Een medische ingreep? Vraag informatie!


Artsen worden verondersteld alle nuttige informatie over de door hen voorgestelde onderzoeken en behandelingen spontaan te verstrekken. Maar niet alle dokters zijn daar even goed in. In zo’n geval is het verstandig om vragen te stellen.
Onderzoeken
Wanneer men naar de dokter gaat met een bepaalde klacht, dan probeert de arts dit te interpreteren: wat kan de klacht betekenen? Is het ernstig of niet? Past de klacht binnen een bepaalde ziekte?
Meestal zal de arts beginnen met een gewoon "lichamelijk" onderzoek. Vaak volstaat dat om een diagnose te stellen. In andere gevallen echter kunnen bijkomende onderzoeken nodig zijn.
Vraag de arts waarom hij een bepaald onderzoek nodig acht. Welke diagnose tracht hij te bevestigen of uit te sluiten? Wat is juist de bedoeling van het onderzoek en wat kan ermee worden aangetoond?
Te stellen vragen:
- Waarom heb ik dit onderzoek nodig?
- Wat kan het onderzoek aantonen?
Behandelingen
Ook als het om een behandeling gaat, is het belangrijk te weten waarom de arts die voorstelt: wat hoopt hij met die behandeling te bereiken? Pakt de behandeling de oorzaak aan of is ze alleen gericht tegen de symptomen (bijvoorbeeld pijnbestrijding)? Of gaat het eerder om een preventieve behandeling, met als bedoeling verdere problemen te voorkomen? En waarom juist die behandeling?
Ter illustratie: bij kanker van de dikke darm zijn verschillende behandelingen mogelijk, afhankelijk van het stadium van de kanker. Wanneer die nog niet is uitgezaaid, kan men de tumor wegnemen met een operatie en hopen op volledige genezing. Sommige patiënten krijgen bijkomend nog chemotherapie om de genezingskans te verhogen. Maar chemotherapie wordt ook toegepast in gevallen waar een levensreddende operatie niet meer mogelijk is, om bepaalde symptomen te verlichten.
Te stellen vragen:
- Waarom heb ik deze behandeling nodig?
- Wat is juist het doel van de behandeling?
Onderzoeken
Wanneer men naar de dokter gaat met een bepaalde klacht, dan probeert de arts dit te interpreteren: wat kan de klacht betekenen? Is het ernstig of niet? Past de klacht binnen een bepaalde ziekte?
Meestal zal de arts beginnen met een gewoon "lichamelijk" onderzoek. Vaak volstaat dat om een diagnose te stellen. In andere gevallen echter kunnen bijkomende onderzoeken nodig zijn.
Vraag de arts waarom hij een bepaald onderzoek nodig acht. Welke diagnose tracht hij te bevestigen of uit te sluiten? Wat is juist de bedoeling van het onderzoek en wat kan ermee worden aangetoond?
Te stellen vragen:
- Waarom heb ik dit onderzoek nodig?
- Wat kan het onderzoek aantonen?
Behandelingen
Ook als het om een behandeling gaat, is het belangrijk te weten waarom de arts die voorstelt: wat hoopt hij met die behandeling te bereiken? Pakt de behandeling de oorzaak aan of is ze alleen gericht tegen de symptomen (bijvoorbeeld pijnbestrijding)? Of gaat het eerder om een preventieve behandeling, met als bedoeling verdere problemen te voorkomen? En waarom juist die behandeling?
Ter illustratie: bij kanker van de dikke darm zijn verschillende behandelingen mogelijk, afhankelijk van het stadium van de kanker. Wanneer die nog niet is uitgezaaid, kan men de tumor wegnemen met een operatie en hopen op volledige genezing. Sommige patiënten krijgen bijkomend nog chemotherapie om de genezingskans te verhogen. Maar chemotherapie wordt ook toegepast in gevallen waar een levensreddende operatie niet meer mogelijk is, om bepaalde symptomen te verlichten.
Te stellen vragen:
- Waarom heb ik deze behandeling nodig?
- Wat is juist het doel van de behandeling?
Voor sommige onderzoeken is het duidelijk wat er zal gebeuren. De meeste mensen weten wel wat een bloedname inhoudt, bijvoorbeeld. Voor andere onderzoeken is dat veel minder het geval. Weinig mensen weten bijvoorbeeld wat een "transoesofageale cardiale echografie" betekent.
Verschillende zaken kunnen hier belangrijk zijn.
- In de eerste plaats vraagt men zich natuurlijk gewoon af wat er zal gebeuren. Bij een operatie bijvoorbeeld wil men graag weten of er iets zal worden weggenomen, wat hiervan de impact is op het lichaam, waar en hoe er zal worden gesneden …
Ter illustratie: sommige ingrepen, zoals het wegnemen van de appendix of de galblaas, gebeurden vroeger systematisch via grote incisies in de buikwand. Tegenwoordig kan dat heel vaak via enkele kleine insnijdingen, met behulp van een kijkbuis en kleine instrumenten. Het voordeel is dat er achteraf geen groot litteken is. Ook het herstel na de operatie verloopt vaak sneller dan na een klassieke operatie.
- Ook bij sommige onderzoeken is het nuttig te weten wat er u te wachten staat. Men wil ook weten of de geplande interventie pijnlijk kan zijn of heel vervelend om te ondergaan.
-
Sommige onderzoeken of behandelingen zijn zo pijnlijk of lastig dat het nodig is de patiënt te verdoven.
Er bestaan verschillende soorten verdoving. Bij een algemene verdoving bent u ingeslapen. Bij een regionale of lokale verdoving is alleen een deel van het lichaam verdoofd en blijft u bij bewustzijn. Elke vorm van verdoving heeft zijn eigen voor- en nadelen en zijn eigen risico's. In een aantal gevallen kan de persoonlijke voorkeur van de patiënt meebepalen voor welke verdoving men kiest.
Ter illustratie: bij een kijkoperatie van de knie is in principe zowel een algemene verdoving als een regionale verdoving mogelijk.
-
Soms vraagt een onderzoek/behandeling een bepaalde voorbereiding.
Ter illustratie: bij een colonoscopie bekijkt men de binnenkant van de darm. Hiervoor moet de darm uiteraard leeg en schoon zijn. Dit vereist het volgen van een aangepast dieet gedurende twee à drie dagen. Vóór het onderzoek moet men dan nog enkele liters van een onsmakelijke laxerende oplossing drinken.
- Ook informatie over een aantal praktisch aspecten kan heel nuttig zijn, zoals:
- hoe lang duurt de voorgestelde interventie?
- moeten er bepaalde medicaties gestopt worden?
- is men naderhand weer snel op de been of is er een langere revalidatieperiode nodig?
Te stellen vragen:
- Wat zal er gebeuren tijdens het onderzoek/de behandeling?
- Is er een verdoving nodig? Welke? Wat zijn de risico's van die verdoving?
- Moet ik me op een of andere manier voorbereiden op de interventie?
Als een onderzoek uitwijst dat men aan de veronderstelde aandoening lijdt, dan spreekt men van een "positief" testresultaat. Blijkt uit het onderzoek dat men de ziekte niet heeft, dan heet de test "negatief".
Maar medische onderzoeken zijn zelden altijd 100% accuraat. Zo kan het gebeuren dat het testresultaat onterecht de indruk wekt dat men de aandoening heeft, terwijl daar in werkelijkheid niets van aan is. De test is dan onterecht verontrustend ("fout positief").
Omgekeerd kan de test ten onrechte geruststellend zijn: het onderzoek wijst uit dat er niets aan de hand is, terwijl men in werkelijkheid wel degelijk de ziekte heeft ("fout negatief").
Bij een fout-positief resultaat zal men worden blootgesteld aan onnodige verdere onderzoeken en/of behandelingen, waarvan men soms schade kan ondervinden.
Bij een fout-negatief resultaat wordt men onterecht gerustgesteld. In een ideale situatie zou elk onderzoek voor 100% betrouwbaar moeten zijn. Helaas is de werkelijkheid anders.
Ter illustratie: screening op borstkanker via mammografie. In België bestaat een algemeen opsporingsprogramma voor borstkanker bij vrouwen tussen 50 en 69 jaar. Alle vrouwen van die leeftijd krijgen een tweejaarlijkse uitnodiging om een radiografie van de borsten te ondergaan. Nu betekent een afwijkende mammografie niet per definitie dat men borstkanker heeft.
Men schat dat gemiddeld 3 tot 7% van de gescreende vrouwen een vals-positief testresultaat heeft. Maar net zoals alle andere vrouwen met een "positief" testresultaat moeten ook zij dan bijkomende onderzoeken ondergaan.
Omgekeerd betekent een "normale" mammografie niet dat men héél zeker geen borstkanker heeft. Niet weinig vrouwen worden dus onterecht gerustgesteld. Dit kan nadelige gevolgen hebben. Het kan onder meer de diagnose vertragen: als er kort na het onderzoek symptomen optreden, zal men misschien geneigd zijn er geen aandacht aan te schenken ("Het zal wel niets zijn, ik ben immers nog maar pas onderzocht…").
Correcte informatie over de graad van betrouwbaarheid van een onderzoek is dus zeker niet overbodig.
Te stellen vraag:
- Wat is de betrouwbaarheid van het onderzoek?
Het is uiteraard de bedoeling dat men "beter" wordt van een behandeling. De behandeling kan gericht zijn op volledige genezing, maar ook gewoon op verlichting van de klachten. Sommige behandelingen hebben als doel nieuwe problemen te voorkomen.
Het zou mooi zijn mochten alle behandelingen altijd bij iedereen succesvol zijn. Dat is echter niet het geval. Een behandeling kan mislukken, niet aanslaan, minder effect hebben dan verhoopt ...
Als een behandeling niet helpt, dan is men wel nutteloos blootgesteld geweest aan de nadelen ervan (bijwerkingen, complicaties, prijskaartje, tijdverlies…).
Het kan dus nuttig zijn een idee te hebben van de slaagkansen van een behandeling.
Van bepaalde behandelingen kent men het slaagpercentage beter dan van andere. Soms bestaan hier cijfers van, soms ook niet. Soms zijn de gegevens niet duidelijk en weet men het niet juist.
Het is hoe dan ook de moeite om de arts te vragen wat men mag verwachten van een bepaalde behandeling.
Ter illustratie: artrose van de knie. Als de arts de plaatsing van een knieprothese voorstelt, is het nuttig te weten of men dan opnieuw goed zal kunnen stappen of zelfs weer aan sport doen. Men moet ook weten of er na de operatie een revalidatieperiode nodig is en hoe lang die dan wel duurt. Het is ook van belang te weten of de resultaten blijvend zijn: hoe lang gaat een knieprothese eigenlijk mee?
Feit is dat het plaatsen van een knieprothese een grote kans van slagen heeft. Ongeveer 90% van de patiënten zijn tevreden over de ingreep (minder pijn, meer beweeglijkheid). Maar er zijn dus toch nog 10% van de mensen die minder tevreden zijn over het resultaat.
De meeste mensen ervaren na 3 maanden nog maar weinig pijn. De meerderheid kan na 6 maanden vlot staan en stappen. Meestal kan men een half uur wandelen zonder pijn en 80% kan trappen doen. Een zekere moeilijkheid blijft echter, vooral bij het buigen van de knie.Ook moet men weten dat een knieprothese kan verslijten of loskomen van het bot. Meestal gaat een knieprothese 10 à 15 jaar of zelfs langer mee. Maar tussen 4 en 9% van de patiënten hebben al binnen de 5 jaar een nieuwe prothese nodig. De plaatsing van de nieuwe prothese is moeilijker en niet altijd succesvol.
Te stellen vragen:
- Wat is de kans op succes van de behandeling?
- Wat mag men juist verwachten van de behandeling?
Bijna alle medische interventies, zowel onderzoeken als behandelingen, hebben als vervelende eigenschap dat ze ook bijwerkingen en complicaties kunnen hebben.
Er zijn de "normale" bijwerkingen, die gewoonweg horen bij de interventie, eerder banaal, maar vaak toch erg vervelend. Het is goed die te kennen, zodat men weet waaraan zich te verwachten.
Ter illustratie: bij een colonoscopie wordt er lucht in de darm geblazen. Lucht in de darmen geeft winderigheid en kan vervelende buikkrampen veroorzaken. Men plant dus beter geen exclusief etentje in een vijfsterrenrestaurant net na een colonoscopie. Die kennis kan ook geruststellend zijn: als men weet dat de krampen een normaal verschijnsel zijn, zal men niet meteen in paniek slaan en denken dat er tijdens het onderzoek iets fout is gelopen.
Soms treden er echter ook complicaties op. Dat zijn nadelen van de interventie die de meeste mensen niet ondervinden, maar een aantal spijtig genoeg wel. Over het algemeen valt het niet te voorspellen wie goed en wie minder goed zal reageren.
Sommige complicaties kunnen gevaarlijk zijn. Andere zijn minder ernstig, maar kunnen toch een grote impact hebben.
Bepaalde interventies zorgen vaker voor complicaties dan andere. Zeker als de ingreep of het onderzoek niet van levensbelang zijn, is het belangrijk te weten hoe groot de kans op complicaties is, alvorens een beslissing te nemen.
Het is ook goed te weten wat de impact is van een bepaalde complicatie. Kan men eraan overlijden? Zijn de gevolgen blijvend? Is er een behandeling nodig? Zal men geneesmiddelen moeten nemen of worden geopereerd?
Ter illustratie: een behandeling voor prostaatkanker leidt niet zelden tot impotentie of urine-incontinentie. Een artroscopie van de knie kan soms een ontsteking van het gewricht veroorzaken. Bij een colonoscopie kan er een perforatie van de darm optreden.
Bepaalde mensen lopen soms een hoger risico dan anderen op specifieke complicaties. Het is dus ook belangrijk om te weten of men zelf al dan niet een grotere kans op complicaties loopt.Ter illustratie: voor vele ingrepen is een algemene verdoving vereist. Dit houdt een aantal risico's in die niet voor iedereen gelijk zijn. Voor mensen met hartproblemen ligt de kans op complicaties van de verdoving (bijvoorbeeld een hartaanval) een stuk hoger.
Te stellen vragen:
- Wat zijn de normale bijwerkingen van het onderzoek/de behandeling?
- Wat zijn de mogelijke complicaties en hoe vaak komen ze voor? Wat kunnen de gevolgen zijn?
- Heb ik een verhoogd risico van complicaties?
Het onderzoek dat de arts voorstelt, is misschien niet het enige mogelijke. Soms zijn er verschillende onderzoekstechnieken. Wel zijn niet alle onderzoekstechnieken even goed. Het meest geschikte onderzoek noemt men de "gouden standaard".
Doorgaans is het dat onderzoek dat de arts voorstelt. Maar een patiënt kan om uiteenlopende redenen soms bezwaren hebben tegen het voorgestelde onderzoek. Soms ook is het onderzoek om medische redenen minder aangewezen voor die specifieke patiënt.
Ter illustratie: bij problemen die te maken hebben met het spijsverteringsstelsel kan het soms nodig zijn een kijkje te nemen in de slokdarm en de maag. Dat gebeurt meestal met een flexibele kijkbuis, de gastroscoop. Er kunnen tegelijk ook weefselstaaltjes worden afgenomen voor verder onderzoek. De keel wordt licht verdoofd met een spray, soms wordt ook een lichte algemene verdoving toegepast. Maar men kan de maag en de slokdarm ook op een andere manier onderzoeken, met name door middel van een radiografie. Hiervoor moet de patiënt eerst bariumpap drinken, een contrastmiddel met een vieze krijtsmaak. Dan kunnen er met röntgenstralen foto's worden gemaakt van de maag en de slokdarm. Voordeel van de radiografie is dat er geen buis door de keel moet worden geduwd en dat verdoving niet nodig is. Nadelen zijn dat men wordt blootgesteld aan straling, dat er tijdens het onderzoek geen weefselstalen kunnen worden afgenomen en - vooral - dat kleine afwijkingen vaker worden gemist en dat men de kleur en het voorkomen van het slijmvlies niet kan beoordelen.
Ook de behandeling die de arts voorstelt, is misschien niet de enige mogelijke. Een bepaalde aandoening kan soms op verschillende manieren worden behandeld. Dikwijls is er één behandeling die duidelijk de beste is, maar soms zijn de verschillende behandelingsmogelijkheden evenwaardig. Elke behandelingsvorm zal weliswaar zijn eigen specifieke voor- en nadelen hebben.
Ter illustratie: prostaatkanker in een vroeg stadium kan op verschillende manieren worden behandeld. De prostaat kan via een operatie worden weggenomen (prostatectomie) of men kan de kankercellen doden door ze te bestralen (radiotherapie).
Bestralen kan men op de klassieke manier (externe radiotherapie), maar ook bestraling van binnenuit is mogelijk (brachytherapie, het inplanten van radioactieve zaadjes in de prostaat). Een andere mogelijkheid bij vroege, nog tot de prostaat beperkte kanker, is niet behandelen maar via regelmatige controles de toestand volgen. Dit heet dan "watchful waiting". Dat kan, omdat niet alle prostaatkankers verder evolueren. Watchful waiting heeft als voordeel dat men de nare bijwerkingen van de actieve behandelingen vermijdt. Nadeel is dat het soms kan gebeuren dat de kanker plots zeer snel gaat evolueren, zodat men er te laat bij is om de patiënt dan nog te genezen. Maar er zijn vandaag geen duidelijke bewijzen dat meteen behandelen globaal gezien meer levens redt dan een afwachtende houding met regelmatige controles. Er is ook geen duidelijke superioriteit aangetoond van de ene behandelingsvorm tegenover de andere. Wel heeft elke techniek eigen specifieke voor- en nadelen. Zo zijn de bijwerkingen en mogelijke complicaties verschillend. Opereren veroorzaakt niet zelden impotentie en urine-incontinentie.
Met interne radiotherapie is dat minder vaak het geval, maar deze behandeling heeft dan weer andere nadelen. Ook externe radiotherapie heeft eigen voor- en nadelen. Het ligt voor de hand dat een patiënt recht heeft op objectieve informatie hierover, omdat zijn persoonlijke voorkeuren een grote rol kunnen spelen bij de keuze van de behandeling.
Te stellen vraag:
- Zijn er alternatieven voor het voorgestelde onderzoek of de voorgestelde behandeling?
Het is niet omdat behandelen kan, dat behandelen altijd noodzakelijk moet. Niet alle aandoeningen zijn levensbedreigend. In een aantal gevallen kan men er dan voor kiezen liever geen behandeling ten gronde te ondergaan en gewoon maatregelen treffen om de symptomen te verlichten. Soms kan men een behandeling ook uitstellen, omdat er geen hoogdringendheid mee gemoeid is.
Soms is behandeling alleen in enkele zeer specifieke gevallen echt medisch noodzakelijk.
Ter illustratie: spataders. In tegenstelling tot wat vele mensen denken en zelfs artsen soms laten uitschijnen, klopt het niet dat spataders altijd moeten worden behandeld om erger te voorkomen. Slechts een minderheid van mensen ontwikkelt uiteindelijk ernstige gezondheidsproblemen door hun spataders. Normaal gezien gaat men van spataders niet dood en men wordt er ook niet ernstig ziek van. In een aantal gevallen echter moet men wel degelijk ingrijpen, bijvoorbeeld als mensen met spataders een wonde ontwikkelen die niet wil genezen ("open been") of als een spatader gaat bloeden. Maar in de meeste gevallen is het dus niet zo dat een behandeling absoluut nodig is om erger te voorkomen. Dat wil zeggen dat wie dat wil er vaak genoegen mee kan nemen de klachten te verlichten met onder meer steunkousen. Nadeel is dan natuurlijk dat de spataders aanwezig blijven, en de meeste mensen vinden spataders lelijk.
Soms is de voorgestelde behandeling in feite niet onmiddellijk nodig en mag men gerust enkele maanden of zelfs jaren wachten.
Ter illustratie: artrose van de knie. In vele gevallen kan men zich lange tijd behelpen met algemene maatregelen, zoals gewicht verliezen, meer lichaamsbeweging en wanneer nodig een pijnstiller. Pas als de pijn te erg wordt ondanks die maatregelen, wordt het plaatsen van een knieprothese echt noodzakelijk.
Ten slotte zijn er ook gevallen waarbij een behandeling vanuit medisch oogpunt nooit echt noodzakelijk is.
Ter illustratie: sommige mensen zijn ontevreden over de vorm van hun neus of de stand van hun oren. Met esthetische chirurgie kan men daar wat aan doen. Bij dergelijke ingrepen, zonder enige medische noodzaak, is een goed afwegen van de voordelen van de ingreep ten opzichte van de risico's natuurlijk zeer belangrijk.
Te stellen vragen:
- Is de voorgestelde behandeling medisch echt noodzakelijk?
- Kan de behandeling eventueel tot later worden uitgesteld?
Het is niet omdat een arts een onderzoek of een behandeling voorstelt, dat u de interventie noodzakelijk moet ondergaan. Het blijft uiteindelijk uw keuze. Maar om met kennis van zaken te kunnen beslissen, moet u natuurlijk weten wat de gevolgen kunnen zijn mocht u aan de interventie verzaken.
Welke mogelijke diagnose wordt er eventueel gemist als men het onderzoek niet ondergaat? En welke misschien noodzakelijke behandeling ontzegt men zich hierdoor?
Wat zou er gebeuren mocht men de voorgestelde behandeling weigeren? Zal de toestand verslechteren? In welke mate? Hoe snel?
Ter illustratie: bij lage rugpijn stellen artsen soms snel een radiografie van de wervelkolom voor. Men weet echter uit studies dat dit onderzoek in de regel niet bijdraagt tot een betere diagnose noch tot een betere behandeling. Het weigeren van het onderzoek zou dus geen verstrekkende gevolgen hebben. Als men echter bij mogelijke symptomen van darmkanker een onderzoek weigert, dan ligt dat heel anders. Ander voorbeeld: bij ischias te wijten aan een hernia (pijn die uitstraalt in het been door uitstulping van een tussenwervelschijf) stelt men soms een operatie voor als de pijn na een aantal weken nog aanwezig is. Maar uit studies blijkt dat men in vele gevallen de operatieve ingreep veel langer kan uitstellen zonder nadelige gevolgen. Dikwijls zal de ischias dan uiteindelijk toch vanzelf verdwijnen. Gebeurt dat niet, dan kan men nog altijd de operatie doorvoeren.
Te stellen vraag:
- Wat kunnen de gevolgen zijn mocht ik ervoor kiezen het onderzoek of de behandeling niet te ondergaan?
Wanneer men een arts raadpleegt, krijgt men vaak veel informatie te verwerken in een korte tijdspanne. Het kan nuttig zijn om al die informatie achteraf thuis nog eens te bekijken om ze te laten bezinken en erover na te denken. Sommige artsen of ziekenhuizen beschikken over patiëntenfolders met informatie over bepaalde onderzoeken en behandelingen.Ziekenhuizen hebben vaak een eigen website, waarop soms nuttige informatie te vinden is. Ook individuele artsen hebben soms een eigen website. Soms kan de arts ook een website aanbevelen met betrouwbare informatie over de besproken interventie.
Te stellen vragen:
- Hebt u een brochure met informatie over het onderzoek of de behandeling?
- Hebt u een website waarop ik informatie kan vinden?
- Kan u mij een website aanbevelen met betrouwbare informatie?
Om onaangename verrassingen te vermijden, is het beter op voorhand een idee te hebben van hoeveel alles ongeveer zal kosten. U mag de arts daar gerust informatie over vragen. Ook zelf elders informatie inwinnen, kan nuttig zijn.
- Sommige recente technieken worden (nog) niet terugbetaald, bepaalde materialen gebruikt tijdens de ingreep kunnen ten laste zijn van de patiënt, sommige onderzoeken worden alleen onder strikte voorwaarden terugbetaald … Dat weet men beter op voorhand. Informatie over de kosten kan men ook vinden op de websites van een aantal ziekenhuizen en op de websites van de ziekenfondsen. Het zogenaamde "opnamedocument" geeft eveneens informatie: sinds 1 september 2004 is elk ziekenhuis verplicht de patiënt ten laatste de dag van de opname een document voor te leggen met informatie over de kosten.
- Vergeet niet dat er naast de kosten van het onderzoek of de behandeling zelf, er bij een ziekenhuisopname nog andere kosten bijkomen. Informatie over de tarieven in de ziekenhuizen vindt u in Test Gezondheid 102.
- Ook informatie inwinnen over het ereloon van de artsen kan nuttig zijn. Achtergrondinformatie hierover vindt u in Test Gezondheid 84.
- Actuele informatie over de tarieven voor raadplegingen vindt u op onze website.
Te stellen vraag:
- Wat zal de voorgestelde interventie mij kosten ?