Op pensioen zonder zorgen doe je zo

Je pensioen, je kijkt er naar uit of helemaal niet, maar één ding is zeker: we willen allemaal een zo voordelig mogelijk pensioen! Er wordt echter al jarenlang gemorreld aan de pensioenregels. Wil je weten welke regels vandaag de dag gelden? Wij vatten ze voor je samen, zodat je goed voorbereid je pensioen kunt tegemoet gaan.
Het pensioen blijft tot op vandaag een politieke discussie. Los daarvan is het belangrijk dat je je goed voorbereid op je pensioen. Daarom wijdt Test Aankoop dit dossier aan jouw (aanvraag op een) pensioen, pensioensparen en alle bijkomende paperassen
Heeft iedereen recht op een pensioen?
Na een voldoende lange loopbaan heb je recht op een pensioen, zodat je na je carrière nog steeds maandelijkse inkomsten ontvangt. Je moet er je goed van bewust zijn dat het pensioen gelijk staat met een inkomstendaling. Gelukkig heb je de kans om daarop te anticiperen en een persoonlijk spaarpotje op te bouwen dat in zekere mate je koopkracht zal vrijwaren, onder andere via pensioensparen, door aandelen te kopen of te investeren in vastgoed.
Bereken hoeveel je moet sparen om zorgeloos op pensioen te kunnen gaan
Test Aankoop beschikt over vijf pensioen-rekenmodules die je kunnen helpen om uit te rekenen hoeveel je moet sparen om zorgeloos op pensioen te kunnen gaan.
Frequente vragen over de pensioenregeling
Op de volgende pagina’s krijg je een stand van zaken over enkele belangrijke aspecten inzake het wettelijke pensioen:
- Wanneer mag je op pensioen? Kun je nog vervroegd met pensioen gaan? En mag je ook later op pensioen?
- Hoe wordt je pensioen berekend?
- Wat is een gelijkgestelde periode en wat is de impact ervan voor het pensioen?
- Wanneer heb je recht op een overlevingspensioen of een overgangsuitkering?
- Op hoeveel pensioen kun je rekenen?
- Wat moet je doen om met pensioen te kunnen gaan?
Kan je bijverdienen als gepensioneerde?
Indien je van plan bent om naast je wettelijk pensioen nog een bezoldigde beroepsactiviteit uit te oefenen, kun je in ons dossier Bijverdienen als gepensioneerde de nodige info vinden om het hele financiële plaatje te zien.
Hoeveel bedraagt mijn groepsverzekering als ik met pensioen ga?
Als je over een groepsverzekering beschikt, surf dan zeker ook naar het dossier waarin we uitleggen hoeveel je aan je groepsverzekering zult overhouden.
Wat gebeurt er met mijn collectieve hospitalisatieverzekering als ik met pensioen ga?
Als je werkgever je ook een collectieve hospitalisatieverzekering aanbood, verwijzen we je graag naar ons dossier waarin we toelichten welke wegen je na je pensionering qua hospitalisatieverzekering uit kunt.
Het pensioen blijft tot op vandaag een politieke discussie. Los daarvan is het belangrijk dat je je goed voorbereid op je pensioen. Daarom wijdt Test Aankoop dit dossier aan jouw (aanvraag op een) pensioen, pensioensparen en alle bijkomende paperassen
Heeft iedereen recht op een pensioen?
Na een voldoende lange loopbaan heb je recht op een pensioen, zodat je na je carrière nog steeds maandelijkse inkomsten ontvangt. Je moet er je goed van bewust zijn dat het pensioen gelijk staat met een inkomstendaling. Gelukkig heb je de kans om daarop te anticiperen en een persoonlijk spaarpotje op te bouwen dat in zekere mate je koopkracht zal vrijwaren, onder andere via pensioensparen, door aandelen te kopen of te investeren in vastgoed.
Bereken hoeveel je moet sparen om zorgeloos op pensioen te kunnen gaan
Test Aankoop beschikt over vijf pensioen-rekenmodules die je kunnen helpen om uit te rekenen hoeveel je moet sparen om zorgeloos op pensioen te kunnen gaan.
Frequente vragen over de pensioenregeling
Op de volgende pagina’s krijg je een stand van zaken over enkele belangrijke aspecten inzake het wettelijke pensioen:
- Wanneer mag je op pensioen? Kun je nog vervroegd met pensioen gaan? En mag je ook later op pensioen?
- Hoe wordt je pensioen berekend?
- Wat is een gelijkgestelde periode en wat is de impact ervan voor het pensioen?
- Wanneer heb je recht op een overlevingspensioen of een overgangsuitkering?
- Op hoeveel pensioen kun je rekenen?
- Wat moet je doen om met pensioen te kunnen gaan?
Kan je bijverdienen als gepensioneerde?
Indien je van plan bent om naast je wettelijk pensioen nog een bezoldigde beroepsactiviteit uit te oefenen, kun je in ons dossier Bijverdienen als gepensioneerde de nodige info vinden om het hele financiële plaatje te zien.
Hoeveel bedraagt mijn groepsverzekering als ik met pensioen ga?
Als je over een groepsverzekering beschikt, surf dan zeker ook naar het dossier waarin we uitleggen hoeveel je aan je groepsverzekering zult overhouden.
Wat gebeurt er met mijn collectieve hospitalisatieverzekering als ik met pensioen ga?
Als je werkgever je ook een collectieve hospitalisatieverzekering aanbood, verwijzen we je graag naar ons dossier waarin we toelichten welke wegen je na je pensionering qua hospitalisatieverzekering uit kunt.
Als we het op de algemene regel houden, is 65 momenteel nog altijd de leeftijd waarop zowel vrouwen als mannen hun wettelijk pensioen kunnen nemen. Maar dat wordt 66 in 2025 en 67 in 2030.
Eerder met pensioen
Er zijn enkele categorieën van ambtenaren die al veel eerder met pensioen mogen. We denken aan politieagenten, militairen, NMBS-personeel en heel wat leerkrachten. Elke categorie heeft haar eigen regels.
Als je niet onder die uitzondering valt, zul je in de praktijk toch eerder met pensioen kunnen gaan indien je al een lange beroepsloopbaan achter de rug hebt. Je kunt meer bepaald vervroegd met pensioen:
- op 60 jaar na een beroepsloopbaan van 44 jaar;
- op 61 jaar na een beroepsloopbaan van 43 jaar;
- op 63 jaar na een beroepsloopbaan van 42 jaar.
Aangezien je dan aan minder loopbaanjaren komt die meetellen voor de berekening van je pensioen, zal je pensioen wel iets lager uitvallen.
Later met pensioen
Let wel: je bent niet verplicht om te stoppen met werken, je mag je pensioen uitstellen.
- Als werknemer heb je daarvoor wel het akkoord van je werkgever nodig. Mocht die laatste trouwens geen enkel initiatief nemen in aanloop naar je pensioenleeftijd, dan blijft je arbeidsovereenkomst gewoon voortlopen. Als je werkgever dus wil dat je stopt met werken op de pensioenleeftijd, moet hij je arbeidsovereenkomst opzeggen volgens de normale regels, met in dit geval evenwel een maximum van 26 weken (zowat zes maanden).
- Ook als ambtenaar kun je in sommige sectoren vragen om langer aan de slag te mogen.
- Als zelfstandige ligt die beslissing natuurlijk volledig in je eigen handen.
Met pensioen én aan het werk
Je kunt ook overwegen om je pensioen te laten ingaan én toch te blijven werken. We verwijzen voor meer details graag naar ons dossier over bijverdienen als gepensioneerde.
De regels verschillen volgens dat je werknemer, ambtenaar of zelfstandige bent.
Als je volgens verschillende stelsels hebt gewerkt, kun je voor elk ervan een pensioen krijgen, maar er zullen eventueel cumulregels worden toegepast.
In het stelsel van de werknemers
De basisregel is dat rekening wordt gehouden met enerzijds elk jaar dat je hebt gewerkt en anderzijds het loon dat je toen effectief hebt verdiend. Met deze beperkingen evenwel:
- Er kunnen maximaal 14 040 dagen loopbaan meetellen, dat is goed voor een volledige loopbaan van 45 jaar van 312 dagen (er wordt gerekend alsof je in een zesdagensysteem werkt). Kom je aan méér gewerkte dagen, dan laat men de dagen vallen die het minst voordelig uitvallen in de berekening, dus veelal die van bij het begin van je loopbaan.
- Je loon telt niet altijd volledig mee. Er geldt voor elk jaar een maximum. Wie een heel hoog loon trok, zal daardoor niet per se een hoger pensioen opstrijken dan iemand met een gemiddeld loon.
Voor elk jaar van je beroepsloopbaan wordt deze berekening gemaakt:
je loon maal een bepaalde coëfficiënt maal 60 % gedeeld door 45
- Die coëfficiënt hangt af van het jaar, hij is nodig om je loon te herwaarderen want een bedrag van bijvoorbeeld 30 jaar geleden heeft vandaag de dag niet meer dezelfde waarde.
- Die maal 60 % is omdat slechts zoveel van je loon meetelt voor een pensioen wanneer je zoals de meeste mensen een pensioen "als alleenstaande" trekt, dus op basis van je eigen beroepsloopbaan. Uitzonderlijk wordt met 75 % rekening gehouden: dat betreft alleen personen die recht hebben op een pensioen tegen het gezinstarief omdat ze getrouwd zijn én hun partner geen of slechts weinig beroepsinkomsten heeft.
- Het delen door 45 ten slotte is nodig omdat elk jaar dat je werkt, in je pensioen voor 1/45 meetelt aangezien men ervan uitgaat dat een volledige loopbaan 45 jaar omvat.
Het volstaat om alle resultaten per jaar van je beroepsloopbaan op te tellen en je komt aan het brutobedrag van je pensioen op jaarbasis.
Het is duidelijk: hoe méér jaren je werkt en hoe méér je verdient, hoe hoger je wettelijk pensioen zal zijn, en omgekeerd.
In het stelsel van de zelfstandigen
Dezelfde redenering wordt toegepast als in het stelsel van de werknemers.
In dat geval is de basis het beroepsinkomen waar je sociale bijdragen op hebt betaald. Voor alle jaren tot en met 2020 wordt wel een bijkomende correctiecoëfficiënt toegepast (de laatste was 0,69) waardoor minder van je inkomen meetelt dan bij een werknemer. Op die manier compenseerde men het feit dat zelfstandigen minder sociale bijdragen betalen dan werknemers. Vanaf 2021 wordt dat niet meer toegepast. Dat zal een slok op een borrel schelen voor het pensioen als zelfstandige! Daarnaast zijn er ook voor de zelfstandigen enkele beperkingen:
- Voor de jaren van vóór 1984 telt het beroepsinkomen niet mee en wordt met een forfaitair vastgelegd bedrag gerekend.
- Je beroepsinkomen telt maar mee tot een bepaald maximum.
In het stelsel van de ambtenaren
In dat geval gelden heel andere regels. Cruciaal is dat het pensioen eveneens wordt berekend op basis van het aantal jaren beroepsloopbaan en de bezoldiging, maar dat het tweede element helemaal niet de wedde is die jaar na jaar effectief werd uitgekeerd. Voor elk jaar telt namelijk hetzelfde bedrag, dat neerkomt op het gemiddelde van de laatste vijf jaar van je beroepsloopbaan als je vóór 1962 bent geboren en anders het gemiddelde van de laatste tien jaar. Aangezien je normaliter méér verdient op het einde van je loopbaan dan bij het begin, is dat een heel groot voordeel. Dat betreft wel alleen de statutaire ambtenaren, contractuele ambtenaren bouwen een wettelijk pensioen op zoals een werknemer.
Het is heel frequent dat een beroepsloopbaan wordt onderbroken door periodes waarin men niet aan het werk is, bv. door ziekte, onvrijwillige werkloosheid of tijdskrediet. Maar wie niet werkt en dus geen sociale bijdragen betaalt, bouwt in de regel geen pensioen op. Bepaalde van die periodes van inactiviteit worden evenwel met gewerkte periodes gelijkgesteld waardoor ze toch meetellen in de berekening. Daarbij wordt een fictief loon gehanteerd.
Dat fictief loon wordt voor een pensioen als werknemer als volgt bepaald:
- voor de periode van de dienstplicht en in geval van ziekte, invaliditeit, werkloosheid (wel alleen de eerste 12 maanden) en ouderschapsverlof neemt men je laatste werkelijk loon. In dat geval heeft de gelijkgestelde periode dus geen enkele negatieve impact op het bedrag van je pensioen;
- als je sinds 2012 langdurig werkloos bent geweest of als je onder het SWT (stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, het vroegere brugpensioen) valt of onder het Canady Dry-systeem (SWAV, stelsel van werkloosheid met aanvullende vergoedingen bij oudere werknemers; het pseudo-brugpensioen), neemt men het gewaarborgd minimumloon. Hoe hoger je laatste werkelijk loon was, hoe meer je in dat geval aan pensioen verliest. Het verlies is het zwaarst bij langdurige werkloosheid sinds 2017;
- als je vanaf je 58e onvrijwillig werkloos bent geweest, onder het SWT (vroeger brugpensioen) valt of een volledige arbeidsonderbreking hebt genomen wegens loopbaanonderbreking of tijdskrediet, neemt men je laatste loon maar rekening houdend met een lager loonplafond dan het normale maximum per jaar. Per maand maakt dat niet veel uit, maar als het voor verschillende jaren geldt, kan dat oplopen.
In het stelsel van de zelfstandigen zijn er per definitie veel minder gelijkgestelde periodes. Het beperkt zich tot de legerdienst en periodes van ziekte of invaliditeit.
Ook ambtenaren kennen het systeem van de gelijkgestelde periodes.
Om als langstlevende partner na het overlijden van je partner recht te hebben op een overlevingspensioen op grond van zijn/haar beroepsloopbaan, ongeacht onder welk stelsel hij/zij viel, moet je aan drie voorwaarden voldoen:
- Je moet een bepaalde leeftijd hebben bereikt, die tot 2025 elk jaar met zes maanden wordt opgetrokken. In 2021 moet je ten minste 48 jaar oud zijn. In 2025 zal de limiet op 50 jaar liggen.
- Je moet ten minste één jaar getrouwd zijn geweest. Er zijn weliswaar uitzonderingen, bijvoorbeeld wanneer je een kind ten laste hebt.
- Je mag met je eventuele beroepsinkomsten het bedrag niet overschrijden dat geldt als maximum voor de bijverdienste van een gepensioneerde. Een weduwe met een eigen goedgevulde loopbaan heeft in de praktijk dan ook doorgaans geen recht op een overlevingspensioen.
Wanneer je te jong bent voor een overlevingspensioen, kun je gedurende 12 maanden, of gedurende 24 maanden als er een kind ten laste is, eventueel aanspraak maken op een overgangsuitkering. Na die periode moet je wachten tot jeu de wettelijke pensioenleeftijd bereikt alvorens in aanmerking te komen voor het overlevingspensioen. Het is de bedoeling om weduwen/weduwnaars zo een tijdje te steunen, maar ze aan te moedigen om toch een eigen loopbaan op te bouwen. Je mag die uitkering onbeperkt cumuleren met een eigen beroepsinkomen of een sociale uitkering (werkloosheid, invaliditeit). En als je zonder werk zit op het ogenblik dat de overgangsuitkering stopt, heb je zonder enige wachtperiode meteen recht op een werkloosheidsuitkering.
Zowel het overlevingspensioen als de overgangsuitkering worden berekend op basis van de beroepsinkomsten van de overleden partner.
Er zijn momenteel plannen om op vrij korte termijn gedurende een langere periode een overgangsuitkering toe te kennen, ook aan wettelijk samenwonenden.
Op het onlineplatform MyPension.be kun je in je pensioendossier een raming vinden van je toekomstig pensioen. Je moet je op dezelfde manier identificeren als op alle beveiligde onlinediensten van de overheid (dus met je eID, met de app itsme of met je token).
Het is een schatting op basis van je huidig loon en in de veronderstelling dat je tot de pensioenleeftijd in hetzelfde systeem blijft werken als nu (dus voltijds of deeltijds, en als werknemer, zelfstandige of ambtenaar). Daardoor is de raming weinig betrouwbaar voor wie aan het begin van zijn loopbaan staat, maar zeker nuttig voor wie slechts een paar jaar van het pensioen verwijderd is.
Je pensioen kan uiteindelijk lager liggen dan de raming
De raming op MyPension.be zal te hoog liggen als je plots beslist om minder te gaan werken, om gedurende een bepaalde periode tijdskrediet te nemen of om vervroegd met pensioen te gaan.
- Deeltijds gaan werken kan grote invloed hebben op het bedrag van je later pensioen, maar veel hangt af van met hoeveel je je arbeidsduur vermindert.
- Ook wanneer je vervroegd met pensioen gaat, zul je je sowieso moeten tevredenstellen met een iets lager pensioen dan normaal.
- De enige formule waarbij je niet erg veel pensioen riskeert te verliezen, is tijdskrediet waarbij je recht hebt op een vergoeding van de RVA. Voor die periode zal in de pensioenberekening immers rekening worden gehouden met je laatste werkelijke loon. De regels zijn iets minder gunstig bij een zogenoemde landingsbaan, voor 60-plussers dus, waardoor je pensioen lichtjes kan dalen maar aangezien ook je echt loon nog deels meetelt, valt het uiteindelijk nog mee.
Goed om te weten: MyPension.be biedt de mogelijkheid om de invloed van bepaalde loopbaankeuzes op je pensioenbedrag te simuleren. Je kunt nu al de impact becijferen van een nieuwe job als werknemer, en van de beslissing om als werknemer minder te gaan werken.
Je pensioen kan uiteindelijk hoger liggen dan de raming
Wanneer je méér gaat verdienen, in een andere job of door te veranderen van arbeidsregime, zal dat meestal een gunstige invloed hebben op je later pensioenbedrag. Je kunt daar op MyPension.be de impact van becijferen.
Maar er zijn nog twee andere mogelijkheden waardoor je aan méér pensioen kunt geraken.
- Je kunt langer blijven werken en zo méér dagen of jaren laten meetellen in de berekening omdat je op je wettelijke pensioenleeftijd nog niet aan een volledige beroepsloopbaan komt. Zelfs als je reeds aan 14 040 dagen zit, kan het soms interessant zijn om nog door te gaan. Want in de berekening van je pensioen wordt dan rekening gehouden met de dagen die het meest opbrengen. Op die manier worden je beginjaren, wanneer je het minst verdiende, vervangen door jaren op het einde van je loopbaan, wanneer je wellicht een rianter loon opstrijkt. Ook daarvan kun je op MyPension.be de impact op je pensioenbedrag simuleren.
- Je kunt een regularisatiebijdrage betalen om je studiejaren "af te kopen”. Daardoor zullen die jaren als gewerkte jaren meetellen in de berekening en dat zal je pensioenbedrag opkrikken (voor je loon neemt men in dat geval een forfaitair vastgelegd bedrag).
In het stelsel van de werknemers en de zelfstandigen kun je dat voor studiejaren na je 20e. Die regularisatie werd voor hen tijdelijk aantrekkelijk gemaakt met een gunsttarief. Maar die speciale regeling is eind november 2020 afgelopen.
Als je nu nog studiejaren wilt afkopen, kan dan een heel dure aangelegenheid worden. De kosten zijn nu immers alleen nog beperkt tijdens de eerste tien jaar nadat je je diploma hebt behaald. Als die tien jaar eenmaal verstreken zijn, wordt regulariseren almaar duurder. Hoe langer je ermee wacht, hoe hoger het bedrag, het kan je tot zowat € 6 000 per studiejaar kosten.
Mocht je in het verleden al een regularisatie hebben betaald, dan wordt daar automatisch rekening mee gehouden in de pensioenraming op MyPension.be.
Voor ambtenaren liggen de zaken anders. Als zij uiterlijk op 1/12/2018 aan de voorwaarden voldeden om vervroegd met pensioen te gaan, of als ze op 1/12/2017 reeds in het systeem zaten van voltijdse of deeltijdse disponibiliteit voorafgaand aan het pensioen (of aan de voorwaarden voldeden om dat systeem te kunnen aanvragen), tellen hun studiejaren immers gratis mee. Voor alle andere ambtenaren blijft die "gratis bonificatie" ten dele meetellen, pro rata volgens het aantal loopbaanjaren dat ze op 1/12/2017 al gevorderd waren in wat voor hun functie als een volledige loopbaan wordt beschouwd.
Zodra je een regularisatie hebt betaald, wordt daar rekening mee gehouden in de pensioenraming.
Wat betekent het gewaarborgd minimum?
De wetgever heeft een gewaarborgd minimumpensioen vastgelegd, maar je moet aan bepaalde regels voldoen qua jaren beroepsloopbaan om daar recht op te hebben. In het stelsel van de werknemers bijvoorbeeld moet je ten minste 30 jaar hebben gewerkt en moet elk van die loopbaanjaren ten minste 208 dagen tellen.
Het pensioenbedrag dat je echt in handen krijgt
Het pensioenbedrag dat de Federale Pensioendienst je meldt, is bruto, dus niet het bedrag dat je echt in handen krijgt. Wat gaat daar eventueel van af?
- Een sociale bijdrage, dus voor de ziekte- en invaliditeitsverzekering. Die bedraagt in veel gevallen 3,55 %.
- Een solidariteitsbijdrage, die niet meer of niet minder dan een extra sociale bijdrage is. Die schommelt tussen 0 % en 2 %. Let wel: daarbij wordt gekeken naar het totaal van al je inkomsten uit pensioenen, dus zowel je wettelijk pensioen als je aanvullend pensioen (je groepsverzekering bijvoorbeeld.
- Een bedrijfsvoorheffing, als voorschot voor de fiscus. De inhouding stijgt naarmate het pensioen hoger ligt.
De Federale Pensioendienst zal je het exacte nettobedrag uiterlijk meedelen in de loop van de maand waarin je voor de eerste keer je pensioen zult ontvangen.
Let wel: als je ook andere inkomsten hebt, bijvoorbeeld omdat je een tweede woning bezit, is de kans groot dat die voorheffing niet volstaat en dat je zult moeten bijpassen wanneer de fiscus de eindafrekening maakt en je je aanslagbiljet krijgt.
Wanneer je op de wettelijke pensioenleeftijd met pensioen wilt gaan en werkt als werknemer of als zelfstandige, moet je zelf niets doen. Zodra het moment nadert, zal de Federale Pensioendienst contact met je nemen en zal je laten weten op hoeveel het brutobedrag van je pensioen neerkomt.
Als je daarentegen voor een vervroegd pensioen kiest of als je ambtenaar bent, zul je dat wel zelf moeten aanvragen, tussen 12 maanden en 1 maand vóór de geplande datum. Je kunt dat online via MyPension.be of via www.pensioenaanvraag.be. Maar je kunt je ook wenden tot je gemeente van je hoofdverblijfplaats, de Federale Pensioendienst of een Pensioenpunt.
Wanneer de Federale Pensioendienst je pensioen meedeelt, ga dan zeker na of je in het detail van de berekening alle periodes terugvindt die moeten meetellen. Laat anders zo snel mogelijk aan je dossierbeheerder weten dat er iets mis is. Je kunt desnoods een klacht indienen bij de Federale Pensioendienst. En als je geen genoegen neemt met de beslissing van die instantie, heb je drie maanden om een verzoekschrift te sturen naar de arbeidsrechtbank als het gaat om een pensioen in de privésector en de rechtbank van eerste aanleg voor een ambtenarenpensioen.