Obesitas

Inleiding
De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) definieert overgewicht en obesitas als een ‘abnormale of buitengewoon grote ophoping van lichaamsvet die een negatief effect kan hebben op de gezondheid’. Overtollige kilo’s kunnen de levenskwaliteit van mensen aantasten en ze verhogen het sterftecijfer. Vanaf wanneer praat men over ‘obesitas’? Wanneer de body mass index (BMI) hoger is dan 30 (kg/m²), wat neerkomt op een overmaat aan vetmassa van meer dan 20% ten opzichte van een ‘wenselijk’ gewicht.
De situatie in België
In ons land is de incidentie van obesitas gestegen van 8% aan het eind van de jaren zeventig tot bijna 12% halverwege de jaren negentig en tot 16% in 2018 (laatste gezondheidsenquête). Eén Belg op twee (49,3% om precies te zijn) heeft een BMI die hoger is dan 25 en heeft dus overgewicht. De cijfers voor overgewicht en obesitas stijgen voortdurend. Deze trend ontziet jonge mensen niet, aangezien 19% van de 2- tot 17-jarigen overgewicht heeft en bijna 6% obees is. Overgewicht in de adolescentie verhoogt de kans op overgewicht met ten minste het vijfvoudige tegen de leeftijd van 40 jaar. Preventie is dus essentieel.
We zijn weliswaar nog ver verwijderd van de cijfers aan de andere kant van de Atlantische Oceaan (42% van de Amerikaanse volwassenen heeft obesitas), maar de kloof tussen ons wordt langzaam kleiner. Wereldwijd is het aantal gevallen van obesitas sinds 1975 bijna verdrievoudigd, benadrukt de WGO. Ongeveer twee miljard volwassenen hebben nu overgewicht, waarvan meer dan 650 miljoen obees zijn.
In dit dossier wordt ingegaan op de beruchte ‘BMI’ (body mass index), de multifactoriële dimensie van zwaarlijvigheid, de talrijke en verraderlijke gevaren van overgewicht voor de gezondheid, behandelingsmethoden en preventie. Je kunt ook ons dossier over verschillende diëten lezen: