Levensverzekering begunstigde wijzigen
Er zijn drie gevallen waarin de levensverzekering aan "de nalatenschap" toekomt, ook al staat het er niet met zoveel woorden:
- wanneer in het contract geen melding werd gemaakt van een specifieke begunstigde;
- wanneer de begunstigingsclausule niet meer toepasbaar is, bv. omdat je iemand had aangeduid die al vóór jou is overleden en er geen "subsidiaire" begunstigde is aangeduid, dus iemand die de begunstigde wordt indien de oorspronkelijke begunstigde nog vóór de verzekerde overlijdt;
- wanneer in het contract “de wettige erfgenamen” of “de nalatenschap” als begunstigde werd opgegeven.
In al die gevallen moet de verzekeraar het kapitaal verdelen volgens dezelfde regels als die welke voor je andere bezittingen gelden, d.w.z. volgens de wilsbeschikkingen die je in een testament hebt vastgelegd en als er niet zo'n document is, op grond van de wettelijke erfopvolging.
Dat heeft vooral verstrekkende gevolgen voor de contracten met de "wettige erfgenamen" als begunstigden.
Iemand anders dan de wettige erfgenamen kan tot de begunstigden behoren
Ook al staat er in het contract dat de wettige erfgenamen de begunstigden zijn, er zal toch met andere personen rekening worden gehouden als je dat zo hebt beslist in een testament.
We nemen het voorbeeld van Bert. Hij had op het moment dat hij zijn levensverzekering sloot geen kinderen en hij duidde zijn wettige erfgenamen als begunstigden aan. Toen hij overleed, leefde hij al meerdere jaren samen met An, maar ze hebben geen contract van wettelijke samenwoning gesloten en ze hebben ook geen kinderen samen. Bert had een testament opgesteld waarin hij alles naliet aan An. Hij had er echter niet aan gedacht om de begunstigingsclausule van zijn levensverzekering aan te passen, en die werd evenmin vermeld in zijn testament.
Geen probleem, het kapitaal behoort tot de nalatenschap, en de verdeling ervan gebeurt dus volgens zijn testament, m.a.w. An zal het geld krijgen.
Terloops: bij een overlijden tot eind augustus 2018 konden zijn ouders wel, als ze dat wensten, de zogenoemde wettelijke reserve opeisen aangezien Bert geen kinderen heeft. Maar voor overlijdens vanaf 1/9/2018 zijn ouders geen reservataire erfgenamen meer.
Het kapitaal wordt niet meer per se in gelijke delen onder de erfgenamen verdeeld
Bij de contracten waar de wettige erfgenamen de begunstigden zijn, kwam het kapitaal vroeger in gelijke delen aan hen toe, maar dat is nu niet altijd meer het geval.
We nemen het voorbeeld van Jan. Hij heeft twee kinderen, Els en Piet, en hij duidde zijn wettige erfgenamen als begunstigde aan. Op het moment dat hij overlijdt, is zijn zoon Piet echter al overleden. Piet liet twee kinderen achter, Robin en Julie. De wettige erfgenamen van Jan zijn dus zijn dochter Els en zijn kleinkinderen Robin en Julie.
De helft van de nalatenschap, en dus ook van de levensverzekering, komt toe aan Els, en de andere helft in gelijke delen aan Robin en Julie.
De wettelijk samenwonende partner krijgt soms niets
Wanneer je een contract van wettelijke samenwoning hebt gesloten, is die partner een wettige erfgenaam. Vroeger deelde hij/zij daarom in het kapitaal als de nalatenschap de begunstigde is. Maar de nieuwe regeling valt in het nadeel uit van de wettelijk samenwonenden. Als je geen testament hebt opgesteld en er wel nog andere erfgenamen zijn (tot de 4e graad, dus inclusief ooms, tantes, neven en nichten), zal die partner in principe niets van de levensverzekering. Hij/zij zal enkel en alleen het vruchtgebruik verwerven over de gezinswoning, en krijgt hij/zij dus geen enkel aandeel in noch het vruchtgebruik over geldsommen die tot de nalatenschap behoren. Dat maakt duidelijk dat niet alleen voor feitelijk samenwonenden maar ook voor wettelijk samenwonenden een testament nog altijd nut kan hebben, ook als er geen levensverzekering is!
Er zijn diverse mogelijkheden voor de begunstigingsclausule: echt bij naam of alleen met een generieke benaming (dus alleen de hoedanigheid van de begunstigde). De formulering is essentieel voor de manier waarop het kapitaal zal worden uitgekeerd.
Begunstigde bij naam genoemd
Je kunt ervoor kiezen om de begunstigde bij naam te noemen, bv. Nele Bruggeman. Het nadeel is dat zolang je de begunstigingsclausule niet wijzigt, je kapitaal dan naar die begunstigde zal gaan, ook al is je situatie op het moment dat je overlijdt, misschien drastisch gewijzigd en wil je dat je kapitaal naar iemand anders gaat of op z'n minst met anderen wordt gedeeld.
Huwelijkspartner of wettelijk samenwonende partner als begunstigde
- Als de clausule gewoon "de huwelijkspartner" luidt en je daarna bent hertrouwd, zal het kapitaal naar je nieuwe partner gaan, dus de persoon die jouw huwelijkspartner is op het moment van je overlijden. Als je in een nieuwsamengesteld gezin terechtkomt met twee soorten kinderen, stiefkinderen en eigen kinderen, kan dat uiteindelijk toch nog onaangename gevolgen hebben. Want als de verzekerde eerder overlijdt dan de nieuwe partner en die laatste het kapitaal opstrijkt, kan het geld zo uiteindelijk bij diens kinderen belanden, terwijl de kinderen van de verzekerde achter het net vissen.
- Als je die partner daarentegen bij naam hebt vermeld maar je daarna met een andere partner bent gaan samenwonen, maakt het voor de uitkering van het overlijdenskapitaal een verschil uit of je met die eerste partner alleen wettelijk samenwoonde of dat je ermee getrouwd was. Bij wettelijk samenwonenden verandert de stopzetting van de wettelijke samenwoning niets aan de begunstiging: ook al is de gezinssituatie ondertussen veranderd, de verzekeraar zal het kapitaal uitkeren aan de met naam genoemde persoon. Niet zo bij huwelijkspartners: volgens de wet vallen alle voordelen die gesloten zijn tijdens het huwelijk, normaliter weg door de echtscheiding. Dus als het ging om een contract dat tijdens het huwelijk was gesloten en waarbij de naam van de vrouw als begunstigde was opgegeven, zou zij na de stopzetting van het huwelijk geen aanspraak meer kunnen maken op de uitkering. Tenzij bij de echtscheiding en de verdeling van de vermogens iets anders was vastgelegd.
- Getrouwde of wettelijk samenwonende partners zal de verzekeraar veelal aanraden om een bijkomende voorwaarde in de begunstigingsclausule op te nemen, zoals "de huwelijkspartner van wie de verzekeringsnemer niet gescheiden leeft" of "de huwelijkspartner, tenzij een scheidingsaanvraag werd ingediend".
De kinderen als begunstigden
- Als je je kinderen opgeeft als begunstigden zonder ze bij naam te noemen, zijn al je kinderen op het moment dat je overlijdt, de begunstigden. Is één van hen op dat moment al overleden en heeft hij/zij kinderen nagelaten (je kleinkinderen dus), dan gaat zijn/haar deel naar hen.
- Vermeld je je kinderen bij naam, dan verdient het aanbeveling om te verduidelijken dat ook kinderen die eventueel later worden geboren, begunstigden zijn (anders vallen die kinderen uit de boot), en dat hun kinderen (je kleinkinderen) "bij plaatsvervulling" recht hebben op het deel van hun ouder indien die overleden is.
De huwelijkspartner én de kinderen als begunstigden
- Als je zowel je huwelijkspartner als je kinderen als begunstigden opgeeft, komt de helft van het kapitaal toe aan je partner en de andere helft in gelijke delen aan je kinderen.
- Maar je kunt ook kiezen voor een getrapte clausule zoals "de huwelijkspartner van wie de verzekeringsnemer niet gescheiden leeft, en bij ontstentenis de kinderen". In dat geval krijgt je partner alles, en als hij/zij er niet meer is op het moment van je overlijden, gaat alles in gelijke delen naar de kinderen.