pensioensparen

Wettelijk pensioen en aanvullende pensioenen: hoe bereid je je het best voor op je pensioen?

Ontdek onze gids en kies het juiste product

Er zijn zoveel mogelijkheden om je wettelijk pensioen aan te vullen dat het niet altijd gemakkelijk is om je weg te vinden in de vele opties: pensioenspaarfondsen, pensioenspaarverzekeringen, levensverzekeringen, tak 21 of tak 23 enz. De verschillende formules hebben elk hun eigen voor- en nadelen. Ontdek ons advies en onze uitleg over de verschillende producten, de beste keuzes op basis van je leeftijd en kies de optie die het best bij je situatie past.

Stap-voor-stap gids

Waarom is het belangrijk om extra spaargeld op te bouwen?

"Wat als ik niet genoeg geld heb om mijn levensstandaard te handhaven als ik met pensioen ga?” Veel mensen zijn daar bang voor. Om onaangename verrassingen te vermijden, kun je maar beter vooruit plannen en een aanvullend pensioen opbouwen.

Er zijn talloze opties en zoveel verschillende producten, en niet alles is geschikt voor iedereen. Afhankelijk van je leeftijd, hoe dicht je bij je pensioen bent, je carrière of je statuut (zelfstandige of loontrekkende), zal de ideale aanpak verschillen. Om je een duidelijker beeld te geven, bekijken we de vier pensioenpijlers, de voor- en nadelen van de bestaande formules maar ook de punten waarmee je rekening moet houden bij het maken van je keuzes.

Terug naar boven

De eerste pijler: het wettelijk pensioen

De eerste pijler is uiteraard het wettelijke pensioen waarop alle burgers aan het einde van hun beroepsleven recht hebben. Als je een idee wilt krijgen van het bedrag waar je aanspraak op kunt maken, ga dan naar mypension.be, de tool van de FOD Pensioenen. Hoewel hij je zal helpen om de zaken beter in te schatten, is de tool niet onfeilbaar. De schatting van je toekomstig wettelijk pensioen is gebaseerd op de informatie die bekend is op het moment dat je de site raadpleegt. De tool zal dus betrouwbaarder zijn als je nog 3 jaar van je pensioen staat dan wanneer je nog 30 jaar aan de slag blijft.

Hoe je je wettelijk pensioen kunt verhogen ...

In België is de huidige pensioenleeftijd 65 jaar. Dat wordt 66 in 2025 en 67 in 2030. Zodra je deze leeftijd bereikt, kunt je rekenen op een brutopensioen van niet meer dan € 3 007 per maand (voor een werknemer met een volledige loopbaan en wiens loon altijd het plafond heeft bereikt dat gebruikt wordt om het pensioen te berekenen). Je pensioen zal onvermijdelijk lager uitvallen als je bijvoorbeeld geen volledige loopbaan hebt doorlopen, wat in België is vastgesteld op 14 040 dagen. Eens je de wettelijke pensioenleeftijd hebt bereikt, kun je echter, in overleg met je werkgever, je loopbaan verlengen. Voor sommige mensen zal dat hen in staat stellen om een volledige carrière op te bouwen, of zelfs om het maximum aantal dagen te overschrijden. Als je meer dan 14 040 dagen hebt, zijn het wel de bestbetaalde dagen die in aanmerking worden genomen bij de berekening van je pensioen.

Als je eenmaal met pensioen bent, kun je ook besluiten om actief te blijven, via een aanvullende activiteit of een flexi-job.

of hoe je het kunt verlagen ...

Let op: bepaalde carrièrekeuzes kunnen je pensioen ook nadelig beïnvloeden. Dat kan het geval zijn bij deeltijds werk, tijdskrediet of vervroegd pensioen. Als je bijvoorbeeld met vervroegd pensioen gaat, kost dat je een of meer carrièrejaren en verlaagt dus het bedrag van je pensioen. Berekend op basis van het inkomensplafond kost elk jaar vervroegd pensioen je € 977 aan bruto pensioen per jaar.

Terug naar boven

De tweede pijler: aanvullende pensioenen opgebouwd via de werkgever

Er zijn verschillende vormen van aanvullende pensioenen in de tweede pensioenpijler.

Groepsverzekering en/of pensioenfonds

Misschien geniet je via je werkgever van een groepsverzekering (dat is een collectieve levensverzekering bij een verzekeringsmaatschappij) en/of van een pensioenfonds dat speciaal voor het bedrijf (of zelfs de sector) is opgericht. Het werkt als volgt: je werkgever betaalt een bijdrage, soms aangevuld met je eigen bijdrage als werknemer. In principe is de werkgeversbijdrage fiscaal aantrekkelijker dan een loonsverhoging.

Toch oppassen: het wordt steeds ingewikkelder om het kapitaal vervroegd uitbetaald te krijgen. Indien deze optie bestaat, zorg er dan voor dat je van tevoren goed geïnformeerd bent, anders loop je het risico dat je een paar (zeer) goede rendementsjaren misloopt. Als het kapitaal vóór je 65e wordt uitgekeerd, wordt er bovendien vaak een slotbelasting van 16,5%, 18% of zelfs 20% geheven (in plaats van 10% bij een volledige carrière).

Vrij aanvullend pensioen voor werknemers (VAPW)

Voor werknemers uit de privésector en ambtenaren die geen groepsverzekering of een beperkte groepsverzekering hebben, kun je kiezen voor een vrij aanvullend pensioen voor werknemers. Hier kies je zelf de verzekeraar en het type product. Stortingen in een VAPW leveren je een belastingvermindering van 30% (+ opcentiemen) op. Op het einde van de rit zijn pensioensparen en langetermijnsparen in principe voordeliger vanuit fiscaal oogpunt.

Vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen (VAPZ)

Voor zelfstandigen is er een alternatieve oplossing: het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen. Stortingen leveren een belastingvoordeel op tegen het marginaal tarief, dat is het tarief waaronder je hoogste inkomensschijf valt. Voor veel mensen ligt dit tarief boven de 30%.

Terug naar boven

De derde pijler: aanvullende pensioenen met belastingvoordelen

Dat zijn aanvullende pensioenen die je zelf opbouwt.

Er zijn twee opties in deze categorie, waaronder het inmiddels beroemde pensioensparen, dat steeds meer consumenten aantrekt. En niet zonder reden: de staat stimuleert individuele spaarregelingen met fiscale incentives.

Voor zowel pensioensparen als langetermijnsparen is de belastingvermindering 30% (plus gemeentelijke opcentiemen), of 25% voor pensioensparen als je meer dan € 990 inlegt. Welke optie je ook kiest, de maximale inleg wordt in principe elk jaar geïndexeerd. Voor een gewone levensverzekering kan dat niet meer zijn dan 6% van je beroepsinkomen plus € 176,40, met een absoluut maximum van € 2 350 per persoon in 2023. Voor pensioensparen is dat maximum naar keuze € 990 of € 1 270 in 2023, maar met verschillende belastingvoordelen.

Het populaire pensioensparen

In deze categorie kun je kiezen tussen:

  • een pensioenspaarfonds: dat is een beleggingsfonds dat speciaal is opgezet binnen het kader van het pensioensparen en dat door een bank wordt beheerd. Het geeft recht op belastingvermindering via de gedane beleggingen
  • een pensioenspaarverzekering: dat is een levensverzekering waarvoor je aangeeft dat je wilt profiteren van een belastingvermindering (op gedane stortingen) in het kader van pensioensparen

Langetermijnsparen, de andere optie

In deze categorie kun je niet anders dan voor een levensverzekering gaan. Je kunt wel kiezen uit:

  • Tak 21: dat is de veiligste optie, met een gegarandeerd minimumrendement
  • Tak 23: combineert een levensverzekering met een beleggingsfonds, dus een hoger risico, maar met mogelijk een hoger rendement op de lange termijn
  • Tak 44: als je de rekensom maakt, zie je dat dit een combinatie is van tak 21 (risicovrij) en tak 23 (risicovoller).

Tweede en derde pijler: wees op je hoede voor de lasten

Hou er bij aanvullend sparen via de tweede of derde pijler rekening mee dat er kosten en fiscale lasten aan verbonden zijn. Of het nu gaat om een belasting op de betaalde premie (langetermijnsparen bijvoorbeeld), een eindheffing, sociale zekerheidsbijdragen (bij groepsverzekeringen bijvoorbeeld) of kosten die banken of verzekeringsmaatschappijen in rekening brengen, de verrichting brengt extra kosten met zich mee.

Overigens is bij de derde pijler je geld theoretisch geblokkeerd tot je 60 bent, en soms zelfs nog langer. Vervroegde opname is mogelijk, maar je zult er veel aan verliezen.

 
Terug naar boven

De vierde pijler: inkomsten uit eigen vermogen

In tegenstelling tot de tweede en derde pijler geeft deze categorie geen recht op belastingvoordelen. De zogenaamde vierde pijler is inkomen waarvoor je geen specifieke bestemming hebt en dat op lange termijn kan worden belegd..

Er is natuurlijk een heel ruime waaier aan beleggingsmogelijkheden, afhankelijk van je situatie en het bedrag dat je je kunt veroorloven. Je kunt investeren in een goed beleggingsfonds of een tweede woning kopen. Belastingvoordelen zijn er niet, behalve voor een tweede woning, maar de federale woonbonus voor een tweede woning verdwijnt vanaf 1 januari 2024.  Je kunt met deze beleggingen echter wel over je geld beschikken wanneer je maar wilt, zonder zware fiscale afstraffing.

Terug naar boven

Conclusie: waar je op moet letten

Als je je oude dag wilt verzekeren, zijn er genoeg opties. Hou bij je keuze de volgende punten in gedachten:

  • Sta je dicht bij je pensioen of ligt dat nog veraf? Dat is belangrijk, want je kunt het best je strategie aanpassen aan je leeftijd: hoe dichter je bij de datum staat waarop je je opgebouwde kapitaal verwacht op te vragen, hoe verstandiger het is om in veilige beleggingen te investeren.
  • Heb je investeringsplannen? Als je van plan bent om op korte of middellange termijn te investeren, bijvoorbeeld om een huis te kopen, is het niet aan te raden om meteen een aanvullend spaarproduct met belastingvoordeel te nemen. In principe zal het belegde geld niet meer toegankelijk zijn voordat je met pensioen gaat.
  • Stort je werkgever al bijdragen namens jou? Misschien profiteer je al van een aanvullend pensioen via een groepsverzekering die door je werkgever is afgesloten. Vraag het na.
  • Loontrekkende of zelfstandige? Afhankelijk van je beroepsstatus zijn er verschillende producten beschikbaar.
Terug naar boven