunstigde vs generieke begunstigde: wat is het verschil?

  • Nominatief: je vermeldt de begunstigde bij naam, bijvoorbeeld Nele Bruggeman. Weet wel dat zolang je de begunstigingsclausule niet wijzigt, je kapitaal dan naar die begunstigde zal gaan. Ook al is je situatie op het moment dat je overlijdt, misschien drastisch gewijzigd en wil je dat je kapitaal naar iemand anders gaat of op z'n minst met anderen wordt gedeeld.
  • Generiek: je vermeldt de begunstigde niet bij naam, maar bijvoorbeeld als “mijn huwelijkspartner” of “mijn wettelijk samenwonende partner” of “mijn kinderen” …

Daarbinnen kan je kiezen voor:

  • Eén of meerdere begunstigden:

Je hebt de mogelijkheid om meer dan één persoon als begunstigde aan te wijzen. Zo kan je bijvoorbeeld zowel jouw partner als jouw kinderen opnemen in de polis.

  • Gelijke rang of volgorde:

Je kunt ervoor kiezen dat de begunstigden elk een gelijk deel krijgen, of je kunt een volgorde bepalen waarin zij recht hebben op de uitkering — bijvoorbeeld eerst jouw partner en daarna jouw kinderen. De opgegeven rangorde wordt dus enkel toegepast wanneer er in een voorafgaande rang geen enkele begunstigde meer in leven is. Het is mogelijk om meerdere personen binnen dezelfde rang te plaatsen.

Is het mogelijk om bij pensioensparen zelf de begunstigde te bepalen?

Neen, bij een levensverzekering die een belastingvoordeel oplevert in het kader van pensioensparen, moet de begunstigde je huwelijkspartner of wettelijk samenwonende partner zijn, ofwel een verwante in de tweede graad, dus een (klein)kind, (groot)ouder, (half)broer of zus.

Bij groepsverzekeringen: kun je de begunstigde zelf kiezen?

Bij een groepsverzekeringen (levensverzekering via de werkgever) is de begunstigde meestal vooraf vastgelegd. Je werkgever is de verzekeringsnemer aangezien hij het contract heeft afgesloten. Je hebt dus vaak weinig of geen keuze, tenzij het reglement wijzigingen toelaat. Als dat zo is, moet dat uitdrukkelijk zijn bepaald. In de meeste gevallen geldt de volgende rang van de volgorde van de begunstigde(n) :

  • je echtgeno(o)t(e) of wettelijk samenwonende partner
  • je kinderen
  • je ouders of, bij gebrek daaraan, je nalatenschap

Woon je feitelijk samen, dan is je partner dus niet automatisch begunstigde. Goed om te weten: als een wijziging wel mogelijk is, kan de verzekeraar eerst de toestemming van je echtgeno(o)t(e) wanneer je iemand anders wilt aanduiden dan je huwelijkspartner of kinderen.

Waarom is het belangrijk om de begunstigde zorgvuldig te kiezen?

Risico’s bij een begunstigingsclausule die niet is aangepast

Overleden begunstigde

Als een begunstigde overlijdt vóór jijzelf overlijdt of vóór het einde van het contract, kan het kapitaal niet automatisch naar die persoon gaan. In dat geval kan het bedrag bijvoorbeeld terechtkomen bij andere begunstigden of in je nalatenschap, afhankelijk van hoe de clausule is opgesteld. Dit kan leiden tot situaties waarin het geld niet bij de mensen terechtkomt die jij oorspronkelijk wilde bevoordelen. Daarom is het cruciaal om je begunstigden regelmatig te controleren en je begunstigingsclausule aan te passen aan veranderingen in je leven, zoals het overlijden van een begunstigde.

Nog aangeduide ex-partner

Vermeld je je partner bij naam als begunstigde en verandert je relatie nadien? Kijk dan goed wat er in de begunstigingsclausule staat.

Wettelijk samenwonenden

Bij Wettelijk samenwonden blijft de begunstiging gewoon gelden: de verzekeraar keert het kapitaal uit aan de persoon die in het contract genoemd staat, ook al ben je intussen uit elkaar.

Gehuwden

Bij gehuwden is dat anders: Heb je je ex-partner vóór je huwelijk als begunstigde opgegeven? Dan blijft die persoon in principe recht houden op het verzekerde bedrag, zolang je dat niet aanpast. Als je je ex-echtgenoot tijdens het huwelijk als begunstigde hebt aangeduid, is de datum van de echtscheiding belangrijk om naar te kijken.

Als je gescheiden bent vóór 1 september 2007 maar je ex nog als begunstigde staat vermeld in je levensverzekering, kan die bij je overlijden nog steeds aanspraak maken op het verzekerde bedrag. Behalve als de rechter hem of haar verantwoordelijk heeft gesteld voor de breuk of als de echtscheidingsovereenkomst een andersluidende clausule bevat en de verzekeraar daarvan op de hoogte is gesteld.

Is de scheiding echter uitgesproken na 1 september 2007, dan heeft je ex in principe geen recht meer op je verzekerde kapitaal. Tenzij jullie bij de verdeling van de goederen anders zijn overeengekomen.
Voor alle zekerheid krijgen getrouwde partners soms de raad om een bijkomende voorwaarde in hun begunstigingsclausule op te nemen, zoals "de huwelijkspartner van wie de verzekeringsnemer niet gescheiden leeft" of "de huwelijkspartner, tenzij een scheidingsaanvraag werd ingediend".

Denk er ook aan je verzekeraar te informeren over de echtscheiding.

Let op bij hertrouwen: staat er alleen “huwelijkspartner” in de clausule, dan zal het kapitaal naar je partner op het moment van je overlijden gaan. Als jij overlijdt vóór je nieuwe partner en hij of zij het kapitaal ontvangt, kan dat geld uiteindelijk terechtkomen bij zijn of haar kinderen, terwijl jouw eigen kinderen er niets van krijgen.

Concrete voorbeelden van problematische situaties

Samengesteld gezin

“Na de scheiding van mijn vader, hertrouwde mijn moeder met een man die al twee kinderen had uit een eerdere relatie. Toen mijn moeder overleed, kreeg haar nieuwe partner € 100 000 van haar levensverzekering waarvoor ze jarenlang had gespaard. Als hij dat geld niet meteen had uitgegeven, zouden uiteindelijk zijn kinderen dat bedrag erven, en niet ik.”

Hoe komt dat? Wel, het contract wees de “huwelijkspartner” als begunstigde aan. Daardoor kwam het geld toe aan de nieuwe partner met wie ze was hertrouwd. Maar het is niet zeker dat zij er gelukkig mee zou zijn als zou blijken dat het geld uiteindelijk, na het overlijden van die man, naar de kinderen uit zijn vorige relatie zou gaan, terwijl haar eigen kind achter het net zou vissen.

Dit voorbeeld laat zien dat een samengesteld gezin, met eigen kinderen én pluskinderen, onverwachte gevolgen kan hebben. Maar dit kun je dus voorkomen door de begunstigingsclausule aan te passen.

Samenwonende partner uitgesloten

“Toen mijn man overleed, ging de € 200 000 van zijn levensverzekering naar Ruth, zijn ex-vrouw. Hoe kan dat? Ik ben toch zijn nieuwe partner.”

Er is een heel logische verklaring voor deze situatie. Het koppel was destijds wettelijk samenwonend én de naam van de ex-vrouw stond nog steeds uitdrukkelijk als begunstigde in het contract vermeld (“Ruth Sanders”). De stopzetting van de wettelijke samenwoning wijzigt daar niets aan: ook al is de gezinssituatie ondertussen veranderd, de verzekeraar keert het overlijdenskapitaal uit aan de persoon die in het contract bij naam is genoemd.

Als de man had gewild dat zijn nieuwe partner het geld zou ontvangen bij zijn overlijden, had hij dit vooraf moeten regelen. Bijvoorbeeld door met zijn eerste partner een samenlevingscontract op te stellen waarin uitdrukkelijk stond dat de begunstiging bij overlijden verviel als de samenleving werd stopgezet, op voorwaarde dat de verzekeringsmaatschappij hiervan op de hoogte werd gebracht.
Een andere optie was om de begunstigde aan te passen: de naam “Ruth Sanders” vervangen door “mijn echtgenote” of “mijn wettelijk samenwonende partner”. Alleen als hij met zijn nieuwe partner gewoon samenwoonde zonder dit officieel te laten vastleggen, was het nodig om expliciet haar naam; “Céline Verstraeten” te vermelden. Zo voorkom je discussies achteraf, want termen als “feitelijk samenwonende partner” zijn juridisch niet duidelijk en bieden weinig zekerheid.

Van twee naar drie kinderen

“Toen mijn vader zijn levensverzekering afsloot, noemde hij enkel zijn twee kinderen, Thomas en Emma, als begunstigden. Twee jaar later kreeg hij een derde kind: ik. Nu mijn vader is overleden, ontdek ik dat ik van zijn verzekering niets krijg. En wat gebeurt er met het deel van Thomas, die intussen zelf ook is overleden? Gaat dat naar zijn kinderen?"

Dit is duidelijk: het contract noemt alleen Thomas en Emma bij naam. Daardoor zal de verzekeraar het deel van Thomas aan Emma uitkeren, aangezien zij nog als begunstigde overblijft.

De naam van je kinderen uitdrukkelijk vermelden als begunstigden is dus vaak geen goed idee. Zo is elk kind dat na het sluiten van het contract nog wordt geboren, daardoor uitgesloten.

Een tweede nadeel is dat het principe van plaatsvervulling dan niet geldt, tenzij het contract dit uitdrukkelijk vermeld. Plaatsvervulling betekent dat als een kind dat als begunstigde is aangeduid bij de uitkering al is overleden maar zelf kinderen heeft, zijn deel naar die kinderen gaat. Had de vader daarentegen gewoon “mijn kinderen” vermeld, zou ook het derde kind recht hebben gehad op een deel van de uitkering én zou het aandeel van Thomas naar diens kinderen zijn gegaan.

In bepaalde omstandigheden heeft het natuurlijk wel een voordeel om de kinderen die je via een levensverzekering wilt begunstigen, bij naam te noemen. Bijvoorbeeld als je een specifiek kind wilt uitsluiten. Of als je niet wilt dat het principe van plaatsvervulling wordt toegepast.

Goed om te weten: dit principe geldt niet als je andere personen van wie je de naam niet vermeldt, als begunstigden van de levensverzekering aanduidt, zoals je broers en zussen. Als er bijvoorbeeld een begunstigde broer is overleden, ontvangen zijn kinderen zijn deel niet. Wil je dat wel? Dan moet je het principe van de plaatsvervulling in jouw begunstigingsclausule opnemen.

Kun je de begunstigde van jouw levensverzekering wijzigen?

Meestal kun je de begunstigde wijzigen, zolang die persoon de aanvaarding nog niet officieel heeft ondertekend. Het is daarom verstandig om te controleren of de begunstigde bij overlijden in het contract van je individuele levensverzekering én het pensioenreglement van de groepsverzekering (ook van vroegere werkgevers) nog steeds de juiste keuze is.

De wijzigingsprocedure via de verzekeraar

Je moet een schriftelijk verzoek indienen bij de verzekeraar. Die maakt dan een bijvoegsel op met de aanpassing van de begunstigingsclausule.

De rol van een testament bij de aanduiding van een begunstigde

Heb je eerder een testament opgemaakt? Controleer dan of beide teksten elkaar niet tegenspreken. Zo voorkom je verrassingen achteraf.

Wat is een aanvaardende begunstigde en wat zijn de gevolgen?

Vaak kun je de begunstigde veranderen wanneer je wilt. Bij een groepsverzekering is dat soms moeilijker dan bij een individuele levensverzekering. 

Maar zelfs bij een individuele levensverzekering is het niet altijd mogelijk. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer er een aanvaardende begunstigde is aangewezen. In dat geval heb jij, samen met de verzekeraar en de begunstigde, een bijlage bij het contract ondertekend waarin de begunstigde controle krijgt over de levensverzekering.

Jij kunt dan alleen nog de premiebetaling stopzetten of het bedrag aanpassen. Wil je een deel van het geld vervroegd opnemen of de begunstigde veranderen? Dan heb je toestemming nodig van deze begunstigde. Een dergelijke aanvaarding komt wel niet zo vaak voor.

Welke rechten hebben reservataire erfgenamen?

Hou er rekening mee dat je meestal maar een deel van je vermogen volledig vrij kunt toewijzen. Geef je te veel via een levensverzekering aan een begunstigde, dan kan het zijn dat die persoon later een deel moet teruggeven aan de reservataire erfgenamen zoals de huwelijkspartner, kinderen ...

Als zij ontdekken dat iemand anders het geld van de verzekeraar heeft gekregen, hebben zij het recht om een deel terug te vragen. Zo wordt ervoor gezorgd dat zij alsnog het deel van je nalatenschap krijgen waar ze volgens de wet recht op hebben.

Kun je meerdere begunstigden aanwijzen?

Je kunt het kapitaal verdelen onder verschillende begunstigden.

Verdeling van het kapitaal tussen meerdere begunstigden

Gepersonaliseerde verdeling

Je bepaalt zelf hoe het verzekerde bedrag wordt verdeeld onder de gekozen begunstigden. Zo kun je subsidiaire begunstigden benoemen. Dat betekent dat je ze in een rang gaat plaatsen: eerste, tweede … Hierbij komt de tweede groep pas in aanmerking komt als de eerste groep niet meer in leven is op het moment van uitbetaling.

Gelijke delen

Staat er geen specifieke verdeelsleutel in het contract vermeld? Dan wordt het bedrag gelijk verdeeld over de begunstigden. Er is één uitzondering: als er een huwelijkspartner bij betrokken is. Dan gaat de helft van het kapitaal naar de partner in volle eigendom, en de andere helft naar de kinderen, verdeeld onder hen in gelijke delen. Heb je bijvoorbeeld twee kinderen, dan krijgt elk kind een kwart in volle eigendom.

Hierover bestaat vaak een misverstand omdat men de lijn doortrekt met de rest van de nalatenschap, waar het nagelaten vermogen wordt opgesplitst in vruchtgebruik voor de partner en blote eigendom voor de kinderen.

Maar we herhalen: die uitzondering betreft alleen de huwelijkspartner. Als je bv. je wettelijk samenwonende partner en je kinderen hebt begunstigd, krijgen zij in principe elk een gelijk deel van het overlijdenskapitaal (als er twee kinderen zijn, krijgt elk kind dus een derde in volle eigendom, net als de partner).

Wat als er geen begunstigde is aangeduid?

Vervallen clausule

Bij een levensverzekering met overlijdensdekking is het gebruikelijk om één of meerdere begunstigden aan te wijzen. Dit zijn de personen die het verzekerde kapitaal ontvangen na jouw overlijden. Je hebt hier veel vrijheid in: je kunt één persoon benoemen, meerdere personen, of een specifieke verdeelsleutel vastleggen.

In de meeste gevallen wijs je eerst begunstigden van de “eerste rang” aan. Dit zijn de mensen die als eerste recht hebben op de uitbetaling. Maar omdat het leven onvoorspelbaar is, is het verstandig om ook “subsidiaire” begunstigden op te nemen in je contract. Zij komen pas in aanmerking komen als de eerst aangeduide begunstigden op het moment van jouw overlijden niet meer in leven zijn.

In sommige gevallen kun je zelfs een begunstigde in derde rang aanduiden. Zo creëer je een duidelijke volgorde en voorkom je verwarring over wie het kapitaal krijgt.

Overlijden van de begunstigde(n) vóór de verzekerde

Wat gebeurt er als er geen begunstigde meer in leven is op het moment van uitbetaling? Of als alle begunstigden zijn overleden tegen wanneer het kapitaal vrijkomt? Dan komt het bedrag terecht in je nalatenschap. Het wordt dan onderdeel van je erfenis en je wettelijke erfgenamen kunnen hier dan aanspraak op maken.

Aanbevolen voor jou