Wat te doen bij stormschade of na een andere natuurramp

Als het noodweer toeslaat
Elk jaar slaat het noodweer ergens toe.
In dit artikel vind je meer over:
1. de meest voorkomende natuurrampen
2. de verzekering in geval van schade aan de woning
3. de verzekering in geval van schade aan de auto
4. wat je moet doen in geval door storm, hagel, overstroming.
Wat zijn de meest voorkomende natuurrampen?
De natuur gaat soms lelijk te keer. Met zware schade aan je woning of je auto.
Is schade door een natuurramp verzekerd?
Gelukkig hoeft er geen sprake te zijn van een officieel erkende ramp om aanspraak te kunnen maken op een vergoeding. Of toch niet voor je woning, want dan zal de meeste schade die door noodweer wordt veroorzaakt, niet worden vergoed door de overheid van je woonplaats, maar door de woningverzekeraars. Wanneer je woning schade lijdt door noodweer, is het dus maar te hopen dat je een woningverzekering hebt, want dat is niet altijd verplicht.
Voor de schade aan de auto ligt dat anders.
Is mijn auto verzekerd bij een natuurramp?
Als je auto schade heeft opgelopen door storm, hagel of een overstroming, ben je zonder enige twijfel het best af als je over een omniumverzekering beschikt. Maar in dat geval bestaat ook de kans dat het gewest (Vlaams Rampenfonds, Brussels Hoofdstedelijk Gewest of Waals Gewest) je zal helpen. Daarvoor moet de ramp wel officieel zijn erkend.
Wat moet ik doen bij schade door storm, hagel, overstroming?
- tot wie je je kunt wenden voor een vergoeding in geval van schade aan je woning;
- tot wie je je kunt wenden voor een vergoeding in geval van schade aan je auto;
- hoe je de schade moet aangeven;
- het eerste waar je in geval van schade aan moet denken en hoe je een stevig dossier kunt voorbereiden;
- hoe de schade zal worden vergoed.
En schade als gevolg van droogte?
Ook droogte kan schade veroorzaken aan je woning. Een grondverzakking als gevolg van grote droogte kan leiden tot barsten, scheuren of muren die van elkaar loskomen. Soms kan een woning daardoor onbewoonbaar worden. Gelukkig kun je voor dergelijke schade voortaan een schadevergoeding vragen aan je verzekeraar.
De woningverzekeraars zijn sinds 2006 verplicht om schade te vergoeden die aan je woning wordt veroorzaakt door een overstroming, een overlopende riolering, een grondverzakking, aardbeving of vloedgolf. Schade die het gevolg is van storm, hagel, sneeuw en bliksem wordt al veel langer langs die weg verzekerd. De officiële erkenning als “natuurramp” is voor de verzekeraar van geen enkele tel.
Het is de woningverzekeraar die je kan helpen
De wetgever legt de woningverzekeraars een minimale dekking op bij schade aan de woning door een natuurramp. Maar het staat elke verzekeraar vrij om beter te doen. De ene woningpolis dekt in de praktijk dan ook meer dan de andere.
Wanneer een verzekeraar slechts bereid is om je de voorwaarden aan te bieden die door het zogenoemde Tariferingsbureau zijn uitgewerkt, is de dekking beperkt tot het wettelijke minimum, zonder ook maar iets méér. Aarzel in dat geval niet om het bij de concurrentie te proberen. Het is immers niet zeker dat je bij elke andere verzekeraar hetzelfde zult voorhebben. De verzekeraar in kwestie is overigens verplicht om je er in zijn aanbod uitdrukkelijk op te wijzen dat je die voorwaarden mag weigeren en een andere verzekeraar mag contacteren.
De overgrote meerderheid van de verzekeringscontracten bevat echter een betere dekking dan het wettelijke minimum.
Slechts weinig gevaren zijn uitgesloten
De woningverzekering biedt dekking voor de meeste gevaren die onder de noemer “natuurramp” vallen. Volgens de wet mag de dekking slechts uitzonderlijk worden uitgesloten. De verzekeraars zijn onder meer niet verplicht om je te vergoeden:
- bij een aardbeving van minder dan 4 op de schaal van Richter;
- bij diefstal of vandalisme na een ramp. Dat is bv. het geval als dieven je beschadigde woning zijn binnengedrongen terwijl je elders moest logeren omdat je woning alleen voorlopig was afgedicht met een zeil, en dat zelfs als je een extra premie betaalt voor de optionele diefstaldekking).
Het is wel uitkijken voor goederen die zijn uitgesloten
De wettelijke minimumdekking beperkt behoorlijk de soort goederen die onder de verzekering vallen. Dus als voor jou de voorwaarden van toepassing zijn van het Tariferingsbureau, ben je onder meer niet verzekerd voor de schade berokkend aan:
- auto’s, motoren, boten of jetski’s;
- losstaand tuinmeubilair en luxegoederen als zwembaden en tennisterreinen;
- tuinen, aanplantingen, afsluitingen en hagen, tuinhuisjes en wat zich erin bevindt, terrassen, en alle goederen die zich in een overstroomde kelder op minder dan 10 cm van de grond bevinden (behalve verwarmingsinstallaties e.d.) mits die kelder niet als woonruimte was ingericht.
In de praktijk zijn onder meer tuinhuisjes en de aanplantingen in de tuin in de meeste verzekeringscontracten wel gedekt.
De schade die werd veroorzaakt om mensen of zaken te redden of te beschermen, wordt altijd vergoed. Dus als bv. je deur werd ingetrapt om je uit je huis te evacueren, ben je daar via je woningpolis sowieso voor verzekerd.
Vergeet niet dat als je woning onbewoonbaar is geworden, de kosten voor een alternatief verblijf, bv. in een hotel of in een andere woning die je huurt, meetellen als schade waarvoor je bij de verzekeraar kunt aankloppen.
De ligging van de woning kan je parten spelen
Als je woning zich bevindt in een gebied waar het overstromingsrisico volgens de verzekeraar groot is, zal hij slechts bereid zijn om je de voorwaarden aan te bieden van het Tariferingsbureau, het wettelijke minimum dus.
Maar er is nog een gradatie erger: het kan ook zijn dat je woont in een gebied dat officieel werd erkend een risicozone voor overstroming te zijn. De overheid is in 2007 begonnen met het in kaart brengen van die zones. De rechtstreekse implicatie daarvan is dat de waarborg voor overstroming of voor schade door het overlopen of opstuwen van de openbare riolen dan uit de wettelijke minimumdekking voor natuurrampen werd gehaald (voor de andere vormen van natuurrampen blijft de dekking wel gelden).
In de praktijk valt je woning echter alleen uit de boot als ze werd gebouwd of uitgebreid toen al meer dan anderhalf jaar was verstreken nadat de plaats officieel als risicogebied werd bestempeld. Anders gezegd, zolang je niet onder die uitzondering valt, zit je op safe ook al woon je in een risicozone: je woningverzekeraar is verplicht om je woning tegen overstroming te verzekeren, hij moet op z’n minst de voorwaarden van het Tariferingsbureau aanbieden.
Let wel: een “risicozone voor overstroming” is niet hetzelfde als een “overstromingsgevoelig gebied”. De overstromingsgevoelige gebieden zijn groter dan de echte risicozones, het is dus niet omdat je in een overstromingsgevoelig gebied woont dat je woning per definitie ook in een risicozone gelegen is. Het concept van de overstromingsgevoelige gebieden werd in een andere context in het leven geroepen. In Vlaanderen bv. werd daar een informatieplicht aan gekoppeld voor wie er vastgoed wil verkopen, zodat de koper weet welk risico hij loopt.
Het gewest helpt alleen leefloners
Wanneer je geen woningverzekering hebt, zul je slechts uitzonderlijk elders kunnen aankloppen. Vroeger was er het Belgische Rampenfonds, maar dat bestaat niet meer. Nu zal de hulp van het gewest moeten komen.
Je kunt daar voor schade aan je woning echter alleen terecht als je op het ogenblik van de ramp recht had op een leefloon of een soortgelijke uitkering.
Bovendien moet het schadefeit officieel als algemene ramp zijn erkend. Dat is een beslissing van de gewestelijke regering, na advies van het KMI. Pas na publicatie in het Belgisch Staatsblad is er officieel sprake van een erkende ramp.
Het gewest zal ook geen schade vergoeden aan een leefloner die over een woningverzekering beschikt, ook al weigert de verzekeraar om een of andere reden om tussen te komen.
Verblijfskosten die je hebt moeten maken omdat je woning onbewoonbaar is geworden, worden nooit terugbetaald.
Of kun je iemand anders laten opdraaien?
Als je bot vangt bij je eigen verzekeraar én bij het gewest, rest je eventueel nog één uitweg om je schade vergoed te krijgen. In sommige zeldzame gevallen kun je namelijk de kosten op een ander verhalen. Als de storm bij het huis van je buur de pannen van het dak blaast en die beschadigen jouw veranda, kun je proberen om je buur aansprakelijk te stellen. Je buur kan rekenen op de bescherming van zijn gezinsverzekering als hij die heeft. Je moet dan wel kunnen bewijzen dat het dak gebreken vertoonde. Besef dat de gezinsverzekeraar van je buur kan opwerpen dat het om overmacht ging, bv. omdat de storm dakpannen heeft weggerukt van meerdere woningen in de straat. In dat geval is je buur niet aansprakelijk. In dat geval is het interessant als je een rechtsbijstandsverzekering hebt (bv. als optie bij je gezinsverzekering), want dan kan je verzekeraar jouw belangen verdedigen tegenover de gezinsverzekeraar van je buur.
Als je auto schade heeft opgelopen door een natuurramp, gelden andere regels dan voor je woning. In sommige gevallen zul je namelijk bij het gewest kunnen aankloppen, ook al ben je geen leefloner. Maar het moet gezegd dat een omniumverzekering de beste bescherming biedt.
Je woningverzekering
Auto’s worden in de regel niet verzekerd in een woningpolis.
Maar sommige woningverzekeraars bieden, tegen betaling van een extra premie, dekking voor wat heet “gestalde voertuigen”. Dat zijn auto’s, bromfietsen, caravans of boten die zich in je woning bevinden of in de onmiddellijke omgeving ervan, dus bv. onder een carport of in de straat. Kijk dus na of je voor die dekking hebt bijbetaald, en zo ja, dan kun je de schade die de natuurkrachten aan je auto hebben toegebracht, via je woningverzekeraar laten vergoeden.
Je gewone autoverzekering
Als de schade aan je auto niet wordt gedekt door je woningverzekering, zul je ook bij je gewone autoverzekering (“burgerlijke aansprakelijkheid”) niet aan je trekken komen, of soms hooguit voor de sleepkosten voor je beschadigde auto.
Je omniumverzekering
Alle andere schade dan de sleepkosten wordt alleen vergoed als je een kleine of een grote omnium hebt want dan heb je een waarborg voor natuurkrachten. Het heeft geen enkel belang of de gebeurtenis al dan niet officieel werd erkend als ramp.
Als je auto schade opliep terwijl hij ergens geparkeerd stond, is de dekking van de omnium doorgaans zeer ruim.
Voor schade onderweg moet je er rekening mee houden dat vele kleine omniumcontracten alleen de rechtstreekse schade door natuurkrachten dekken. Als je auto tijdens het rijden dus bv. wordt geraakt door een tak die van een boom valt en je verliest daardoor de controle over het stuur, is de kans reëel dat de schade die louter werd veroorzaakt doordat je tegen een paal bent beland, niet wordt vergoed.
Het takelen van je beschadigde auto is doorgaans gedekt in je omniumverzekering.
In sommige omniumpolissen wordt voor een bepaalde tijd een vervangwagen aangeboden als die van jou onbruikbaar is door een natuurramp. Vaak heb je daar wel alleen recht op als je je auto laat herstellen in een door de verzekeraar erkende garage.
Voor welke omniumformule opteren?
Het gewest
Als je niet door je woning- of autoverzekeraar kunt worden vergoed, kun je bij het gewest aankloppen als je auto bv. onderweg of op straat beschadigd is geraakt, maar niet als hij in een garage of onder een carport stond. Anders dan voor de schade aan je woning speelt het criterium van leefloon niet.
Uiteraard moet het schadefeit wel eerst als algemene ramp worden erkend.
Verder zijn er serieuze beperkingen. Puur visuele schade (bv. blutsen door hagel) wordt niet vergoed. In Brussel en Wallonië wordt evenmin een vergoeding toegekend als de auto nog geen vijf jaar oud is.
Of kun je iemand anders laten opdraaien?
Als je bot vangt bij je eigen verzekeraar én bij het gewest, rest je eventueel nog één uitweg om uw schade vergoed te krijgen. In sommige zeldzame gevallen kun je namelijk de kosten op een ander verhalen. Als de storm bij het huis van je buur de pannen van het dak blaast en die beschadigen je auto, kun je proberen om je buur aansprakelijk te stellen. Dit is hetzelfde verhaal als bij schade aan je woning: zie aldaar.
De aangifte bij je verzekeraar
Als je je tot je woning- of autoverzekeraar kunt wenden, moet je hem het schadegeval zo snel mogelijk melden, zodat hij een dossier opent. Het bewijs van de schade moet je pas later leveren.
Verzekeraars stellen aangifteformulieren, webpagina’s en apps ter beschikking, maar een schadegeval mag je ook via telefoon of mail melden. Je eventuele makelaar of agent is er om je te helpen. Volgens de wet moet die aangifte “zodra mogelijk” gebeuren en uiterlijk binnen de termijn vastgelegd in het contract (doorgaans is dat enkele dagen). Maar de wet verbiedt de verzekeraar om te beweren dat je aangifte te laat was als de melding zo spoedig als redelijkerwijze mogelijk is gebeurd, anders gezegd er bestaat een zekere tolerantie op dat vlak.
De melding bij de gemeente
Ook al heb je er persoonlijk geen financieel voordeel bij, geef gevolg aan de oproep van je gemeente om haar de schade snel te melden. Je gemeente vraagt dat om zicht te krijgen op de schade op haar grondgebied en om die informatie door te geven in het kader van de erkenningsprocedure voor natuurrampen. Als je gemeente weet heeft van je schade, verhoogt de kans dat de ramp officieel wordt erkend en dat het gewest bepaalde schade zal vergoeden.
De aangifte bij het gewest
Als alleen het gewest kan tussenkomen, wacht dan met de aanvraag van een vergoeding tot de erkenning als ramp in het Belgisch Staatsblad is verschenen. Je hebt tijd tot de laatste dag van de derde maand die volgt op de maand van de publicatie. Een aanvraag die te vroeg wordt ingediend, is ongeldig! Als er aanvraagformulieren te vinden zijn op de website van het gewest waar de ramp zich heeft voorgedaan, moet je die gebruiken. De gemeentes hebben ervaring met dergelijke aanvragen en hebben ook als taak om je te helpen bij het invullen van de formulieren.
Wij hebben enkele gouden tips voor je wanneer je het slachtoffer bent van schade door een natuurramp aan je woning.
Schiet meteen in actie
- Meld het schadegeval zo snel mogelijk aan je verzekeraar.
- Probeer te voorkomen dat de schade erger wordt. Schakel na een overstroming bv. je verwarming of de elektriciteit niet opnieuw aan als ze zijn aangetast door vochtigheid, laat dat aan een vakman over. Breng elektrische apparaten naar een droge ruimte en zet ze niet onder stroom. Probeer geen wagen te starten die diep in het water heeft gestaan.
- Maak foto’s van de schade aan het gebouw en aan de inboedel. Doe dat bij een overstroming indien mogelijk reeds wanneer het water nog in huis staat en ook vóór noodreparaties worden uitgevoerd.
- Gooi beschadigde spullen niet meteen weg, tenzij het om bederfelijke waren gaat zoals wat in je diepvriezer stak (maak daar wel foto’s van). Zo kan een expert ze eventueel nog bekijken en bewijs je je schade.
- Als je de woning huurt, breng dan de verhuurder snel op de hoogte. Het is immers zijn verzekering die de schade aan het gebouw kan vergoeden (bv. de vloeren, de muren, de elektriciteits- en verwarmingsinstallaties).
Zoek hulp
- Als je contract bij wijze van extra waarborg bijstand biedt in bepaalde noodsituaties, kun je naar een noodnummer bellen en de verzekeraar vragen om iemand te sturen om je te helpen. Langs die weg kan de verzekeraar indien nodig onder meer in jouw plaats een alternatief verblijf zoeken als je woning onbewoonbaar is geworden.
- Vergeet niet dat de brandweer met noodreparaties helpt, bv. na een storm.
- Laat de geteisterde vertrekken opruimen en schoonmaken of doe het zelf. De verzekering dekt ook de kosten daarvan, dus hou bij welke uitgaven je doet en hoeveel tijd eraan werd besteed.
- Als de schade vermoedelijk ten minste rond de € 10 000 zal draaien, doe dan een beroep op een eigen expert, een “tegenexpert” zoals men zegt, om je te helpen met de schadeclaim. Je zult zijn ereloon immers gewoonlijk via de woningverzekering grotendeels terugbetaald krijgen of je zult het terugverdienen doordat je dankzij hem een hogere schadevergoeding verkrijgt.
Let wel: dat geldt niet voor alle verzekeringscontracten. Er zijn polissen die op dat aspect slecht scoren omdat de verzekeraar pas vanaf een later stadium dekking biedt voor het ereloon van een tegenexpert, meer bepaald wanneer blijkt dat hij je er niet van heeft kunnen overtuigen om in te stemmen met zijn aanbod voor de schadevergoeding en je om die reden een eigen expert in de arm neemt. Hou er rekening mee dat wanneer je bij het gewest terechtkunt, de kosten van een tegenexpert in Vlaanderen niet worden vergoed, en in Brussel en Wallonië slechts volgens lage officiële tarieven. Mocht je in je woningpolis een extra premie hebben betaald voor rechtsbijstand, dan moet je nooit aarzelen om een tegenexpert te nemen want dan krijg je zijn ereloon hoe dan ook langs die weg terugbetaald.
Bereid een stevig dossier voor als je geen eigen expert hebt die je helpt
- Maak een lijst op van al wat beschadigd is, en voeg daar zoveel mogelijk berekeningen en details aan toe.
- Zoek zoveel mogelijk bewijsstukken van de beschadigde goederen, bv. aankoopfacturen, vroegere foto’s en foto’s van na het noodweer, inventaris van een erfenis.
- Als voor een beschadigd voorwerp bewijsstukken onvindbaar zijn, geef dan een korte beschrijving en noteer ook het vermoedelijke aankoopjaar.
- Vraag offertes aan vaklui en zoek op internet wat de vervangende aankopen je kunnen kosten.
Help de gemeente
Ook al heb je er persoonlijk geen financieel voordeel bij, geef gevolg aan de oproep van je gemeente om haar de schade snel te melden. Je gemeente vraagt dat om zicht te krijgen op de schade op haar grondgebied en om die informatie door te geven in het kader van de erkenningsprocedure voor natuurrampen. Als je gemeente weet heeft van je schade, verhoogt de kans dat de ramp officieel wordt erkend en dat het gewest bepaalde schade zal vergoeden.
Als de expert van de verzekeraar langskomt
- Soms komt de expert van de verzekeraar al een eerste keer langs om je raad te geven over hoe de schade kan worden beperkt. Laat hem alles op papier zetten zodat je het advies zo goed mogelijk kunt opvolgen.
- Laat het bezoek van de expert om de schade te komen ramen, niet te snel inplannen. Want sommige schade duikt met vertraging op, bv. als houtwerk lang in het water heeft gestaan of als de chape onder een tegelvloer is weggespoeld.
- Neem de tijd om, vóór de expert bij je aan huis komt, een blik te werpen op je polis en probeer uit te zoeken waar je recht op hebt. Ook al is dat niet altijd een makkelijke klus.
- Antwoord correct op alle vragen die de expert stelt wanneer hij de schade komt ramen. Het is beter om te zeggen dat je je iets niet meer herinnert dan dat je zo maar wat verzint. En beperk je liefst tot antwoorden op de vragen. Teken niets waarmee je niet akkoord gaat of wanneer je je onder druk gezet voelt. Vraag eventueel bedenktijd.
Een privéverzekeraar kan de schade laten ramen door een eigen expert die hij bij jou laat langskomen. Maar soms baseert hij zich gewoon op de bevindingen van je makelaar of verzekeringsagent. Het gewest verlaat zich sowieso op een eigen expert.
Wanneer na het bezoek van de expert nog schade opduikt die te wijten is aan de ramp, kun je die bij een privéverzekeraar nog altijd aangeven (weet wel dat de verzekeraar dan méér zal eisen dat je het verband met het natuurgeweld aantoont). Niet zo bij het gewest: wat je niet meteen bij de aangifte hebt vermeld, wordt in dat geval sowieso niet vergoed.
De vergoeding via je woningverzekeraar
In de woningverzekering heb je voor de schade aan je gebouw volgens de meeste contracten recht op de nieuwwaarde. Dat is het bedrag nodig om de woning te herstellen of opnieuw te bouwen (tegen de prijzen van vandaag de dag).
Ook voor je meubels en overige inboedel wordt de vergoeding meestal berekend tegen de nieuwwaarde, contractuele uitzonderingen daargelaten (vaak elektrische toestellen als wasmachine en droogkast, kunstvoorwerpen en kleding). Voor elektrische toestellen is de regel vaak dat je een nieuw toestel krijgt met soortgelijke prestaties, ongeacht de leeftijd van het beschadigde toestel. In sommige contracten neemt de vergoeding af met de leeftijd (vaak na 5 à 7 jaar een waardevermindering van 5 tot 10 % per jaar) of gelden beperkingen (bv. een lagere vergoeding voor tuin- en doe-het-zelfmateriaal).
Wanneer je de schade aan je woning niet laat herstellen of geen andere woning koopt ter vervanging, moet je als eigenaar volgens de wet slechts voor 80 % worden vergoed. Hetzelfde geldt voor de beschadigde inboedel. De meeste verzekeraars doen echter beter dan dat en geven je het volle pond.
Net als voor de andere dekkingen van je woningverzekering wordt eventueel een franchise in mindering gebracht, d.w.z. dat een bepaald deel van de schade sowieso voor jouw rekening blijft. In de meeste contracten is voor alle soorten dekking één en hetzelfde bedrag van toepassing (vaak € 250 à € 300, maar € 1 300 indien voor natuurrampen slechts de dekking van het Tariferingsbureau geldt). Als bij een overstroming het waterniveau zakt tot zijn normale niveau maar er binnen zeven dagen opnieuw een overstroming volgt, wordt de eventuele franchise slechts één keer toegepast. Idem dito bij opeenvolgende aardbevingen binnen een tijdspanne van drie dagen.
Let wel: als de schade buitengewoon groot is, mag de verzekeraar zijn tussenkomst beperken indien de vergoedingen voor al zijn verzekerden samen een bepaald plafond bereiken dat op dat ogenblik op basis van een wettelijke formule wordt berekend. In dat geval zullen al zijn verzekerden in gelijke mate moeten inleveren. Het gewest kan in dat geval het verschil bijpassen. Maar dat heeft zich in ons land tot nog toe nog nooit voorgedaan.
De vergoeding via je omniumverzekeraar
In de omniumverzekering wordt doorgaans geen franchise toegepast voor schade aan de auto door natuurkrachten. Maar de berekening van de schadevergoeding is wel minder voordelig dan voor je woning.
Wanneer een auto total loss is, wordt ofwel de marktwaarde van de wagen vergoed ofwel de aangenomen waarde, dat hangt af van je contract. De marktwaarde wordt bepaald door de expert van je verzekeringsmaatschappij en ligt lager dan de prijs die je voor een vergelijkbare nieuwe auto betaalt. Contracten die uitgaan van de aangenomen waarde, zijn voordeliger. Dan neemt men de basiswaarde van de auto, hetzij de cataloguswaarde bij aankoop hetzij de werkelijk betaalde prijs, en trekt daar een percentage van af voor de afschrijving volgens de ouderdom van de auto. Dat percentage bedraagt in het begin 0 % en stijgt mettertijd. Hoe langer de verzekeraar 100 % vergoedt, hoe beter uiteraard.
In een omnium is de btw niet altijd verschuldigd. Het contract bepaalt in welke mate en onder welke voorwaarden de taksen worden vergoed.
De vergoeding via het gewest
Wanneer het gewest tussenkomt, zit het iets ingewikkelder in elkaar. De vergoeding die de expert vooropstelt, is een brutobedrag waarop bepaalde beperkingen worden toegepast.
Ten eerste is er een franchise: € 500 in Vlaanderen, € 250 in Brussel en Wallonië. Anders dan de bedragen die we hierna vermelden, worden die franchises niet elk jaar geïndexeerd.
Vervolgens is er slechts een gedeeltelijke vergoeding zodra de totale schade boven bepaalde bedragen uitkomt. In Vlaanderen is dat momenteel vanaf € 2 500, in Brussel vanaf € 250 en in Wallonië vanaf € 10 000.
Tot slot wordt voor de vergoeding altijd een maximum gehanteerd. Zo kun je voor een auto in Vlaanderen en Brussel nooit méér krijgen dan € 12 000, terwijl het maximum in Wallonië varieert volgens het vermogen van de motor, met een absoluut maximum van € 13 300.
Voor de schade aan je gebouw krijg je niet de nieuwwaarde, want er wordt rekening gehouden met slijtage en met de gemiddelde prijzen in de streek. Ook wordt alleen de strikt rechtstreekse schade vergoed, en bv. niet de schilderwerken aan het gedeelte van een muur meer dan 10 cm hoger dan het hoogste waterniveau.
Schade aan de inboedel wordt in Wallonië vergoed volgens de categorie waaronder het voorwerp thuishoort, bv. € 1 000 voor multimedia-apparatuur en € 900 voor elektrische huishoudapparaten die niet dienen om mee te koken. In Vlaanderen en Brussel daarentegen gelden veel hogere, algemene maxima.