Levensverzekering begunstigde wijzigen

Wanneer je een individuele levensverzekering hebt afgesloten en de verzekerde nog vóór de einddatum van het contract overlijdt, zal een bepaald kapitaal toekomen aan de persoon/personen die je als begunstigde(n) bij overlijden hebt aangeduid. Deze begunstigden kunnen wettige erfgenamen of “de nalatenschap” zijn en kan je in de begunstigingsclausule echt bij naam of met een generieke benaming benoemen.
Wanneer de “wettige erfgenamen” als begunstigden zijn aangeduid, is het belangrijk om te weten dat de verdeling van het kapitaal door een wetswijziging in 2012 volgens nieuwe regels wordt uitgevoerd.
Soms verandert er daarna echter een en ander in je leven: je hertrouwt, je stelt een testament op omdat je wilt dat je nalatenschap naar iemand anders gaat dan je wettige erfgenamen, een van je kinderen overlijdt … Door die nieuwe situatie strookt de begunstiging die je vroeger in je levensverzekering hebt vastgelegd, misschien niet meer met je huidige wensen. In dat geval kan je de begunstigingsclausule laten aanpassen om zo de begunstigde van je levensverzekering te wijzigen.
Wat als het om een groepsverzekering gaat?
Wanneer je levensverzekering een groepsverzekering is, kan je vaak de begunstigde niet kiezen. Je werkgever is dan immers de verzekeringnemer aangezien hij het contract afgesloten heeft. Je kunt in het bijbehorende pensioenreglement terugvinden wie de begunstigde is en of je die kunt wijzigen (als dat zo is, moet dat uitdrukkelijk zijn bepaald). Courant is er een vaste clausule waarvan je niet kunt afwijken, met deze volgorde van begunstiging: de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner; de kinderen; de ouders; de wettelijke erfgenamen of de nalatenschap. In dat geval is het dus mogelijk dat de partner met wie je “gewoon” samenwoont, niet de begunstigde kan zijn van je groepsverzekering!
Wanneer je een individuele levensverzekering hebt afgesloten en de verzekerde nog vóór de einddatum van het contract overlijdt, zal een bepaald kapitaal toekomen aan de persoon/personen die je als begunstigde(n) bij overlijden hebt aangeduid. Deze begunstigden kunnen wettige erfgenamen of “de nalatenschap” zijn en kan je in de begunstigingsclausule echt bij naam of met een generieke benaming benoemen.
Wanneer de “wettige erfgenamen” als begunstigden zijn aangeduid, is het belangrijk om te weten dat de verdeling van het kapitaal door een wetswijziging in 2012 volgens nieuwe regels wordt uitgevoerd.
Soms verandert er daarna echter een en ander in je leven: je hertrouwt, je stelt een testament op omdat je wilt dat je nalatenschap naar iemand anders gaat dan je wettige erfgenamen, een van je kinderen overlijdt … Door die nieuwe situatie strookt de begunstiging die je vroeger in je levensverzekering hebt vastgelegd, misschien niet meer met je huidige wensen. In dat geval kan je de begunstigingsclausule laten aanpassen om zo de begunstigde van je levensverzekering te wijzigen.
Wat als het om een groepsverzekering gaat?
Wanneer je levensverzekering een groepsverzekering is, kan je vaak de begunstigde niet kiezen. Je werkgever is dan immers de verzekeringnemer aangezien hij het contract afgesloten heeft. Je kunt in het bijbehorende pensioenreglement terugvinden wie de begunstigde is en of je die kunt wijzigen (als dat zo is, moet dat uitdrukkelijk zijn bepaald). Courant is er een vaste clausule waarvan je niet kunt afwijken, met deze volgorde van begunstiging: de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner; de kinderen; de ouders; de wettelijke erfgenamen of de nalatenschap. In dat geval is het dus mogelijk dat de partner met wie je “gewoon” samenwoont, niet de begunstigde kan zijn van je groepsverzekering!
Een alleenstaande geeft dikwijls "de wettige erfgenamen" als begunstigden op. Maar ook bij getrouwde partners kan "de huwelijkspartner en bij ontstentenis de wettige erfgenamen" vermeld staan, voor het geval er geen huwelijkspartner meer is bij je overlijden (zelf reeds overleden of na een echtscheiding).
De "wettige erfgenamen" zijn de personen aan wie jouw nalatenschap toekomt op grond van wat in de wet is vastgelegd. Dat leidde in het verleden in de praktijk soms tot onaangename verrassingen indien je familiale toestand was veranderd nadat het contract was gesloten of indien je achteraf een bepaalde beslissing nam over je nalatenschap die afweek van wat er op grond van de wet mee zou gebeuren. Daarom wordt de term “wettige erfgenamen” in de begunstigingsclausule van een levensverzekering sinds 2012 automatisch gelijkgesteld met “de nalatenschap”. Dus ook al staat er in je contract nog altijd de "wettige erfgenamen" als begunstigden, de verzekeraar moet ervan uitgaan dat daar "de nalatenschap" staat.
Het voordeel is dat daardoor bij de toekenning van het kapitaal in bepaalde omstandigheden met andere personen rekening kan worden gehouden dan je wettige erfgenamen …
Er is wel een nadeel. Wanneer de passiva van de nalatenschap (de schulden) groter zijn dan de activa (de bezittingen), zal de begunstigde van de levensverzekering het kapitaal dan namelijk niet opstrijken: doordat het automatisch in de nalatenschap valt, zal het worden gebruikt om de schuldeisers te betalen. Vanuit dat opzicht kan het beter zijn om de begunstigden op een andere manier aan te duiden dan met "wettige erfgenamen" of “mijn nalatenschap”.
Er zijn drie gevallen waarin de levensverzekering aan "de nalatenschap" toekomt, ook al staat het er niet met zoveel woorden:
- wanneer in het contract geen melding werd gemaakt van een specifieke begunstigde;
- wanneer de begunstigingsclausule niet meer toepasbaar is, bv. omdat je iemand had aangeduid die al vóór jou is overleden en er geen "subsidiaire" begunstigde is aangeduid, dus iemand die de begunstigde wordt indien de oorspronkelijke begunstigde nog vóór de verzekerde overlijdt;
- wanneer in het contract “de wettige erfgenamen” of “de nalatenschap” als begunstigde werd opgegeven.
In al die gevallen moet de verzekeraar het kapitaal verdelen volgens dezelfde regels als die welke voor je andere bezittingen gelden, d.w.z. volgens de wilsbeschikkingen die je in een testament hebt vastgelegd en als er niet zo'n document is, op grond van de wettelijke erfopvolging.
Dat heeft vooral verstrekkende gevolgen voor de contracten met de "wettige erfgenamen" als begunstigden.
Iemand anders dan de wettige erfgenamen kan tot de begunstigden behoren
Ook al staat er in het contract dat de wettige erfgenamen de begunstigden zijn, er zal toch met andere personen rekening worden gehouden als je dat zo hebt beslist in een testament.
We nemen het voorbeeld van Bert. Hij had op het moment dat hij zijn levensverzekering sloot geen kinderen en hij duidde zijn wettige erfgenamen als begunstigden aan. Toen hij overleed, leefde hij al meerdere jaren samen met An, maar ze hebben geen contract van wettelijke samenwoning gesloten en ze hebben ook geen kinderen samen. Bert had een testament opgesteld waarin hij alles naliet aan An. Hij had er echter niet aan gedacht om de begunstigingsclausule van zijn levensverzekering aan te passen, en die werd evenmin vermeld in zijn testament.
Geen probleem, het kapitaal behoort tot de nalatenschap, en de verdeling ervan gebeurt dus volgens zijn testament, m.a.w. An zal het geld krijgen.
Terloops: bij een overlijden tot eind augustus 2018 konden zijn ouders wel, als ze dat wensten, de zogenoemde wettelijke reserve opeisen aangezien Bert geen kinderen heeft. Maar voor overlijdens vanaf 1/9/2018 zijn ouders geen reservataire erfgenamen meer.
Het kapitaal wordt niet meer per se in gelijke delen onder de erfgenamen verdeeld
Bij de contracten waar de wettige erfgenamen de begunstigden zijn, kwam het kapitaal vroeger in gelijke delen aan hen toe, maar dat is nu niet altijd meer het geval.
We nemen het voorbeeld van Jan. Hij heeft twee kinderen, Els en Piet, en hij duidde zijn wettige erfgenamen als begunstigde aan. Op het moment dat hij overlijdt, is zijn zoon Piet echter al overleden. Piet liet twee kinderen achter, Robin en Julie. De wettige erfgenamen van Jan zijn dus zijn dochter Els en zijn kleinkinderen Robin en Julie.
De helft van de nalatenschap, en dus ook van de levensverzekering, komt toe aan Els, en de andere helft in gelijke delen aan Robin en Julie.
De wettelijk samenwonende partner krijgt soms niets
Wanneer je een contract van wettelijke samenwoning hebt gesloten, is die partner een wettige erfgenaam. Vroeger deelde hij/zij daarom in het kapitaal als de nalatenschap de begunstigde is. Maar de nieuwe regeling valt in het nadeel uit van de wettelijk samenwonenden. Als je geen testament hebt opgesteld en er wel nog andere erfgenamen zijn (tot de 4e graad, dus inclusief ooms, tantes, neven en nichten), zal die partner in principe niets van de levensverzekering. Hij/zij zal enkel en alleen het vruchtgebruik verwerven over de gezinswoning, en krijgt hij/zij dus geen enkel aandeel in noch het vruchtgebruik over geldsommen die tot de nalatenschap behoren. Dat maakt duidelijk dat niet alleen voor feitelijk samenwonenden maar ook voor wettelijk samenwonenden een testament nog altijd nut kan hebben, ook als er geen levensverzekering is!
Er zijn diverse mogelijkheden voor de begunstigingsclausule: echt bij naam of alleen met een generieke benaming (dus alleen de hoedanigheid van de begunstigde). De formulering is essentieel voor de manier waarop het kapitaal zal worden uitgekeerd.
Begunstigde bij naam genoemd
Je kunt ervoor kiezen om de begunstigde bij naam te noemen, bv. Nele Bruggeman. Het nadeel is dat zolang je de begunstigingsclausule niet wijzigt, je kapitaal dan naar die begunstigde zal gaan, ook al is je situatie op het moment dat je overlijdt, misschien drastisch gewijzigd en wil je dat je kapitaal naar iemand anders gaat of op z'n minst met anderen wordt gedeeld.
Huwelijkspartner of wettelijk samenwonende partner als begunstigde
- Als de clausule gewoon "de huwelijkspartner" luidt en je daarna bent hertrouwd, zal het kapitaal naar je nieuwe partner gaan, dus de persoon die jouw huwelijkspartner is op het moment van je overlijden. Als je in een nieuwsamengesteld gezin terechtkomt met twee soorten kinderen, stiefkinderen en eigen kinderen, kan dat uiteindelijk toch nog onaangename gevolgen hebben. Want als de verzekerde eerder overlijdt dan de nieuwe partner en die laatste het kapitaal opstrijkt, kan het geld zo uiteindelijk bij diens kinderen belanden, terwijl de kinderen van de verzekerde achter het net vissen.
- Als je die partner daarentegen bij naam hebt vermeld maar je daarna met een andere partner bent gaan samenwonen, maakt het voor de uitkering van het overlijdenskapitaal een verschil uit of je met die eerste partner alleen wettelijk samenwoonde of dat je ermee getrouwd was. Bij wettelijk samenwonenden verandert de stopzetting van de wettelijke samenwoning niets aan de begunstiging: ook al is de gezinssituatie ondertussen veranderd, de verzekeraar zal het kapitaal uitkeren aan de met naam genoemde persoon. Niet zo bij huwelijkspartners: volgens de wet vallen alle voordelen die gesloten zijn tijdens het huwelijk, normaliter weg door de echtscheiding. Dus als het ging om een contract dat tijdens het huwelijk was gesloten en waarbij de naam van de vrouw als begunstigde was opgegeven, zou zij na de stopzetting van het huwelijk geen aanspraak meer kunnen maken op de uitkering. Tenzij bij de echtscheiding en de verdeling van de vermogens iets anders was vastgelegd.
- Getrouwde of wettelijk samenwonende partners zal de verzekeraar veelal aanraden om een bijkomende voorwaarde in de begunstigingsclausule op te nemen, zoals "de huwelijkspartner van wie de verzekeringsnemer niet gescheiden leeft" of "de huwelijkspartner, tenzij een scheidingsaanvraag werd ingediend".
De kinderen als begunstigden
- Als je je kinderen opgeeft als begunstigden zonder ze bij naam te noemen, zijn al je kinderen op het moment dat je overlijdt, de begunstigden. Is één van hen op dat moment al overleden en heeft hij/zij kinderen nagelaten (je kleinkinderen dus), dan gaat zijn/haar deel naar hen.
- Vermeld je je kinderen bij naam, dan verdient het aanbeveling om te verduidelijken dat ook kinderen die eventueel later worden geboren, begunstigden zijn (anders vallen die kinderen uit de boot), en dat hun kinderen (je kleinkinderen) "bij plaatsvervulling" recht hebben op het deel van hun ouder indien die overleden is.
De huwelijkspartner én de kinderen als begunstigden
- Als je zowel je huwelijkspartner als je kinderen als begunstigden opgeeft, komt de helft van het kapitaal toe aan je partner en de andere helft in gelijke delen aan je kinderen.
- Maar je kunt ook kiezen voor een getrapte clausule zoals "de huwelijkspartner van wie de verzekeringsnemer niet gescheiden leeft, en bij ontstentenis de kinderen". In dat geval krijgt je partner alles, en als hij/zij er niet meer is op het moment van je overlijden, gaat alles in gelijke delen naar de kinderen.
Algemeen advies is onmogelijk
Elke situatie is anders. Algemeen advies geven is dan ook onmogelijk. Vaak is een generieke aanduiding een betere oplossing dan nominatief, maar in bepaalde omstandigheden geldt precies het omgekeerde. In ons magazine Budget & Recht illustreerden we dat met enkele concrete voorbeelden in het artikel "Kies de begunstigde die je echt wilt".Als je vaststelt dat de begunstigde in het contract voor je individuele levensverzekering niet meer de persoon is aan wie je wilt dat het kapitaal bij je overlijden toekomt, kun je dat laten wijzigen.
Je kunt op elk moment de begunstigingsclausule van je levensverzekering laten aanpassen, tenzij de begunstigde de verzekeringsprestatie officieel heeft aanvaard, want dan is de begunstiging in principe onherroepelijk (tenzij de begunstigde akkoord zou gaan om als begunstigde te worden geschrapt). Maar die aanvaarding komt niet vaak voor, veelal is de begunstigde niet eens op de hoogte van het bestaan van een levensverzekering.
Om de begunstiging te laten wijzigen, wend je je het best tot je verzekeraar. Hij zal een bijvoegsel bij het contract opmaken. Heb je meerdere levensverzekeringscontracten, dan moet je specifiëren of de nieuwe begunstiging voor alle contracten geldt dan wel alleen voor de specifiek aangeduide contracten.
Wijzigingen kunnen eventueel, bv. als er erg veel haast bij is, ook bij testament. Maar dan moet het heel duidelijk zijn dat je de begunstigden van je testament ook tot begunstigden van je levensverzekering wilt maken. Het testament zal in principe de begunstigingsclausule van de levensverzekering overrulen wanneer dat recenter is. Maar je riskeert in de praktijk wel problemen doordat het testament en de begunstigingsclausule van je contract dan niet op elkaar zijn afgestemd, zoals we hierna uitleggen.
Indien je eerder al een testament hebt opgemaakt, check dan of beide teksten elkaar niet tegenspreken. In principe zou weliswaar de laatst opgemaakte tekst, dus die van de verzekering, moeten primeren, maar de rechtspraak is daar niet rechtlijnig over. Dus neem beter het zekere voor het onzekere.
Als de begunstigingswijziging niet via een bijvoegsel aan het contract gebeurt, kan de verzekeraar die daar niet van op de hoogte is, niet aansprakelijk worden gesteld als hij het kapitaal te goeder trouw uitkeert aan de in het contract vermelde begunstigde. Nieuwe begunstigden zullen zich dan moeten wenden tot de in het contract vermelde begunstigden om te claimen wat hen toekomt.
Hou er rekening mee dat je meestal slechts een deel van je vermogen volledig vrij kunt wegschenken. Geef je te veel via een levensverzekering, dan bestaat de kans dat de begunstigde op het ogenblik dat je nalatenschap opvalt, een deel moet afstaan aan zogenoemde reservataire erfgenamen (huwelijkspartner, kinderen). Als zij erop uitkomen dat je iemand anders als begunstigde hebt aangeduid en dat die geld heeft opgestreken van de verzekeraar, hebben zij het recht om een deel ervan terug te eisen zodat ze komen aan het deel dat je hen volgens de wet sowieso niet kunt ontnemen.