Coronavaccins


Bijna twee jaar houdt het coronavirus ons al in de ban. Aan een ongeziene snelheid werden er nieuwe vaccins ontwikkeld. Maar dat brengt natuurlijk de nodige vragen met zich mee. In dit dossier beantwoorden we alvast een aantal veelvoorkomende vragen.
Na het coronavirus zelf, is de vaccinatie tegen dit hardnekkige virus wellicht één van de meest besproken onderwerpen van de afgelopen maanden. Velen onder ons hopen immers dat de vaccins een einde kunnen maken aan het dodental, aan de druk op onze gezondheidszorg en aan de strenge maatregelen die het sociale en economische leven gijzelen.
Nog niet meteen terug naar ons oude leven
Toch zal dat laatste helaas nog niet voor meteen zijn. Zelfs nu de vaccinatiecampagne gestart is, kunnen we nog niet van de ene dag op de andere alle voorzorgsmaatregelen overboord gooien.
Eerst en vooral omdat er op dit moment hoe dan ook onvoldoende vaccins beschikbaar zijn om aan de wereldwijde vraag te voldoen.
De eerste vaccins lijken de meeste mensen te beschermen tegen symptomen van het coronavirus. Toch blijven heel wat vragen nog altijd onbeantwoord. Zullen we eens we gevaccineerd zijn niet meer besmet kunnen geraken met het coronavirus? Of zullen we er niet meer door in het ziekenhuis belanden? Zullen we het virus zelf nog kunnen overdragen? En hoe lang zal een vaccin ons beschermen? Ook blijft het koffiedik kijken of er bijwerkingen optreden op langere termijn en ook over eventuele zeldzame bijwerkingen is voorlopig nog niets geweten. Verdere opvolging is dus vereist. Pas wanneer we een vaccin hebben dat voldoende effect heeft op transmissie én voldoende mensen gevaccineerd zijn om groepsimmuniteit te bekomen, kunnen we terugkeren naar het oude normaal.
We trachten in dit dossier alvast, in de mate van het mogelijke, een aantal prangende vragen te beantwoorden over de coronavaccins.
- Waarom konden de coronavaccins zo snel ontwikkeld worden?
- Hoe werken de coronavaccins?
- Zijn de coronavaccins veilig?
- Hoeveel moet je betalen voor een vaccin?
- Waarom zijn de contracten niet openbaar?
- Wanneer kunnen we terug naar het oude normaal?
- Moet ik me laten vaccineren?
- Laat ik mijn tiener vaccineren?
- Laat ik mijn jong kind vaccineren?
- Veelgestelde vragen
Een klassieke vaccinontwikkeling gebeurt in verschillende fases die elkaar opvolgen.
- Preklinische fase: onderzoek in het labo en op dieren.
- Klinische fase:
o Fase 1: Het vaccin wordt op veiligheid getest bij enkele tientallen vrijwilligers.
o Fase 2: Het vaccin wordt getest bij een grotere groep mensen op veiligheid, immuunreactie en optimale dosis.
o Fase 3: De échte test van veiligheid en werkzaamheid in een gevarieerde groep van duizenden vrijwilligers, verdeeld over placebo en vaccingroep. Noch de onderzoekers, noch de proefpersonen weten wie wat krijgt.
o Fase 4: Het vaccin is op de markt. Aspecten zoals veiligheid en duur van de bescherming worden verder opgevolgd.
Na iedere fase volgt er een beoordeling. Wegen de voordelen van het vaccin op dat moment nog op tegen de eventuele vastgestelde nadelen, dan worden de nodige voorbereidingen getroffen om naar een volgende fase over te gaan. Blijkt het antwoord negatief, dan stopt het daar. Tal van kandidaat-vaccins halen de eindmeet dan ook niet wegens onvoldoende werkzaamheid, veiligheid of rentabiliteit. Volgens een recente studie over de periode tussen 2000-2015 komt uiteindelijk slechts één op de drie vaccins die in de eerste onderzoeken op mensen worden getest, ook daadwerkelijk op de markt.
Maar hoe kan het dat iets waar in normale tijden al gauw tien jaar voor nodig is, nu op amper een jaar tijd kon worden verwezenlijkt? Daar spelen verschillende factoren een rol in.
Iedere fase uitgevoerd
Door de zware impact van het coronavirus op de gezondheid van de bevolking, de zorgsector en de economie, was het niet wenselijk om het klassieke tijdsschema aan te houden waarbij de fases sequentieel verlopen. Het was nu zaak om de pandemie zo snel mogelijk in te dijken. Dat betekent echter niet dat sommige fases zonder meer overboord werden gegooid. Iedere fase moet volledig uitgevoerd zijn alvorens het vaccin een goedkeuring kan krijgen van het Europese geneesmiddelenagentschap (EMA) en dus bij ons op de markt kan komen.
In China en Rusland werd hier iets lakser mee omgesprongen. Beide landen zijn immers al maanden geleden bij bepaalde doelgroepen begonnen met het toedienen van een vaccin waarvoor de onderzoeken nog niet waren afgerond. Met andere woorden waarvan men niet wist of het voldoende veilig en werkzaam is. Dat is een scenario dat gelukkig bij ons niet op tafel ligt.
Resultaten niet afgewacht
Wat wel anders is dan bij een normaal ontwikkelingsproces, is dat er niet systematisch werd gewacht op de resultaten van een bepaalde fase om verdere voorbereidingen te treffen. Er werden bijvoorbeeld al locaties gezocht voor de studie en vrijwilligers gerekruteerd voor de volgende fase. Bij meerdere firma’s werden ook al in een vroege fase logistieke voorbereidingen genomen om het coronavaccin meteen op grote schaal te kunnen produceren.
De verschillende fases van het klinisch onderzoek, het onderzoek op mensen, mochten zelfs uitzonderlijk (gedeeltelijk) parallel verlopen. En daar kunnen wel wat bedenkingen bij worden geplaatst. Veel meer vrijwilligers dan in normale tijden werden op die manier immers blootgesteld aan een vaccin waarover nog weinig geweten was qua veiligheid en werkzaamheid. Firma’s voorzien in hun studieprotocols wel altijd duidelijke stopcriteria, situaties waarin het onderzoek hoe dan ook moet worden stilgelegd. Getuige hiervan de vaccins van OxfordUniversity/AstraZeneca en Johnson & Johnson waarvoor de onderzoeken tijdelijk werden stilgelegd door het optreden van een ernstige ziekte en dit tot duidelijk was of er een oorzakelijk verband was met het vaccin.
De risico’s die bedrijven nemen door de resultaten niet af te wachten worden wel gedeeltelijk gecompenseerd door de stevige subsidies die voor de coronavaccins werden vrijgemaakt.
Meer kennis, meer samenwerking
Het zal wellicht niet verbazen dat het coronavirus zowel bij onderzoekers als bij farmaceutische firma’s volledig bovenaan de prioriteitenlijst prijkt. Doordat er zoveel wetenschappers mee bezig zijn en er natuurlijk ook zoveel middelen voor zijn vrijgemaakt, bouwt de kennis over COVID-19 zich veel sneller op dan gewoonlijk. En dat vergemakkelijkte uiteraard de zoektocht naar een geschikt vaccin tegen dit hardnekkige virus.
Bovendien wordt er niet enkel meer onderzoek verricht, kennis wordt ook veel meer gedeeld. Zo kraakte een Chinees onderzoeksteam amper enkele weken na de eerste besmettingen in Wuhan reeds de genetische code van SARS-CoV-2. Midden januari 2020 maakten ze deze ook publiek. En dat betekende meteen een schat aan informatie voor vaccinontwikkelaars wereldwijd.
Vroeger onderzoek komt van pas
Een vergelijkende analyse met de verwante coronavirussen SARS-CoV-1 en MERS-CoV, waar de afgelopen jaren al onderzoek naar gedaan werd en waarvoor zelfs vaccinontwikkeling aan de gang was, leverde interessante aanknopingspunten op. Zo kon snel achterhaald worden welk eiwit van het virus geschikt is om een goede immuunreactie uit te lokken bij mensen die gevaccineerd worden.
Eens zo’n eiwit gekozen is, konden meerdere universiteiten en firma’s heel snel aan de slag om een kandidaat-vaccin te ontwikkelen en te testen. De afgelopen jaren gebeurden immers heel wat investeringen in zogenaamde platformtechnologieën. Deze innovatieve techniek kun je in feite vergelijken met een bepaald type auto. Iedere wagen van dat type ziet er hetzelfde uit, maar de bestuurders verschillen. Dat is net zo bij deze techniek. Vaccins gemaakt via eenzelfde platform zijn opgebouwd met dezelfde bouwstenen, enkel het deel van het virus dat de immuunreactie uitlokt, zal verschillen. Eens een vaccin op basis van een bepaald platform op de markt is, zijn er voor volgende vaccins met dat platform minder veiligheidstesten vereist. Net zoals je bij een auto, eens die op de markt is, enkel hoeft na te gaan of de bestuurder een rijbewijs heeft. Voor sommige platformen is er echter nog geen vaccin op de markt, maar zijn er wel al klinische studies, wat ook nuttige informatie kan opleveren.
COVID-19 blijft een nieuw virus
Toch mogen we niet vergeten dat het huidige coronavirus een nieuw virus blijft. Dus hoewel dat de kennis erover zich in sneltempo opbouwt, blijven er ook nog heel wat aspecten vragen oproepen. Bovendien zien we ook dat het coronavirus muteert. Dat is geen verrassing op zich, maar natuurlijk wel vervelend. Zo blijken bepaalde mutanten zich nu sterk te verspreiden terwijl verschillende firma’s hun vaccin al op de markt hebben of in de late fase van hun ontwikkelingsproces zitten. Het is dan ook nog maar de vraag of en in welke mate de vaccins ons tegen die mutanten zullen beschermen.
Het coronavirus heeft wereldwijd een ongeziene impact op gezondheidsvlak, maar ook op economisch vlak. Het is dan ook absoluut te verantwoorden dat procedures werden bijgesteld om een snellere vaccinontwikkeling mogelijk te maken.
Farmaceutische firma’s kunnen steeds advies inwinnen bij het Europees geneesmiddelenagentschap (EMA) over wat nu de beste methode is om wetenschappelijk betrouwbare bewijzen te verzamelen over de veiligheid, werkzaamheid en kwaliteit van hun vaccin. In normale tijden laat het antwoord op die vraag zo’n 40 à 70 dagen op zich wachten. Die termijn is nu ingekort naar minder dan 20 dagen.
Daarnaast werkt het EMA uitzonderlijk ook met een systeem van “rolling review”. Hierbij bezorgt de firma de onderzoeksgegevens van hun kandidaat-vaccin gradueel aan EMA, van zodra ze beschikbaar zijn. In normale tijden wordt dit allemaal tegelijkertijd bezorgd van zodra alle onderzoeksfasen afgelopen zijn. Er moeten dus evenveel resultaten bezorgd worden als in een normale procedure, maar de beoordeling door EMA verloopt stapsgewijs. Is het EMA van mening dat er voldoende gegevens beschikbaar zijn voor een vergunning, dan volstaat het voor de firma om de formele vraag in te dienen. Op die manier kan een kandidaat-coronavaccin sneller een goedkeuring voor markttoetreding bekomen. EMA is momenteel bezig met de analyse van de preklinische en klinische gegevens voor het kandidaat-vaccin van Curevac, Novavax en het Russische Sputnik V vaccin. De vaccins van BioNTech/Pfizer, Moderna, OxfordUniversity/AstraZeneca en Johnson & Johnson hebben intussen een voorwaardelijke toelating gekregen om op de markt te komen.
Via zo’n voorwaardelijke marktvergunning kan een geneesmiddel, of in dit geval een vaccin, uitzonderlijk worden goedgekeurd op basis van minder uitgebreide gegevens dan gewoonlijk. Deze procedure wordt gebruikt wanneer er een dringende medische of maatschappelijke behoefte is zoals bij een pandemie. EMA verleent deze vergunning alleen wanneer de voordelen van het product en van de snelle beschikbaarheid ervan, opwegen tegen de risico’s die dan al gekend zijn, alsook tegen de risico’s die er nog zijn door het ontbreken van die gegevens. Aan zo’n toelating zijn voorwaarden verbonden. Zo moeten firma’s verder gegevens verzamelen in lopende studies en bijkomend onderzoek opzetten om belangrijke lacunes in de kennis op te vullen.
Firma’s starten hun analyses qua werkzaamheid en veiligheid van zodra een bepaald aantal proefpersonen uit de gevaccineerde groep en de placebogroep besmet zijn en hun symptomen geregistreerd zijn. Daarom includeerden de firma’s enkele tienduizenden proefpersonen, wat beduidend meer is dan doorgaans bij vaccinstudies. Doordat het coronavirus wereldwijd nog sterk circuleert, duurde het maar enkele maanden vooraleer zo'n 150 à 160 van hen besmet en ziek werden, wat voldoende was om de analyse van de resultaten te starten. Hoe sterker het virus circuleert en hoe meer proefpersonen deelnemen aan een studie, des te sneller dit aantal bereikt wordt.
Hoe werkt een vaccin?
Het doel van een vaccin is om een afweerreactie van ons lichaam uit te lokken. Door middel van het vaccin wordt je immuunsysteem op een gecontroleerde manier in contact gebracht met een (deeltje van) een ziekteverwekker, zonder dat dit de ziekte zelf veroorzaakt. Je immuunsysteem gaat daarop reageren, onder andere door antistoffen (ook wel antilichamen genoemd) aan te maken. Die antistoffen zullen in actie schieten wanneer je lichaam later in contact komt met de echte ziekteverwekker. Ze herkennen de ziekteverwekker, waardoor het afweersysteem sterker en sneller zal kunnen reageren om de ziekte te voorkomen.
Tot voor kort bestonden vaccins doorgaans uit dode of afgezwakte ziektekiemen (een bacterie of een virus) of een deel daarvan. De nieuwe coronavaccins werken echter anders. Onder de vaccins waarop ons land heeft ingetekend kunnen we twee soorten onderscheiden: de RNA-vaccins (Moderna, BioNTech/Pfizer, Curevac) en de vectorvaccins (Johnson & Johnson en OxfordUniversity/AstraZeneca). Beide types werken niet volgens de klassieke methode, maar maken gebruik van de genetische code van een bepaald deeltje van de ziekteverwekker. In dit geval het zogenaamde “spike”-eiwit van het coronavirus, de stekeltjes waarmee het virus zich op onze cellen hecht.
Vector-vaccins versus RNA-vaccins
Om een coronavaccin te maken, knipt men uit het genetische materiaal van het coronavirus de genetische code voor het spike-eiwit, met andere woorden het fragment dat de instructies bevat om het spike-eiwit aan te maken.
(Lees verder onder de video)
- RNA-vaccin: De genetische code voor het spike-eiwit wordt in vetdeeltjes gebracht.
- Vector-vaccin: De genetische code voor het spike-eiwit wordt in een ander, onschadelijk (gemaakt) virus gebracht.
De vetdeeltjes van een RNA-vaccin en het onschadelijke virus van een vector-vaccin vormen dus als het ware de “verpakking” waarmee de genetische code voor het spike-eiwit in menselijke cellen binnengesmokkeld wordt bij het inspuiten van het vaccin. Deze genetische code bevat de instructies om het spike-eiwit aan te maken. Deze instructies worden afgelezen door de “eiwitfabriekjes” in de menselijke cellen, wat leidt tot de productie van talrijke spike-eiwitten.
Ons immuunsysteem zal de spike-eiwitten als "vreemd" herkennen en passende antistoffen aanmaken. Deze antistoffen herkennen dit specifieke spike-eiwit, zoals een sleutel past op een slot.
Als het echte coronavirus later je lichaam binnendringt, zal het immuunsysteem de spike-eiwitten herkennen. De productie van antistoffen zal nu veel sneller en sterker op gang komen. De antistoffen zullen zich hechten op de spike-eiwitten van het coronavirus. Op die manier wordt het immuunsysteem aangezet om het virus onschadelijk te maken.
Geen gevaar voor je DNA
Noch de RNA-vaccins, noch de vector-vaccins kunnen het genetisch materiaal van de ingeënte persoon beschadigen en op die manier mutaties of zelfs kanker veroorzaken. Dat is wetenschappelijk bevestigd.
Om dat te kunnen doen, moeten ze immers tot in de kern van je cellen geraken en zich daar inbouwen in je DNA. Noch de RNA-vaccins noch de vector-vaccins hebben daar de juiste “tools” voor. Bovendien breekt ons lichaam het RNA snel af eens de instructies om het juiste eiwit aan te maken zijn doorgegeven aan de eiwitfabriekjes in onze cellen.
Veiliger, sneller en makkelijker aan te passen
Beide soorten vaccins worden beschouwd als een veiliger alternatief voor de traditionele vaccins op basis van dode of afgezwakte ziektekiemen. Ze kunnen immers zelf geen infectie uitlokken (met SARS-CoV-2 of met het onschadelijk gemaakte vectorvirus).
Een bijkomend voordeel van RNA-vaccins ten opzichte van de traditionele methoden is dat de productie een stuk sneller gaat, al blijft het een ingewikkeld proces, getuige hiervan de huidige vertragingen in de productie. Bovendien kunnen deze vaccins redelijk snel worden aangepast wanneer nieuwe varianten van het coronavirus opduiken. Bij dergelijke varianten is de genetische code van het spike-eiwit lichtjes gewijzigd. Hierdoor krijgt het spike-eiwit een wat andere structuur, waardoor het virus zich makkelijker aan onze cellen hecht en dus besmettelijker wordt. Om te zorgen dat het RNA-vaccin ook werkzaam wordt tegen de nieuwe varianten, volstaat het om de gewijzigde genetische code voor het spike-eiwit ook in de vetdeeltjes te verpakken en vervolgens de gewijzigde vaccins op grote schaal te produceren.
Maar de nieuwe vaccins hebben ook nadelen. Een nadeel van RNA-vaccins is dat RNA heel onstabiel is. Daarom moeten de vaccins op heel koude temperaturen bewaard worden, wat de verdeling en transport van de vaccins bemoeilijkt. Een nadeel van vector-vaccins is dat sommige mensen ooit al eens in contact geweest zijn met het vectorvirus en er al antilichamen tegen hebben aangemaakt, waardoor het vaccin bij hen mogelijk minder werkzaam zal zijn.
De prijzen die we hiernaast vermelden zijn gebaseerd op de tweet van staatssecretaris De Bleeker.
In de apotheek zul je niets moeten betalen. De kostprijs voor de verschillende vaccins zal volledig worden terugbetaald door de ziekteverzekering. Betekent dit dan dat het coronavaccin volledig gratis is voor de bevolking? Neen, integendeel. Voor klassieke geneesmiddelen betalen we al tweemaal, maar met de kaarten die nu op tafel liggen, zullen we voor de coronavaccins mogelijk driemaal moeten betalen.
Eerste maal voor onderzoek en productie
De coronavaccins komen uiteraard niet plots uit de lucht gevallen. Voor zo’n vaccin in jouw apotheek terecht komt, is er onnoemelijk veel wetenschappelijk onderzoek en ook logistiek werk verricht. Doordat het hele ontwikkelingsproces voor de coronavaccins flink wat versneld verloopt, nemen farmaceutische firma’s dan ook heel wat risico’s die ze in normale tijden niet zouden nemen. Ze investeren immers in de productie van een vaccin zonder al degelijk zicht te hebben op de werkzaamheid en veiligheid ervan. Daarom zijn er stevige subsidies vrijgemaakt op Europees niveau. Grofweg kunnen we zeggen dat Europa bijspringt voor de kosten van de voorinvesteringen die fabrikanten moeten doen om straks op grote schaal een coronavaccin te kunnen afleveren. Concreet maakte Europa hiervoor maar liefst 2,7 miljard euro vrij. Hoeveel iedere firma daarvan krijgt wordt vastgelegd via contracten. Toch blijven wij met enkele vragen zitten.
De Europese Commissie onderhandelt in naam van alle lidstaten met de verschillende farmaceutische firma’s die in de running zijn voor een coronavaccin. Wanneer een contract is afgesloten, heeft iedere lidstaat vijf werkdagen de tijd om te beslissen of het al dan niet intekent. Zij dragen nadien ook zelf de kosten voor de aankoop van de vaccins. In ons land gebeurt de evaluatie van deze contracten door een speciaal comité binnen het geneesmiddelenagentschap (FAGG). Zij verleent advies aan de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid om al dan niet een contract te ondertekenen. Doordat Europa nu voor alle lidstaten samen onderhandelt, gaan de gesprekken over grotere bestellingen, waardoor er betere prijzen en voorwaarden kunnen worden afgedwongen. Een goede zaak dus.
In zo’n contract wordt onder meer bepaald welk bedrag Europa op tafel zal leggen als voorinvestering. Ook andere voorwaarden bijvoorbeeld over de leveringsschema's, aansprakelijkheid, de prijs die zal worden gevraagd, de intellectuele eigendom etc worden in dit contract vastgelegd.
Er zijn twee mogelijke contracten:
- Bindend contract: Iedere lidstaat die intekent op zo’n contract is nadien, indien het vaccin op de markt komt, verplicht om het gereserveerde aantal vaccins ook daadwerkelijk te betalen. Op dit moment is er zo’n akkoord met AstraZeneca, Johnson & Johnson, Moderna, Curevac en BioNTech/Pfizer. Ons land tekende reeds in voor het vaccin van AstraZeneca voor 7,5 miljoen dosissen, voor dat van Johnson & Johnson voor 5 miljoen dosissen, en dat van BioNTech/Pfizer voor 12.5 miljoen dosissen, voor dat van CureVac voor 2,9 miljoen dosissen en voor dat van Moderna voor 5,8 miljoen dosissen.
- Contract met recht van aankoop: Bij dit contract tussen de Europese Commissie en de fabrikant, kan iedere lidstaat zelf in een latere fase van de ontwikkeling van het kandidaat-vaccin, beslissen om al dan niet in zee te gaan met de firma. Doet het land dat, dan gelden de voorwaarden die Europa besproken heeft met de fabrikant. Zo’n contract werd gesloten met Sanofi/GSK voor 7,5 miljoen dosissen.
De inhoud van de contracten blijft echter grotendeels geheim. Verschillende contracten werden wel gepubliceerd na grote maatschappelijke druk, maar de belangrijkste informatie werd erin gecensureerd. Nochtans zijn die contracten de enige manier om zicht te krijgen op hoeveel belastinggeld er nu eigenlijk naar de ontwikkeling en de productie van de coronavaccins is gevloeid en of het risico dat de farmaceutische firma’s nemen gelijk verdeeld is tussen de overheid en de firma’s zelf. Ook over wie de onderhandelaars zijn en of deze dus volledig onafhankelijk zijn, is weinig geweten.
In Europa worden de contracten grotendeels geheim gehouden. Hoeveel geld er van Europa naar iedere firma vloeit en welke voorwaarden aan die financiering gekoppeld zijn, blijft dus koffiedik kijken. Maar uiteraard pompen ook elders in de wereld overheden massaal geld in deze vaccins, vooral in de Verenigde Staten. Zij communiceren wel iets opener, en publiceren de toegekende bedragen, alsook in grote lijnen waarvoor deze worden gebruikt. Hieronder een overzicht van de investeringen voor de koploper-vaccins.
CEPI is een internationale alliantie (hoofdzetel in Oslo) die in 2017 werd opgericht om de ontwikkeling van nieuwe vaccins tegen infectieziekten te versnellen.
Bij de ontwikkeling van de coronavaccins wordt immers beroep gedaan op onderzoek dat in het verleden al is gebeurd, dikwijls deels met publiek geld. Zo maakte Johnson & Johnson voor zijn vaccin gebruik van dezelfde technologie als het ebolavaccin, dat destijds stevige subsidies kreeg, en werd dat van AstraZeneca ontwikkeld aan de Universiteit van Oxford, een publiek gefinancierde instelling. Door de regel worden er weinig voorwaarden opgelegd aan zo’n (deels) publiek gefinancierde onderzoeken, wat erg te betreuren valt. Zo moeten firma’s zich bijvoorbeeld niet engageren tot het vragen van een betaalbare prijs.
In het kader van het coronavaccin werd er wel vastgelegd dat lidstaten staatssteun mogen verlenen aan vaccinontwikkelaars voor onderzoek en ontwikkeling, maar dat deze dan nadien verplicht zijn om te werken met niet-exclusieve licenties, met andere woorden andere bedrijven mogen het vaccin aan het einde van de rit ook produceren. De Universiteit van Oxford sloot bijvoorbeeld een overeenkomst met AstraZeneca voor de verdere ontwikkeling van haar vaccin. Of dit een niet-exclusieve is, is niet geweten. De universiteit weigert alleszins om ze vrij te geven.
Een ander extreem voorbeeld van dergelijke publieke investeringen is het kandidaat-vaccin van Moderna, dat voor een flink stuk door de Amerikaanse belastingbetaler werd gesponsord. Het bedrijf werkt al enkele jaren rond onderzoek naar de nieuwe vaccin- en geneesmiddelentechnologie mRNA. Daarvoor kreeg het de afgelopen jaren van internationale en Amerikaanse organisaties al miljoenen subsidies. Voor de ontwikkeling van hun coronavaccin, dat gebaseerd is op deze technologie, konden ze dus profiteren van deze publiek gefinancierde kennis uit het verleden. Hun coronavaccin werd overigens mee ontwikkeld door onderzoekers van het publiekgefinancierde National Institute of Health en de preklinische en klinische studies werden quasi volledig gefinancierd door de Amerikaanse overheid. Deze legde hiervoor zo’n 836 miljoen euro op tafel.
Tweede maal voor ziekteverzekering
Wanneer we straks een coronavaccin gratis meekrijgen in de apotheek, dan heb je dat te danken aan de tegemoetkoming van de ziekteverzekering (Riziv). Maar de kas van het Riziv moet natuurlijk worden gespijsd. En dat gebeurt met onze sociale bijdragen en belastinggeld. In 2019 moest het Riziv zo’n 4,66 miljard euro ophoesten voor de terugbetaling van geneesmiddelen. Dat is gemiddeld ruim € 400 per inwoner.
Derde maal voor schadeclaims
De farmaceutische firma’s trachten de aansprakelijkheid voor hun kandidaat-vaccins door te schuiven naar de overheden. En met succes zo blijkt. Afhankelijk van de prijs die de firma’s voor hun vaccin vragen, zullen de overheden bijspringen voor de kosten voor schadeclaims over bijwerkingen die nog niet gekend waren op het moment van commercialisatie. Kortom, als belastingbetaler zul je dus ook hier de kosten mee voor dragen.
Europa heeft in naam van alle lidstaten onderhandeld met de farmaceutische firma’s voor de coronavaccins. De firma’s hebben er aan de onderhandelingstafel echter op aangedrongen om de afspraken in de contracten geheim te houden en de Europese Commissie heeft hier helaas mee ingestemd. Vanuit het perspectief van de firma’s is het natuurlijk geen onlogische zet. Zij onderhandelen immers niet enkel met Europa, maar ook met de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Israël enzovoort. Het feit dat de overheden geen zicht hebben op afspraken die al gemaakt zijn met andere partijen, geeft de firma’s een enorm voordeel aan de onderhandelingstafel. Prijzen kunnen worden opgedreven, afspraken waar bepaalde overheden over gestruikeld zijn kunnen toch op tafel worden gelegd ...
Geheimhouding gaat verder ...
In ons land analyseert een speciaal comité binnen het geneesmiddelenagentschap (FAGG) deze contracten en verleent daarna advies aan de Interministeriële Conferentie om al dan niet in te tekenen op het contract. Ze analyseert daartoe de voor- en nadelen van het vaccin, elementen i.v.m. productie en bevoorrading, de bepalingen van het contract en de prijs. Maar ook dat advies werd om onduidelijke redenen geheim gehouden. Ook de samenstelling van dit comité was niet gekend. Volgens de website van het FAGG hebben de leden ervan geen belangenconflict, maar de namen worden geheim gehouden “om hun onafhankelijkheid te waarborgen”.
Wat staat er juist in die contracten?
- Prijs per dosis: In die contracten wordt bepaald hoeveel de Europese Commissie en de lidstaten moeten betalen per dosis. Aangezien dat gebeurt met belastinggeld, heb je het volste recht om te weten om welke bedragen het gaat. Uit de tweet van staatssecretaris De Bleeker bleek immers al dat die sterk verschillen van vaccin tot vaccin. We zagen zeer betaalbare prijzen voor het vaccin van Oxford University/AstraZeneca en voor dat van Johnson & Johnson. Een schril contrast met de prijzen die BioNTech/Pfizer en Moderna hanteren, die duidelijk winst willen maken op kap van de burger in tijden van pandemie.
- Voorinvesteringen: In totaal is er al zo’n 2,7 miljard euro naar de firma’s is gevloeid als voorinvestering. Of het dan zo is dat de duurste vaccins hier een kleiner aandeel in hebben gehad of vooral meer winst opstrijken, blijft nu koffiedik kijken.
- Kosten van schadeclaims: Wie draait op voor de kosten van schadeclaims voor eventuele bijwerkingen die pas opduiken na commercialisatie. Het lijkt erop dat Europa akkoord is gegaan dat de lidstaten deze kosten dragen, wederom met belastinggeld dus. De vraag blijft echter of dat enkel zo is voor de goedkope vaccins, zoals eerst gezegd, of ook voor de dure.
- Afspraken rond leveringen en productieproblemen: Hoeveel dosissen zal elke firma iedere maand leveren? En welke acties kunnen worden ondernomen als firma’s die beloftes, zoals nu geregeld het geval is, niet nakomen? Door die informatie af te schermen, hebben consumenten geen concrete gegevens om zelf in te schatten wanneer het gros van de bevolking gevaccineerd zou kunnen zijn. Overheden zouden transparant moeten communiceren over de beloofde leveringen en eventuele aanpassingen hierin.
... en in die adviezen?
Uit de adviezen vernemen we graag waarom de experten een bepaalde aankoop al dan niet adviseren, of waarom ze bijvoorbeeld aanraden om minder te bestellen dan waarop ons land recht heeft op basis van ons aantal inwoners. Het is belangrijk om te weten welke argumenten spelen in deze adviezen. Die kunnen velerlei zijn: kocht ons land bijvoorbeeld minder vaccins van een bepaalde firma omdat er twijfels waren over de werkzaamheid of veiligheid van het vaccin in kwestie? Of waren er bezorgdheden over de leveringsgaranties of over de aansprakelijkheid? Of vonden de experten de prijs te hoog?
Ook de samenstelling van deze commissie is belangrijk om te weten. De leden spelen immers een belangrijke rol in de beslissingen die worden genomen in naam van alle burgers. Het is dan ook zaak om zicht te hebben op eventuele belangenconflicten.
Druk naar meer transparantie neemt toe
Al die geheimzinnigheid kan ook het vertrouwen in de vaccinatiestrategie serieus ondermijnen. En dat is wel het laatste wat we willen natuurlijk. Bovendien moet overheidsinformatie in principe altijd openbaar zijn. Er zijn echter een beperkt aantal uitzonderingen mogelijk. De Europese Commissie meent dat in dit geval het vrijgeven van de informatie de commerciële belangen van de firma’s zou schaden. Een argument dat in onze ogen niet opweegt tegen het publieke belang van deze informatie openbaar te maken.
Daarom hebben we al verschillende stappen ondernomen om inzage te krijgen in de contracten waarop België heeft ingetekend, evenals in de adviezen van het speciaal comité en de samenstelling ervan. Ons maandenlange aandringen heeft intussen wel enkele vruchten afgeworpen.
Op Europees niveau lijkt er wel al één en ander te bewegen. Zo stuurden we samen met 38 andere organisaties verspreid over heel Europa een gemeenschappelijke brief naar de Europese Commissie en de aparte lidstaten waarin we meer transparantie eisen over de details van de contracten voor de coronavaccins. Ook het Europees Parlement en verschillende ngo’s waaronder Corporate Europe Observatory voerden de afgelopen maanden de druk fors op om de inhoud van de coronacontracten toch openbaar te maken. Ook hun eerste pogingen botsten op een weigering, maar stilaan lijkt de Europese Commissie toch naar meer transparantie te neigen.
Reeds in de herfst van vorig jaar vroegen we aan de toenmalige minister van Volksgezondheid, Maggie De Block, en aan het Geneesmiddelenagentschap (FAGG) een kopie van de aankoopcontracten die de Europese Commissie onderhandeld had. Daarnaast vroegen we ook om de adviezen te ontvangen van het speciaal comité, evenals de samenstelling ervan. Hetzelfde verzoek werd ingediend bij minister Vandenbroucke. Op dat moment ging het over de contracten van de vaccins van OxfordUniversity/AstraZeneca, Sanofi/GSK en Johnson&Johnson.
Ons verzoek werd door het FAGG geweigerd met het argument dat openbaarmaking van de gevraagde documenten de internationale betrekkingen van België zou schaden. Minister Vandenbroucke van zijn kant antwoordde ons niet eens.
Deze commissie waaarborgt het in de Belgische grondwet verankerde beginsel van openbaarheid van bestuur en bracht een advies uit dat positief is voor onze zaak . Deze commissie kan het FAGG en de minister helaas tot niets verplichten, maar volgens hen was de weigering wel onvoldoende gemotiveerd en kan de vertrouwelijkheidsverklaring die België heeft ondertekend op zich geen excuus zijn om de documenten geheim te houden. Ze gaf aan dat het FAGG duidelijk moet aantonen waarom een openbaarmaking in dit concrete geval de internationale betrekkingen zou schaden. Maar zelfs als dat zo zou zijn, dan nog moet de impact daarvan worden afgewogen tegen het publieke belang van de openbaarmaking van de documenten, wat in dit geval volgens de Commissie erg groot is. De Commissie verduidelijkte ook dat van zodra een document in handen is van een Belgische overheidsadministratie, de wet op de openbaarheid van bestuur van toepassing is, ook al gaat het om een Europees document. Ook daar kan het FAGG zich dus niet achter verschuilen.
Zowel het geneesmiddelenagentschap (FAGG) als minister Vandenbroucke blijven halstarrig weigeren. Daarom schreven we hen opnieuw aan met de vraag de andere contracten die ondertussen ondertekend werden (BioNTech/Pfizer, CureVac en Moderna), en de adviezen erover, in te kunnen kijken. We stelden de vraag deze keer ook aan de ministers van gezondheid van de regio’s.
Sinds 27 april zijn de adviezen en de samenstelling van het speciaal comité hier terug te vinden. Een goede zaak, al zijn verschillende passages in de uitgebrachte adviezen wel gedeeltelijk gecensureerd. Wij zullen deze documenten nu grondig analyseren.
Waar staan we nu?
Geleidelijk aan begint er meer transparantie te komen. Bij de Europese Commissie begint stilaan het besef te komen dat ze zelf slachtoffer werd van het gebrek aan transparantie waaraan ze zelf heeft meegewerkt . Rond de leveringen van AstraZeneca ontstond immers een hele heisa toen de CEO van deze firma in de media verklaarde dat de leveringsafspraken met Europa niet bindend waren. Dat incident, samen met de toenemende druk vanuit allerlei partijen heeft de Europese Commissie het belang van die transparantie doen inzien, waardoor ze zelf de druk is gaan opvoeren bij de firma’s. En met een gedeeltelijk succes. Zo werden intussen de eerste aankoopcontracten met alle firma's gepubliceerd. Althans gedeeltelijk, want de informatie die er net het meest toe doet werd helaas gecensureerd.
De contracten met Pfizer/BioNTech, AstraZeneca/OxfordUniversity en Moderna zijn intussen wel gelekt en zijn ongecensureerd online te raadplegen.
Hoe dan ook zullen wij zelf de komende maanden ook druk blijven zetten op onze overheden en het FAGG om alle contracten waarop België heeft ingetekend te kunnen inkijken.
Er zijn tal van goede redenen om je te laten vaccineren tegen COVID-19. Als je zelf behoort tot een risicogroep wil je wellicht vooral jezelf beschermen. Maar je kan je ook laten vaccineren uit solidariteit met zorgverleners die al maanden onder zware druk staan of om de kwetsbare personen in de samenleving te beschermen. En voorts zijn de coronavaccins ook de manier om na lange tijd terug te kunnen keren naar ons oude leven van voor de pandemie.
Twijfel je om je te laten vaccineren? Lees dan zeker even verder om te weten te komen wat de impact van jouw prik kan zijn.
COVID-19 blijft onvoorspelbaar
Wanneer je besmet geraakt met SARS-CoV-2 valt het niet te voorspellen hoe de ziekte bij jou zal verlopen. Je kan een milde versie doormaken, met symptomen die doen denken aan griep, of er zelfs helemaal niets van merken. Maar bij sommige mensen verloopt de ziekte veel ernstiger. In die mate dat ze intensieve zorg nodig hebben of er zelfs aan sterven. Dat risico ligt veel hoger bij ouderen en mensen die lijden aan bepaalde aandoeningen zoals diabetes of chronische aandoeningen van hart- en bloedvaten, longen of nieren.
Bovendien kan het gebeuren dat na die acute infectiefase één of meerdere symptomen toch nog meerdere maanden blijven aanslepen. Het gaat dan bijvoorbeeld over vermoeidheid, kortademigheid of hoofdpijn. We spreken in dat geval van langdurige COVID (“long COVID”). Goed om te weten is dat dit ook kan voorvallen wanneer je slechts een milde variant hebt doorgemaakt. Op dit moment is het nog niet helemaal duidelijk wat de risicogroepen hiervoor juist zijn, maar het lijkt er wel op dat ook hier ouderen, mensen met onderliggende aandoeningen of met overgewicht een hoger risico kennen.
Het concrete voordeel dat je haalt uit vaccinatie hangt ook af van het risico dat je loopt op een infectie met SARS-CoV-2. Dat risico is vanzelfsprekend groter op momenten dat het virus sterk circuleert in de maatschappij, zoals tijdens de verschillende golven die we doormaakten. Daarnaast komt de ene ook meer in contact met het virus dan de andere. Iemand die beroepsmatig veel nauwe contacten heeft met anderen (bv. een kapper, schoonheidsspecialiste) zal daarom meer kans hebben op COVID dan iemand die bijvoorbeeld kan telewerken.
Risico’s afwegen
Dat je niet tot een risicogroep behoort, betekent echter niet dat je per definitie gespaard zult blijven van een ernstig of langdurig verloop van de ziekte. Toch stellen we vast dat personen jonger dan 50 jaar - de leeftijdsgroep die in de komende weken zal worden uitgenodigd voor een vaccinatie - vaker twijfelen om zich te laten vaccineren, vooral uit angst voor bijwerkingen.
Dat is wellicht (minstens) ten dele te wijten aan allerhande foute berichten die circuleren op sociale media. Volgens onze eigen enquête voelt slechts 1 op 3 Belgen zich goed of zeer goed geïnformeerd. Hoe beter mensen zich geïnformeerd voelen, hoe meer zij bereid zijn om zich te laten vaccineren.
Om een doordachte keuze te maken is het dus belangrijk om je goed te informeren over de voordelen van een coronaprik, namelijk het voorkomen van een ernstig of langdurig verloop van COVID-19, en de risico’s ervan, namelijk de kans op ernstige bijwerkingen. De meeste bijwerkingen zijn eigen aan het stimuleren van het immuunsysteem, zoals lokale last ter hoogte van de injectieplaats, vermoeidheid, koorts, enz. Je kan deze bijwerkingen doormaken in verschillende graden, van vrij weinig hinder, tot ernstige last, al is dat laatste gelukkig zeldzaam. Over het algemeen zijn ze ook van korte duur en leiden ze niet tot blijvende schade. Ernstige bijwerkingen zoals ernstige allergische reacties of bloedklonters in combinatie met een laag aantal bloedplaatjes zijn gelukkig zeldzaam.
Ons zorgsysteem werd het afgelopen jaar zwaar onder druk gezet door het hoge aantal besmettingen en de talrijke hospitalisaties. Door je te laten vaccineren, verminder je de kans dat je naar je huisarts moet, in het ziekenhuis belandt met complicaties of beroep moet doen op het zorgsysteem door aanslepende COVID-19-klachten.
Voor de vaccins die momenteel in ons land toegediend worden zijn steeds meer bewijzen dat ze beschermen tegen ernstige symptomen, ziekenhuisopname en sterfte. Of en in welke mate jouw persoonlijke vaccinatie bijdraagt aan deze mooie doelstelling hangt natuurlijk ten dele af van het risico dat je loopt op een ernstig verloop.
In verschillende ziekenhuizen werd de zorg voor niet-covidpatiënten in de piekfases van de pandemie noodgedwongen uitgesteld. Heel wat patiënten konden of durfden niet op raadpleging voor bepaalde gezondheidsproblemen, en geplande ingrepen konden pas (veel) later doorgaan. Het spreekt voor zich dat wanneer we door middel van vaccinatie de druk op de ziekenhuizen, maar ook op andere zorgverleners, kunnen terugdringen, dat er dan opnieuw meer ruimte komt voor andere patiënten. Zo kunnen ook zij opnieuw de behandelingen en zorgen krijgen die ze nodig hebben.
Er zijn steeds meer bewijzen dat vaccins ook de overdracht van het virus afremmen en dat je door jouw vaccinatie ook anderen beschermt. We weten echter nog niet of dit geldt voor alle varianten van het virus. Wat we wel weten, is dat de vaccins de verspreiding van het virus via asymptomatische personen niet volledig verhinderen.
Hoe beter vaccins de verspreiding van het virus afremmen, hoe moeilijker het virus zich kan verspreiden onder de gevaccineerde bevolking en hoe moeilijker het ook de niet-gevaccineerde mensen kan bereiken. Dat noemen we groepsimmuniteit. Om dat te bereiken moet de meerderheid van de bevolking gevaccineerd zijn. Niet-gevaccineerde personen zijn op die manier beschermd dankzij de mensen om zich heen die zich wel hebben laten inenten. Dat is belangrijk omdat sommige mensen zich niet kunnen laten inenten (voorlopig geldt dat bijvoorbeeld nog voor alle kinderen en jongeren) of minder effect ondervinden van een vaccin (bv. mensen die problemen hebben met hun immuunsysteem).
Naarmate meer mensen gevaccineerd zijn, zullen enkele van de maatregelen zoals mondmaskers, social distancing, beperking van sociale contacten enz. stap voor stap kunnen worden versoepeld. Hoe dichter we bij groepsimmuniteit zullen komen, hoe moeilijker het immers wordt voor het virus om ‘slachtoffers’ te vinden die nog vatbaar zijn voor infectie. Maar wanneer dat zal zijn en welke maatregelen eerst zullen kunnen worden afgebouwd, is onmogelijk te voorspellen. Evenmin valt het te voorspellen of en wanneer we die veelbesproken groepsimmuniteit zullen bereiken. Zodra de risicogroepen in de samenleving beschermd zijn tegen COVID-19 zou het normale leven sowieso geleidelijk aan terug in zicht moeten kunnen komen.
Eind december 2021 zette onze overheid het licht op groen voor de vaccinatie van 5- tot 11-jarigen. Het is echter aan ouders om de voor- en nadelen van vaccinatie tegen elkaar af te wegen en een beslissing te maken voor hun kind. Hierbij is het essentieel dat die voor- en nadelen klaar en duidelijk benoemd worden. Daarom zetten wij ze nog eens op een rijtje.
Rechtstreekse gezondheidsvoordelen heel beperkt
Kinderen die een coronaprik gekregen hebben, hebben bijna 91 % minder kans om een besmetting met symptomen op te lopen dan kinderen die niet gevaccineerd zijn. Dat bleek uit een studie met het vaccin van Pfizer/BioNTech bij meer dan 2200 5- tot 11-jarigen. Bovendien bleken twee prikken met slechts 1/3de van de dosis van volwassenen (10 µg versus 30 µg), met een tussenperiode van 3 weken, bij kinderen voldoende te zijn om een even sterke reactie van het afweersysteem op te wekken als bij 16- tot 25-jarigen.
Maar dit is momenteel het enige rechtstreekse gezondheidsvoordeel dat aangetoond is voor gezonde kinderen. Een coronabesmetting verloopt bij kinderen immers vaak zonder symptomen. Bovendien zijn de voordelen van de coronavaccins die bij volwassenen doorwegen, namelijk een vermindering van het risico op ziekenhuisopnames en overlijdens en een vermindering van het risico op langdurige COVID, bij gezonde kinderen veel minder relevant.
Sinds de start van de pandemie werden in ons land 135 kinderen tussen 5 en 11 jaar in het ziekenhuis opgenomen wegens symptomen van COVID-19. Voor 98 andere kinderen die in het ziekenhuis opgenomen werden en positief testten op het coronavirus kennen we de reden van opname niet. Slechts 15% (35 kinderen) van hen werden opgenomen op intensieve zorgen, de helft van hen had onderliggende aandoeningen. Geen enkel kind overleed. Kinderen mét onderliggende aandoeningen hebben daarentegen 12x meer kans om in het ziekenhuis opgenomen te worden en 19x meer kans om op intensieve zorgen terecht te komen. Voor hén is er wel een duidelijk rechtstreeks gezondheidsvoordeel. Vandaar dat een coronaprik voor hen aanbevolen wordt.
MIS-C is een ontstekingsziekte die enkele weken na een coronabesmetting kan optreden en waarbij verschillende organen ontstoken kunnen raken, zoals het hart, de longen, nieren, darmen, enz. Deze kinderen moeten opgenomen worden in het ziekenhuis en hebben dikwijls intensieve zorgen nodig. Gelukkig is deze complicatie zeldzaam: de frequentie wordt geschat op 2 tot 5 gevallen per 10,000 besmette kinderen. Als ze snel herkend wordt is ze trouwens goed te behandelen, waardoor ze slechts bij 1 tot 2% van de kinderen fataal afloopt.
Noch hoe vaak ze last van hebben van zo’n langdurige COVID en of vaccinatie dit risico eventueel zou kunnen verminderen. Aangezien kinderen minder frequent symptomen hebben van COVID-19 dan volwassenen, komt langdurige COVID wellicht ook minder vaak voor en heeft het waarschijnlijk minder impact op het dagelijks leven dan bij volwassenen.
Minder quarantaines en schoolsluitingen?
Volgens de infobrochure van de Vlaamse overheid voor ouders van 5- tot 11-jarigen zal vaccinatie bij deze kinderen leiden tot minder verstoring van het gezins-, school- en vrijetijdsleven, wat goed is voor hun welzijn en de ontwikkelingskansen. Jammer genoeg slaat de Vlaamse overheid hierbij een advies van het Raadgevend Comité voor Bioethiek in de wind, namelijk “dat er aan gezinnen duidelijk gemaakt moet worden dat vaccinatie in dit stadium niet automatisch zal leiden tot het opheffen van de gezondheidsmaatregelen en mogelijke beperkingen die een impact hebben op het leven van kinderen, zoals sluiting van klassen op school, quarantaine, enz.” Dat is immers een politieke beslissing.
Daarnaast geeft de overheid expliciet aan dat er in het publieke leven geen enkel onderscheid gemaakt zal worden tussen gevaccineerde en niet-gevaccineerde kinderen, bijvoorbeeld wat betreft test- en quarantainebeleid, toegang tot schoolreizen, enz. Een Covid Safe Ticket voor 5- tot 11-jarigen is dus absoluut uit den boze. Die aanbeveling stond echter ook in het advies van de Hoge Gezondheidsraad voor 12- tot 15-jarigen, maar jammer genoeg stellen wij vast dat er momenteel op heel wat plaatsen toch een Covid Safe Ticket gevraagd wordt aan tieners. Wij zullen er alvast voor ijveren dat dit advies bij 5- tot 11-jarigen wel nageleefd zal worden.
Impact op verspreiding van het virus nog onzeker
De belangrijkste reden om je kind tóch te laten vaccineren lijkt de impact op de verspreiding van het virus, vooral dan de verspreiding van kinderen naar ouderen, die veel meer kans hebben om ernstig ziek te worden bij besmetting. Maar we weten echter nog niet in welke mate vaccinatie van kinderen de verspreiding afremt, zeker niet voor de omikronvariant. Op basis van wat we weten over de vaccinatie bij volwassenen en tieners is het wel aannemelijk dat vaccinatie bij kinderen ook het risico verkleint om het virus door te geven aan anderen, maar echt wéten doen we dat nog niet. Bovendien weten we ook niet hoe lang die bescherming dan zal aanhouden.
Ook hier treedt de Vlaamse overheid in haar infobrochure voor ouders van 5- tot 11-jarigen het advies van het Raadgevend Comité voor Bioethiek met voeten. “Het vaccin beschermt iedereen waarmee je kind contact heeft” staat er zonder enige nuance, terwijl het advies luidde om “gezinnen op transparante wijze te informeren over de stand van de kennis ter zake”.
Bijwerkingen verdwijnen meestal vanzelf
Vele ouders gaven bij onze rondvraag echter aan dat ze toch aarzelen om hun kind te laten vaccineren. Onder andere omdat ze niet weten wat de bijwerkingen zijn op lange termijn. De bijwerkingen op korte termijn zijn gekend uit de eerder beschreven studie bij meer dan 2200 kinderen. Net als bij 12-plussers gaat het meestal om bijwerkingen die te wijten zijn aan de activatie van het immuunsysteem: pijn, zwelling of roodheid ter hoogte van de injectieplaats, vermoeidheid, hoofdpijn, spierpijn, rillingen, enz. Over het algemeen zijn deze mild tot matig van aard en verdwijnen ze vanzelf na enkele dagen. In deze studie werden geen ernstige bijwerkingen gerapporteerd die te wijten waren aan het vaccin.
Maar de bezorgdheid van veel ouders gaat over bijwerkingen op lange termijn en over zeldzame bijwerkingen, met name het risico op ontsteking van de hartspier (myocarditis) of het hartzakje (pericarditis). Dit is een zeldzame bijwerking die vooral gerapporteerd werd bij jonge mannen. Analyse van gegevens uit de Verenigde Staten, waar de vaccinatie van jongeren al langer aan de gang is, leert dat deze complicatie ongeveer 69 jongens van 16-17 jaar treft per miljoen tweede dosissen met een mRNA vaccin. Bij jongens van 12-15 jaar is dat ongeveer 40 per miljoen, bij meisjes van 16-17 jaar ongeveer 8 per miljoen en bij meisjes van 12-15 jaar ongeveer 4 per miljoen. Deze jongeren worden over het algemeen voor enkele dagen in het ziekenhuis opgenomen en kunnen dan hersteld het ziekenhuis verlaten. Verdere follow-up is voorzien om na te gaan of er op langere termijn geen negatieve gevolgen zijn.
Voor 5- tot 11-jarigen hebben we hier echter nog geen gegevens over. De eerder besproken studie studie was immers te klein om dergelijke zeldzame bijwerkingen te kunnen opsporen. Daarvoor moet je heel veel kinderen vaccineren. In de Verenigde Staten, waar inmiddels meer dan 8,7 miljoen dosissen werden toegediend aan 5-tot 11-jarigen, werden tot nu toe 15 gevallen van myocarditis vastgesteld, waarvan 11 gevallen bevestigd zijn. Het lijkt er dus op dat het risico op deze bijwerking lager ligt bij 5-tot 11-jarigen dan bij jongeren, wat overeenkomt met de verwachting, omdat de vaccindosis ook drie keer lager is dan bij jongeren.
Ethische vraagstukken onderbelicht
De beleidskeuze waarbij vaccins op grote schaal ingezet worden voor kinderen die weinig gezondheidsrisico’s lopen, terwijl elders in de wereld ouderen en risicopatiënten sterven omdat ze geen toegang tot vaccins hebben, roept ook ethische vragen op. Bovendien kan een tekort aan vaccins in minderbedeelde landen leiden tot het ontstaan van nieuwe varianten , wat met de komst van de omikronvariant pijnlijk duidelijk werd. Helaas heeft het weinig zin om de vaccinatie van je kind te weigeren in de hoop dat je vaccin dan naar minderbedeelde landen gaat. Het is immers een politieke en geen individuele keuze om vaccins hiervoor in te zetten. Bovendien bevatten kindervaccins slechts één derde van de dosis, en zijn ze dus sowieso niet geschikt voor volwassenen. Jammer genoeg ging de Hoge Gezondheidsraad in haar advies over de vaccinatie van 5- tot 11-jarigen volledig voorbij aan deze ethische bezwaren. Het Raadgevend Comité voor Bioethiek gaf enkel aan om zich begin 2022 in een uitgebreider advies te zullen buigen over het vraagstuk van een meer rechtvaardige wereldwijde verdeling van vaccins. Wij hopen dat er dan eindelijk rekening gehouden zal worden met deze problematiek van vaccinongelijkheid. Want zolang niet iedereen ter wereld toegang heeft tot de vaccins, zullen er nieuwe varianten blijven opduiken.Persoonlijke balans
Ouders zullen voor hun kind moeten afwegen welke voor- en nadelen voor hen het meeste gewicht in de schaal leggen. Bij kinderen met onderliggende aandoeningen of kinderen die in nauw contact komen met risicopersonen wegen de voordelen sterker door, maar bij gezonde kinderen blijft het een moeilijke beslisssing. Wij betreuren alvast de manier waarop de infobrochure van de Vlaamse overheid is opgesteld en verwachten meer transparante en objectieve informatie over álle voor- en nadelen op maat van de ouders. Alleen op die manier kunnen ze met kennis van zaken deze belangrijke beslissing nemen.
Algemeen
De enige verplichte vaccinatie in België is die tegen polio of kinderverlamming. Ouders kunnen in principe dus vrij kiezen of ze hun kind ook tegen de andere ziektes wensen te laten vaccineren. Vanuit de officiële instanties wordt evenwel een vaccinatieschema aanbevolen, waarbij de toe te dienen vaccins gratis ter beschikking worden gesteld. Als ouders daarvan wensen af te wijken en hun kind slechts tegen bepaalde ziektes van het vaccinatieschema willen laten inenten, dan kan het zijn dat ze voor bepaalde vaccins wel zelf een deel zullen moeten betalen.
Ook de coronavaccins zullen niet verplicht worden door de overheid. Het is echter nog niet duidelijk of de vaccinatie een vereiste zal zijn om op reis te gaan, deel te nemen aan evenementen zoals festivals enzovoort.
In een drietal gevallen is vaccinatie volledig uit den boze:
- bij overgevoeligheid voor één van de ingrediënten van het vaccin;
- indien de inenting van een eerdere dosis van het vaccin een ernstige reactie teweeg heeft gebracht;
- mensen met een verzwakt immuunsysteem mogen geen vaccins op basis van afgezwakte, maar nog levende ziektekiemen toegediend krijgen (zoals bv. bij de vaccins tegen mazelen, bof en rodehond).
Soms is het beter vaccinatie even uit te stellen, met name bij koorts, een zware infectie of als het immuunsysteem door een medische behandeling verzwakt is.
De eerste 2 van bovenstaande principes gelden ook bij de coronavaccins. De vaccins die al op de markt zijn mogen niet gegeven worden aan personen met een gekende allergie voor één van de bestanddelen. Deze kan je terugvinden in de bijsluiters van BioNTech/Pfizer, Moderna, OxfordUniversity/AstraZeneca en Johnson & Johnson. Personen met infectie en/of acute koorts stellen hun vaccinatie best uit. Personen met een ernstige of langdurige ziekte, inclusief personen met een verzwakt immuunsysteem, laten zich echter best wel vaccineren om zich te beschermen tegen ernstige complicaties van COVID-19. De coronavaccins werken immers niet op basis van levende ziektekiemen.
Deze mythe is vooral ontstaan na publicatie van een geruchtmakende Britse studie uit 1998, die suggereerde dat het drievoudige vaccin tegen mazelen, bof en rodehond de oorzaak zou zijn van autisme. Als gevolg daarvan zakte de vraag naar dat vaccin beduidend, vooral in het Verenigd Koninkrijk. Daarop volgde echter een golf van mazelen, waarbij sommige kinderen in het ziekenhuis belandden en enkele zelfs de dood vonden. Nochtans is er geen betrouwbaar wetenschappelijk bewijs voor deze bewering. Het tijdschrift waarin de oorspronkelijke publicatie verschenen was heeft de studie teruggetrokken, de arts die de studie leidde is uit zijn beroep ontheven en de bewering is in diverse andere studies helemaal ontkracht.
Om met zekerheid te kunnen zeggen dat de coronavaccins geen autisme veroorzaken is het nog te vroeg, daarvoor moet gevaccineerde personen gedurende vele jaren opgevolgd worden. Maar er is hier alvast geen enkele aanwijzing voor.
In heel wat vaccins die momenteel op de markt zijn zit een zogenaamd adjuvans. Dat is een stof die zonder zelf werkzaam te zijn de werking van het vaccin ondersteunt. Een voorbeeld daarvan is aluminiumzout, wat al meer dan 90 jaar wordt toegevoegd. Op basis van de huidige wetenschappelijke gegevens zijn er nog altijd geen redenen om te twijfelen aan de veiligheid van aluminiumzout als adjuvans, noch aan die van andere adjuvantia.
Ook van thiomersal, een kwikzout dat in het verleden soms toegevoegd werd als bewaarmiddel aan sommige vaccins, wordt soms beweerd dat het gevaarlijk zou zijn voor onze gezondheid en ondermeer autisme zou veroorzaken. Ook hier zijn er echter geen overtuigende wetenschappelijke data voor. Bovendien wordt dit middel tegenwoordig niet meer toegevoegd aan de meeste vaccins, net omdat er heel wat controverse over geweest is. Deze kritiek bleek ongefundeerd, want ondanks het feit dat thiomersal nauwelijks meer in onze vaccins zit, is het het aantal diagnoses van autisme niet gedaald...
Voor de coronavaccins die al op de markt zijn zijn, kennen we de exacte samenstelling. Die bevatten alvast geen aluminiumzout of thiomersal. Als één van de andere vaccins een aluminiumzout of thiomersal zouden bevatten, zouden we verwachten dat dit vermeld zou worden in het studieprotocol en/of in de wetenschappelijke publicaties ivm eerdere studies met dit vaccin. Voor zover wij kunnen nagaan is dat niet het geval. En mocht dat wel het geval zijn, dan is er nog geen reden tot ongerustheid.
Voor bepaalde ziektes blijft je langer immuun door een ziekte effectief door te maken – mits je er niet aan sterft – dan door vaccinatie. Dit is bijvoorbeeld zo voor mazelen: na de ziekte ben je levenslang beschermd. Maar … 1 op de 3 000 overleeft de mazelen niet. Dus door te vaccineren tegen de mazelen kun je doden voorkomen.
Voor het tetanusvaccin geldt dan weer het omgekeerde: het vaccin beschermt beter dan als je de infectie echt oploopt. Want ook al kan je bij een echte tetanusinfectie misschien wel worden gered als je meteen in het ziekenhuis wordt behandeld, daarmee ben je nog niet beschermd voor de toekomst, wat met een vaccin wél het geval is.
Vaccinatie heeft nog een ander voordeel: door te vaccineren kan je sneller groepsimmuniteit opbouwen. Die immuniteit ontstaat wanneer zoveel mensen zijn ingeënt dat er op de duur niet genoeg individuen meer over zijn om de ziekte van persoon tot persoon over te brengen. Zo beschermen we ook diegenen die zich niet kunnen laten vaccineren en kan een infectieziekte uitgeroeid geraken, waardoor uiteindelijk geen vaccinatie meer nodig is. Zoals dat met de pokken indertijd het geval is geweest. Met mazelen waren we bijna ook zo ver in 2011, maar het aantal ingeënte personen zakte toen te snel waardoor de ziekte opnieuw opdook.
Voor de coronavaccins weten we voorlopig nog niet hoe lang iemand immuun is na inenting. De huidige coronavaccins blijken het risico op besmetting aanzienlijk te verminderen, al slagen ze er niet in infectie bij iedereen te voorkomen. Het opbouwen van groepsimmuniteit − wat een absolute must is om terug te kunnen keren naar ons ‘normale’ leven zonder strikte hygiënemaatregelen− op een natuurlijke manier zou veel mensenlevens kosten. De kans om te sterven na infectie door SARS-CoV-2 is immers aanzienlijk: in de totale bevolking overleeft naar schatting 2 op 1000 besmette personen covid-19 niet, bij 75-plussers kan dit zelfs oplopen tot meer dan 2 op 100. Dus door te vaccineren kan je zeker doden voorkomen.
Een goede hygiëne en degelijke voeding kunnen er uiteraard toe bijdragen dat er minder ziektes uitbreken. Maar als men vóór en na de invoering van een vaccin vergelijkt, blijken vaccins toch ook wel een belangrijke factor te zijn in de daling van het aantal ziektes. Zo is het wereldwijde aantal patiënten met polio of kinderverlamming sinds de ontwikkeling van een vaccin in de jaren 80 gedaald met 99%, wat betekent dat deze ziekte bijna volledig is uitgeroeid. Hetzelfde geldt voor de mazelen: vaccinatie leidde tot een wereldwijde daling van het aantal sterfgevallen met 73% tussen 2000 en 2018.
Uiteraard zijn de hygiënemaatregelen zoals social distancing, mondmaskers, handen wassen, ventileren, enz. heel belangrijk bij het voorkomen van besmetting met SARS-CoV-2. Maar in de praktijk blijven er situaties waarin deze maatregelen niet (correct) worden toegepast. Bovendien heeft het toepassen van deze maatregelen een gigantische maatschappelijke en economische impact. Een vaccin dat ernstige symptomen van covid-19 kan voorkomen én er idealiter ook voor zorgt dat we het virus niet meer kunnen overdragen naar anderen, zou de huidige strikte hygiënemaatregelen op termijn overbodig maken, op voorwaarde dat er voldoende mensen zich laten vaccineren om groepsimmuniteit te bekomen.
Met geen enkel vaccin ben je 100 % zeker van de bescherming. Bovendien werkt het ene vaccin beter dan het andere. De meeste vaccins die aangeraden worden voor kinderen bieden 85 tot 95% bescherming. Het vaccin tegen mazelen, bof en rodehond bijvoorbeeld beschermt na twee dosissen bijna volledig.
Het griepvaccin is een heel ander verhaal. Dat biedt doorgaans maar 19 tot 60% bescherming. Wie gevaccineerd is heeft dus nog steeds een aanzienlijke kans om toch griepsymptomen te krijgen. Hier zijn verschillende redenen voor.
Ten eerste kan je besmet geraken met een virus dat niet opgenomen is in het huidige griepvaccin. Zo’n vaccin biedt immers enkel bescherming tegen de meest voorkomende varianten van het griepvirus (op basis van voorspellingen van experts). Wie besmet geraakt met een andere variant van het griepvirus of met een ander virus dat griepachtige symptomen veroorzaakt, kan alsnog ziek worden. Het feit dat de griepvirussen die bij de bevolking circuleren veranderen in de loop van de tijd, betekent ook dat de eerder opgebouwde immuniteit niet per se nog van nut is. Daarom is elk jaar een nieuwe inenting nodig.
Ten tweede maakt niet iedereen voldoende antistoffen aan na vaccinatie. Dit is vooral een probleem bij ouderen: het vaccin slaat vaak minder goed aan als ze een zwakke gezondheid hebben. Voor de risicogroepen is het griepvaccin dan ook eerder bedoeld om het effect van de complicaties te milderen dan om griep te voorkomen.
De coronavaccins waarvoor al resultaten zijn gepubliceerd zouden 60 tot 95% van de gevaccineerden beschermen tegen milde tot matige symptomen. Heel wat aspecten vragen echter nog verder onderzoek:
- Hoe goed bieden de vaccins bescherming bij ouderen?
- Hoe goed bieden de vaccins bescherming bij andere risicogroepen?
- Hoe lang bieden de vaccins bescherming?
- Bieden de vaccins bescherming tegen varianten?
- Beschermen de vaccins ook tegen ernstige symptomen?
- Beschermen de vaccins ook tegen infectie en overdracht van het virus?
- Moeten mensen die al COVID-19 hebben gehad zich ook laten vaccineren?
- Enz.
Ernstige allergische reactie
Een allergie is een abnormale reactie van het afweersysteem tegen een specifieke stof (en eventueel verwante stoffen) die op zichzelf onschadelijk is. Dat kan leiden tot klachten ter hoogte van de luchtwegen (hooikoorts en astma) of van de huid (eczeem). Een allergische reactie kan onmiddellijk (binnen het uur na blootstelling) of laattijdig (vanaf één uur na blootstelling) optreden, en zowel mild als ernstig zijn.
Anafylaxie is een ernstige onmiddellijke allergische reactie. Het komt vaker voor bij mensen met een gekende allergie, maar kan ook ontstaan zonder onderliggende allergie. Bij anafylaxie zijn altijd minstens twee organen betrokken, bijvoorbeeld hart en bloedvaten, longen of huid. Zo kun je onder andere last krijgen van een lage bloeddruk, gezwollen keel en/of vernauwing van de luchtwegen. Als de zuurstofvoorziening van je vitale organen hierdoor in het gedrang komt, kan dit evolueren tot een levensbedreigende situatie.
De eerste rapporten wijzen erop dat anafylactische reacties iets vaker voorkomen bij de coronavaccins dan bij klassieke vaccins (ongeveer 1 geval per miljoen doses), maar dergelijke reacties blijven uiterst zeldzaam. De geschatte frequentie ligt tussen 3 en 8 gevallen per miljoen doses.
Als je in het verleden een bewezen onmiddellijke allergische reactie (van eender welke ernst) hebt gehad op het vaccinbestanddeel polyethyleenglycol (PEG) of op polysorbaat (wat een kruisreactie kan veroorzaken bij personen die overgevoelig zijn voor PEG), of als je overgevoelig/allergisch bent voor één van de (andere) bestanddelen van de coronavaccins. In de bijsluiters van BioNTech/Pfizer, Moderna, Oxford University/AstraZeneca en Johnson & Johnson vind je de lijst met bestanddelen.
In dat geval word je best niet gevaccineerd en moet je worden doorverwezen naar een allergoloog, die kan beoordelen of je eventueel wel een coronavaccin met een andere samenstelling kunt krijgen.
- Als je een geschiedenis hebt van anafylaxie;
- Als je systemische mastocytose (dat is een toename van abnormale mestcellen in het beenmerg en vaak ook elders in het lichaam) hebt of andere primaire mestcelziekten;
- Als je ongecontroleerde astma hebt;
- Als je in het verleden een onmiddellijke allergische reactie op een vaccin hebt gehad: in dit geval moet gecontroleerd worden of het toegediende vaccin in het verleden PEG, polysorbaat of een ander bestanddeel dat ook in de coronavaccins voorkomt, bevatte.
Dat wil niet zeggen dat je niet kunt gevaccineerd worden. Wel moet de vaccinatie gebeuren onder strikte medische supervisie en in een omgeving waar alle dringende behandelingen beschikbaar zijn (vb. een allergologie-immunologisch centrum). Nauwgezette observatie gedurende minstens 30 minuten na vaccinatie is absoluut noodzakelijk.
Als je een ernstige allergische reactie vertoont na toediening van een eerste dosis van een coronavaccin krijg je best geen tweede dosis meer. Je moet dan worden doorverwezen naar een allergoloog, die zal onderzoeken of je eventueel wel een coronavaccin met een andere samenstelling kunt krijgen.
Ook als je minder ernstige allergische reacties of overgevoeligheidsreacties vertoont na een eerste dosis raadpleeg je best een allergoloog. Die kan je adviseren of een tweede dosis mag toegediend worden en onder elke voorwaarden.
Let wel op: reacties zoals pijn, zwelling of roodheid op de injectieplaats, maar ook koorts, vermoeidheid, hoofdpijn, spier-of gewrichtspijn of misselijkheid zijn normale bijwerkingen van vaccinatie. Ze hebben te maken met een activatie van je immuunsysteem. Je hoeft je in dat geval geen zorgen te maken over een tweede dosis.
Heb je een klassieke allergie, vb. tegen pollen, huisstofmijt, bepaalde voedingsmiddelen, dan heb je geen enkele reden tot ongerustheid bij vaccinatie. Een allergie is immers een abnormale reactie van het immuunsysteem tegen een specifieke stof (en eventueel verwante stoffen). Als deze stof niet in het vaccin aanwezig is, dan is je risico op een allergische reactie of anafylaxie niet groter dan bij anderen. Ook als je een familielid hebt met een klassieke allergie, loop je geen verhoogd risico.
De vaccins zelf bevatten geen bewaarmiddelen en geen sporen van kippeneiwit, antibiotica of aluminium. Het dopje van het flacon van de vaccins bestaat niet uit latex. Dus ook als je een latexallergie of een allergie tegen kippeneiwit, antibiotica of aluminium hebt, hoef je je geen zorgen te maken.
Heb je last van chronische netelroos dan loop je geen verhoogd risico voor anafylaxie maar kun je een opstoot van netelroos vertonen na vaccinatie. Je kunt baat hebben bij premedicatie met antihistaminica (of tijdelijke verhoging van antihistaminicum).
Heb je last van astma die goed onder controle is, dan loop je ook geen verhoogd risico op anafylaxie met een coronavaccin.
Als je een allergie hebt, meld dit dan zeker aan je arts voorafgaand aan je vaccinatie. Vaccinatiecentra nemen standaard enkele voorzorgsmaatregelen om zeker te kunnen ingrijpen bij een mogelijke allergische reactie. Zo houden ze iedereen die gevaccineerd wordt minstens 15 minuten onder observatie en houden ze adrenaline en andere medicatie klaar om de reactie onder controle te houden.
Als je vroeger klachten zoals een grote lokale zwelling of koorts hebt gehad na toediening van een ander vaccin, moet je je niet ongerust te maken. Dergelijke klachten zijn immers normale bijwerkingen van vaccinatie, dus geen tekenen van allergie.
Als je vroeger anafylaxie had na toediening van een ander vaccin, heb je enkel een verhoogd risico als het vaccin in kwestie en het coronavaccin gelijke bestanddelen bevatten. Meld dit dan zeker aan je arts voorafgaand aan de vaccinatie.
Combinatie van bloedklonters in hersenen of buikholte en een laag aantal bloedplaatjes (trombose cytopenie syndroom; TTS)
Het antwoord op deze vraag is tweeledig.
- Kijk je naar bloedklonters in het algemeen, dan komen deze niet vaker voor bij gevaccineerden dan bij niet-gevaccineerden.
- Bloedklonters in de bloedvaten van de hersenen of de buikholte, gecombineerd met een laag aantal bloedplaatjes (die een rol spelen bij de bloedstolling) zijn waarschijnlijk echter wél een heel zeldzame bijwerking van het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca of Johnson & Johnson. Begin april 2021 waren er voor het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca 222 gevallen gemeld op ongeveer 34 miljoen gevaccineerden, voornamelijk bij vrouwen onder de 60 jaar en binnen de 2 weken na vaccinatie. Op basis van de huidige meldingen spreekt het EMA nu van een risico van 1 op 100 000. Midden-einde mei 2021 waren er voor het vaccin van Johnson & Johnson 62 gevallen gemeld in de Verenigde Staten op zo'n 10,3 miljoen gevaccineerden.
Omdat deze bijwerkingen zo zeldzaam zijn, kwam het Europese geneesmiddelenagentschap (EMA) tot het besluit dat de voordelen van vaccinatie, als je naar de totale bevolking kijkt, ruimschoots opwegen tegen de mogelijke bijwerkingen. Na een bijkomende meer gedetailleerde analyse voor het OxfordUniversity/AstraZeneca vaccin besloot EMA dat dit het geval is in alle leeftijdsgroepen. Tot nog toe kwam de complicatie vooral voor bij jongere vrouwen. Onder de leeftijd van 50 jaar bedraagt het risico 1 op 50.000, bij 50 tot 70-jarigen is dat 1 op 100.000, en nog slechts 1 op 200.000 bij 70-plussers. Volgens (beperkte) gegevens uit de Verenigde Staten lijkt de bijwerking minder frequent te zijn bij het Johnson&Johnson vaccin dan bij dat van OxfordUniversity/AstraZeneca, maar toont het tot nog toe eenzelfde trend qua voorkomen in functie van leeftijd en geslacht.
Als je binnen de 2 weken na vaccinatie met het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca of Johnson & Johnson één van volgende symptomen vertoont, moet je onmiddellijk contact opnemen met een arts:
- kortademigheid
- pijn in borstkas
- zwelling of pijn in been
- aanhoudende buikpijn
- neurologische symptomen, zoals ernstige of aanhoudende hoofdpijn of wazig zicht
- rode of paarse kleine puntjes onder de huid op een andere plaats dan de injectieplaats
Personen bij wie een tekort aan bloedplaatjes wordt vastgesteld binnen drie weken na vaccinatie met het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca of Johnson & Johnson, moeten actief worden onderzocht op tekenen van bloedklonters. Ook moeten personen die binnen drie weken na vaccinatie bloedklonters ontwikkelen, worden onderzocht op een tekort aan bloedplaatjes.
Jammer genoeg kan je dat voorlopig niet weten. Het is vooralsnog niet duidelijk welke factoren je risico op deze zeldzame bijwerking zouden kunnen verhogen. Daarom is nog verder onderzoek aan de gang. Tot nu toe werd deze zeldzame bijwerking vooral vastgesteld bij vrouwen onder de 60 jaar.
Ons land heeft beslist om het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca enkel aan mensen vanaf 41 jaar toe te dienen. Vanaf die leeftijd is het volgens onze overheid duidelijk dat de voordelen van het vaccin - waaronder het voorkomen van COVID-19, dat zelf (fatale) bloedstollingsproblemen kan veroorzaken - ruimschoots opwegen tegen de risico's, waaronder deze zeldzame bijwerking. Ook voor het vaccin van Johnson & Johnson stelde ons land dezelfde leeftijdsgrens in, die vooralsnog tijdelijk is in afwachting van verdere evaluatie door EMA. In Vlaanderen en Brussel kunnen personen jonger dan 41 jaar via QVAX echter aangeven dat ze bereid zijn om vrijwillig gevaccineerd te worden met het vaccin van Johnson & Johnson. In Wallonië is dit niet mogelijk.
Neen. Er is momenteel geen enkele aanwijzing hiervoor. Wie tot één van bovenstaande groepen behoort, loopt vooral een hoger risico op complicaties (waaronder bloedstollingsproblemen) door COVID-19 en laat zich daarom best wél vaccineren.
Neen. Het is op dit moment logistiek niet mogelijk om mensen een vaccin te laten kiezen. Welk vaccin je krijgt hangt vooral af van de beschikbaarheid. Mensen laten kiezen zou de vaccinatiecampagne enorm vertragen. Je arts kan wel medische redenen inroepen worden (vb. gekende, aangetoonde allergie tegen één van de bestanddelen) om een bepaald vaccin niet te krijgen. Er is natuurlijk ook een optie om je vaccin te weigeren. In dat geval krijg je echter nadien niet automatisch een nieuwe uitnodiging. Je kunt je wel laten activeren via je huisarts en vervolgens opnieuw inschrijven via Qvax. Deze aanpak geldt voorlopig enkel in Vlaanderen, nog niet in Brussel en Wallonië.
In Vlaanderen en Brussel kunnen personen jonger dan 41 jaar via Qvax eveneens wel aangeven dat ze bereid zijn om vrijwillig gevaccineerd te worden met het vaccin van Johnson & Johnson. In Wallonië is dit niet mogelijk.
Capillair leksyndroom
Het gaat hier om een heel zeldzame maar ernstige bijwerking van de vaccins van OxfordUniversity/AstraZeneca en Johnson & Johnson, waarbij bloedplasma wegsijpelt uit de kleinste bloedvaten (de zogenaamde haarvaatjes). Het komt dan terecht in spieren, organen of holtes. Dit kan leiden tot zwelling in de armen of benen, lage bloeddruk, het dikker worden van het bloed en een verlaagd gehalte aan albumine, een belangrijk eiwit in het bloed dat de druk in de bloedvaten regelt.
Eind mei 2021 waren er in Europa 6 bevestigde gevallen van deze bijwerking op meer dan 78 miljoen toegediende dosissen van het OxfordUniversity/AstraZeneca-vaccin. De bijwerking deed zich vooral voor bij vrouwen en binnen de vier dagen na vaccinatie. Drie van de zes mensen hadden al eerder last gehad van dezelfde klachten. Een van die drie is overleden.
Voor het vaccin van Johnson & Johnson waren er half juni 2021 wereldwijd drie gevallen van deze bijwerking op meer dan 18 miljoen toegediende dosissen. De bijwerking deed zich voor binnen de twee dagen na vaccinatie. Eén van hen had al eerder last gehad van dezelfde klachten; twee van die drie zijn overleden.
Wie na vaccinatie met OxfordUniversity/AstraZeneca of Johnson & Johnson een plotse zwelling van armen of benen of een plotse toename van het lichaamsgewicht opmerkt, vaak met een gevoel van flauwte (ten gevolge van lage bloeddruk), moet onmiddellijk een arts raadplegen.
Wie in het verleden al last gehad heeft van het capillair leksyndroom, laat zich beter niet vaccineren met het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca of dat van Johnson & Johnson.
Syndroom van Guillain-Barré
Het syndroom van Guillain-Barré is een heel zeldzame zenuwaandoening waarbij het immuunsysteem zenuwcellen beschadigt, wat kan leiden tot pijn, gevoelloosheid en spierzwakte en in de meest ernstige gevallen tot verlamming. De meeste patiënten herstellen volledig van deze aandoening. Enkele patiënten ervaren blijvend een gevoel van zwakte.
Eind juni 2021 waren er 108 gevallen gemeld van dit syndroom op meer dan 21 miljoen gevaccineerden. Slechts één van die 108 patiënten is overleden.
Wie na vaccinatie met het vaccin van OxfordUniversity/AstraZeneca of Johnson & Johnson één van volgende symptomen vertoont, moet onmiddellijk een arts raadplegen:
- Dubbel zicht of problemen bij het bewegen van de ogen;
- Problemen bij het slikken, spreken of kauwen;
- Coördinatieproblemen en wankel gevoel;
- Problemen bij het stappen;
- Tintelend gevoel in de handen of voeten;
- Zwak gevoel in de ledematen, borst of aangezicht;
- Gebrek aan controle over de blaas of de darmfunctie.
Ontsteking van de hartspier of het hartzakje
Het gaat hier om heel zeldzame ontstekingsaandoeningen van de hartspier (myocarditis) of het hartzakje (pericarditis). Eind mei 2021 waren er in Europa 145 gevallen van ontsteking van de hartspier en 138 gevallen van ontsteking van het hartzakje op ongeveer 177 toegediende dosissen van het BioNTech/Pfizer vaccin. Er waren ook 19 gevallen van ontsteking van de hartspier en 19 gevallen van ontsteking van het hartzakje op ongeveer 20 miljoen dosissen van het Moderna vaccin. Vijf personen - allemaal op oudere leeftijd of met onderliggende aandoeningen - zijn overleden.
De bijwerkingen deden zich vooral voor binnen de twee weken na vaccinatie, vooral na de tweede dosis en bij jonge mannen. Volgens een recente analyse van de Amerikaanse overheidsdiensten bedraagt dat risico voor jongens van 12 tot 17 jaar 63 per miljoen toegediende doses en voor meisjes van die leeftijd 9 per miljoen toegediende doses. Deze jongeren worden over het algemeen voor enkele dagen in het ziekenhuis opgenomen en kunnen daarna het ziekenhuis verlaten. Verdere follow-up is voorzien om na te gaan of er op langere termijn geen negatieve gevolgen zijn.
Wie na vaccinatie met het vaccin van BioNTech/Pfizer of Moderna kortademigheid, een krachtige soms onregelmatige hartslag (hartkloppingen) of pijn op de borst ervaart, moet onmiddellijk een arts raadplegen.