Tot 31 augustus was ik verzekerd via de hospitalisatieverzekering van mijn vorige werkgever. Op 4 september ben ik in dienst getreden bij een nieuwe werkgever, die voor mij een hospitalisatieverzekering bij KBC heeft afgesloten. Ondertussen ben ik gestopt bij die werkgever en zelfstandig aan de slag gegaan. Op het moment dat ik mijn hospitalisatieverzekering verder wilde zetten, werd ik echter geconfronteerd met een probleem in de continuïteit van mijn aansluiting.
KBC weigert mijn verzekering verder te zetten met als reden dat er volgens hen een onderbreking is geweest: mijn vorige verzekering liep af op 31 augustus, terwijl de nieuwe verzekering pas officieel inging op 1 oktober. Na navraag bij mijn vorige werkgever bleek dat de aansluitingsaanvraag correct en tijdig was uitgevoerd. De discontinuïteit is louter het gevolg van een interne policy van KBC, die bepaalt dat wanneer een aansluiting niet op de eerste dag van de maand kan ingaan (in dit geval 3 september), de dekking pas vanaf de eerste dag van de daaropvolgende maand wordt geactiveerd.
Dit betekent concreet dat er een lacune van één maand is ontstaan (september), ondanks dat ik vanaf mijn eerste werkdag bij de nieuwe werkgever recht zou moeten hebben gehad op een hospitalisatieverzekering, zoals expliciet in mijn arbeidscontract vermeld stond. Noch mijn werkgever, noch KBC heeft mij hierover tijdig of correct geïnformeerd. Het gevolg: ik liep een aanzienlijk en onvoorzien risico om gedurende een volledige maand onverzekerd te zijn. Ik hoef u niet uit te leggen wat de gevolgen hadden kunnen zijn mocht ik in die periode in het ziekenhuis opgenomen zijn.
Het probleem is dus niet ontstaan door enige nalatigheid van mijn kant, maar door de manier waarop KBC haar polisvoorwaarden toepast. KBC stelt nu bovendien dat mijn verzekering niet verdergezet kan worden zonder bijkomende medische vragenlijst, met het reële risico dat mijn premie verhoogd wordt of bepaalde waarborgen beperkt worden. Dit is voor mij des te onrechtvaardiger, omdat het precies de strikte toepassing van KBC’s interne regels is die tot de vermeende “onderbreking” heeft geleid.
Ik stel mij bovendien ernstige vragen bij hoeveel werknemers in Vlaanderen met hetzelfde probleem geconfronteerd worden wanneer zij hun tewerkstelling niet op de eerste dag van de maand starten. Zij gaan er, net zoals ik, vanuit dat zij vanaf hun eerste werkdag verzekerd zijn, maar ontdekken mogelijk pas veel later dat er in feite een onverzekerde periode is. Dit ondermijnt het vertrouwen in de bescherming die een hospitalisatieverzekering hoort te bieden.