Meningitis


Meningitis of hersenvliesontsteking wordt bijna altijd veroorzaakt door een virus of een bacterie. De bacteriële vorm komt minder voor dan de virale vorm, maar is veel ernstiger en kan zelfs dodelijk zijn. Raadpleeg bij de eerste symptomen dus meteen een arts.
Meningitis is een ontsteking van de vliezen en het vocht rond de hersenen en ruggenmerg. Jonge kinderen, jongvolwassenen en senioren zijn het meest vatbaar. Meestal wordt meningitis door een virus veroorzaakt. In dat geval is de ziekte in de meeste gevallen vrij onschuldig en geneest ze spontaan zonder behandeling. Maar ook bacteriën kunnen de oorzaak zijn. Dan moeten zo snel mogelijk antibiotica worden toegediend. Die vorm van meningitis is immers heel ernstig, zelfs levensbedreigend, maar gelukkig al bij al vrij zeldzaam. In zeldzame gevallen kan een hersenvliesontsteking ook worden veroorzaakt door een schimmel, een gist, door een andere niet-infectieuze ziekte zoals een tumor of een autoimmuunziekte of door bepaalde geneesmiddelen.
Of het om de virale of bacteriële of een andere vorm gaat, kunt u zelf niet weten. Daarom is het belangrijk om zo snel mogelijk een dokter te raadplegen.
De ziekteverwekker van een bacteriële meningitis is in de overgrote meerderheid van de gevallen een pneumokok (Streptococcus pneumoniae), een meningokok (Neisseria meningitidis) of de Hib-bacterie (Haemophilus influenzae type B).
Ernstige infecties met de Hib-bacterie zijn al geruime tijd zeer zeldzaam, sinds in de jaren 90 een vaccin tegen deze bacterie in het basisvaccinatieschema is opgenomen. Er zijn echter nog infecties mogelijk met Haemophilus influenzae bacteriën van andere types dan het type B, en die kunnen eveneens tot meningitis leiden. Wat betreft meningokokken is er sinds 2001 bij ons een vaccin tegen Neissera meningitidis type C algemeen in gebruik genomen. Daardoor komt meningitis door deze vorm van meningokokken nog nauwelijks voor. Er is echter een verschuiving opgetreden naar meningitis door Neisseria meningitidis type B, W en Y. Bij pneumokokken zien we een gelijkaardig fenomeen: de algemene invoering van pneumokokkenvaccins in 2007 heeft geleid tot een daling van de pneumokokkenvarianten die in het vaccin zijn opgenomen, maar tot een stijging van de varianten die niet in het vaccin zijn opgenomen.
Deze bacteriën zijn bij veel mensen aanwezig in neus en keel, zonder dat ze klachten veroorzaken. Men is dan een asymptomatische drager. Maar soms kunnen ze de natuurlijke afweer overrompelen en dreigt het gevaar van meningitis.
Meningitis is een ontsteking van de vliezen en het vocht rond de hersenen en ruggenmerg. Jonge kinderen, jongvolwassenen en senioren zijn het meest vatbaar. Meestal wordt meningitis door een virus veroorzaakt. In dat geval is de ziekte in de meeste gevallen vrij onschuldig en geneest ze spontaan zonder behandeling. Maar ook bacteriën kunnen de oorzaak zijn. Dan moeten zo snel mogelijk antibiotica worden toegediend. Die vorm van meningitis is immers heel ernstig, zelfs levensbedreigend, maar gelukkig al bij al vrij zeldzaam. In zeldzame gevallen kan een hersenvliesontsteking ook worden veroorzaakt door een schimmel, een gist, door een andere niet-infectieuze ziekte zoals een tumor of een autoimmuunziekte of door bepaalde geneesmiddelen.
Of het om de virale of bacteriële of een andere vorm gaat, kunt u zelf niet weten. Daarom is het belangrijk om zo snel mogelijk een dokter te raadplegen.
De ziekteverwekker van een bacteriële meningitis is in de overgrote meerderheid van de gevallen een pneumokok (Streptococcus pneumoniae), een meningokok (Neisseria meningitidis) of de Hib-bacterie (Haemophilus influenzae type B).
Ernstige infecties met de Hib-bacterie zijn al geruime tijd zeer zeldzaam, sinds in de jaren 90 een vaccin tegen deze bacterie in het basisvaccinatieschema is opgenomen. Er zijn echter nog infecties mogelijk met Haemophilus influenzae bacteriën van andere types dan het type B, en die kunnen eveneens tot meningitis leiden. Wat betreft meningokokken is er sinds 2001 bij ons een vaccin tegen Neissera meningitidis type C algemeen in gebruik genomen. Daardoor komt meningitis door deze vorm van meningokokken nog nauwelijks voor. Er is echter een verschuiving opgetreden naar meningitis door Neisseria meningitidis type B, W en Y. Bij pneumokokken zien we een gelijkaardig fenomeen: de algemene invoering van pneumokokkenvaccins in 2007 heeft geleid tot een daling van de pneumokokkenvarianten die in het vaccin zijn opgenomen, maar tot een stijging van de varianten die niet in het vaccin zijn opgenomen.
Deze bacteriën zijn bij veel mensen aanwezig in neus en keel, zonder dat ze klachten veroorzaken. Men is dan een asymptomatische drager. Maar soms kunnen ze de natuurlijke afweer overrompelen en dreigt het gevaar van meningitis.
Aangezien bij bacteriële meningitis zo snel mogelijk antibiotica moeten worden toegediend, is een snelle diagnose van levensbelang. Aanvankelijk lijken de symptomen van meningitis op die van griep: zich niet lekker voelen, hoofdpijn, koorts enz. Maar anders dan bij griep nemen deze symptomen niet af. De patiënt wordt juist alsmaar zieker en kan nog meer kenmerkende symptomen gaan vertonen:
- nekstijfheid;
- overgevoeligheid voor licht en/of geluid;
- braken;
- sufheid;
- moeilijk wakker te krijgen zijn;
- verwardheid;
- pijnlijke gewrichten;
- niet-wegdrukbare rode vlekjes op de huid;
- stuipen;
- bewustzijnsverlies.
Bij kleine kinderen ontbreken de typische tekenen zoals nekstijfheid, overgevoeligheid voor licht en verwardheid dikwijls. En baby's kunnen al helemaal niet zelf uiten wat ze voelen. Onder meer daardoor is een beginnende meningitis moeilijk te herkennen bij kleine kinderen, zowel voor huisartsen en specialisten als voor ouders. Toch zijn er enkele alarmsignalen, waarbij u beter zo snel mogelijk een dokter raadpleegt:
- een ziek voorkomen (bleke, grauwe of gevlekte huid);
- pijn bij het verschonen;
- gezwollen fontanel (de nog niet dichtgegroeide ruimte op de kruin);
- koorts;
- huilerig zijn en/of kreunen;
- verminderde eetlust;
- suf zijn of moeilijk wakker te krijgen;
- prikkelbaar zijn;
- ademhalingsmoeilijkheden;
- niet-wegdrukbare rode vlekjes (als u een glas zijdelings op de huid drukt en de vlekjes zichtbaar blijven, wijzen ze op een bloedvergiftiging, wat vaak gepaard gaat met meningitis);
- koude handjes of voetjes.
Rode vlekjes op de huid die zichtbaar blijven als u een glas zijdelings op de huid drukt, wijzen op een bloedvergiftiging, een fenomeen dat vaak gepaard gaat met meningitis.
Als het virale meningitis blijkt te zijn, zal de patiënt in veel gevallen spontaan genezen en is medicatie niet nodig. Bij een bacteriële meningitis moet daarentegen zo snel mogelijk een behandeling met antibiotica worden opgestart. Als dat niet tijdig gebeurt, kan de patiënt aan de ziekte overlijden.
De patiënt moet normaal gezien dringend worden opgenomen in het ziekenhuis. Bij een vermoeden van meningitis zal men immers geen enkel risico nemen. Men zal er zo snel mogelijk antibiotica toedienen via het bloed. Wanneer de symptomen snel verergeren, wordt deze antibioticakuur soms al opgestart zonder de resultaten van de laboratoriumanalyses af te wachten. Blijkt uiteindelijk dat de boosdoener geen bacterie is maar een virus, dan wordt de behandeling met antibiotica stopgezet. Tegen virussen hebben antibiotica immers geen nut.Als het virale meningitis blijkt te zijn, zal de patiënt in veel gevallen spontaan genezen, zonder verwikkelingen of geneesmiddelen. Een bacteriële meningitis is daarentegen levensbedreigend als niet tijdig een behandeling met antibiotica wordt opgestart.
Ondanks de beschikbare geneesmiddelen en de beste zorgen blijft de sterfte in geval van bacteriële meningitis relatief hoog. Het risico varieert onder meer naargelang van de bacterie en de leeftijd van de patiënt. Voor ongeveer 20-30% van de patiënten met een pneumokokkeninfectie en 5-10% van de patiënten met een meningokokkeninfectie loopt deze aandoening fataal af. In een minderheid van de gevallen ontwikkelt de aandoening zich in minder dan 24 uur ("fulminant" is de term die artsen gebruiken) en leidt ze onherroepelijk tot de dood, ook al werd de juiste behandeling opgestart.
Bij genezing houden sommige slachtoffers (meer dan 10%) er toch nog ernstige gevolgen aan over, zoals slechthorendheid, leermoeilijkheden, concentratiestoornissen, stuipen, gedragsproblemen, verlamming aan armen of benen, amputatie van een lidmaat, ...
Het risico om meningitis op te lopen door besmetting van iemand die de ziekte zelf al heeft, is erg klein. Anderzijds kunt u de bacteriën die meningitis veroorzaken, ook krijgen van iemand die helemaal niet ziek is. Deze bacteriën zijn immers bij veel mensen aanwezig in neus en keel, zonder dat ze klachten veroorzaken.
Een gezonde persoon kan die bacteriën doorgeven bij het hoesten, niezen of kussen. Meestal blijft dat zonder gevolg, maar soms kunt u de bacteriën dan op uw beurt doorgeven of zelf ziek worden.
Wanneer een kind bacteriële meningitis heeft, zal de arts in sommige gevallen een preventieve behandeling met antibiotica voorschrijven.
Bij meningitis door meningokokken is een preventieve antibioticakuur aanbevolen voor huisgenoten en zeer nauwe contacten. Het gaat dan om personen die in de week voor het kind ziek werd minstens eenmaal in dezelfde ruimte geslapen hebben of langer dan 4 uur intensief contact gehad hebben met het kind.
Bij meningitis door de Hib-bacterie is een preventieve antibioticakuur voor huisgenoten en zeer nauwe contacten enkel aanbevolen als er kinderen jonger dan 4 jaar of kinderen met een verzwakt immuunsysteem in huis aanwezig zijn.
Klasgenoten, leerkrachten, verzorgers en kinderen van een kinderdagverblijf hoeven niet preventief antibiotica te krijgen, zowel bij infecties door meningokokken als door Hib. Enkel als er zich in de klas/creche minstens 2 infecties met meningokokken voordoen binnen de 31 dagen of minstens 2 infecties met Hib binnen de 60 dagen, is een preventieve antibioticakuur aangewezen.
Bij meningitis door pneumokokken is het niet aangewezen aan de naaste omgeving preventief antibiotica toe te dienen.
Aangezien meningitis levensgevaarlijk kan zijn, is vaccinatie tegen die aandoening opgenomen in het basisvaccinatieschema voor kinderen dat in ons land door de gezondheidsinstanties wordt aanbevolen.
Vaccin tegen Haemophilus influenzae type B (Hib)
Voor baby's worden vanaf 8 weken specifiek tegen meningitis veroorzaakt door de Hib-bacterie drie dosissen aanbevolen van het gecombineerde vaccin Hexyon. Dat vaccin wordt verondersteld ook te beschermen tegen polio, difterie, tetanus, kinkhoest en hepatitis B. Het wordt toegediend met een tussentijd van 4 weken. Daarna wordt een boosterinjectie aanbevolen op de leeftijd van 15 maanden.
Vaccins tegen pneumokokken
Omdat pneumokokken vandaag een groter gevaar vormen dan de twee andere bacteriën, wordt ook een vaccinatie daartegen aanbevolen. Ze is eveneens gepland rond de leeftijd van 8 weken. Het vaccin dat volledig wordt terugbetaald, is Prevenar 13. De 13 in de naam geeft aan dat het 13 types van pneumokokken bestrijdt. Die zijn verantwoordelijk voor een groot aantal van de pneumokokkeninfecties in België, maar zeker niet voor alle. De bescherming is dus verre van volledig.
Het vaccin wordt in drie dosissen toegediend: op de leeftijd van 8 weken, 16 weken en 12 maanden. Voor personen met een verhoogd risico op pneumokokkeninfectie (vb. wegens een immuunaandoening of een chronische ziekte) en voor alle personen tussen 65 en 85 jaar is vaccinatie tegen pneumokokken eveneens aanbevolen. Meestal volgt minimaal 8 weken na een eerste vaccinatie met Prevenar 13 nog een tweede vaccinatie met Pneumovax 23 (tegen 23 types van pneumokokken).
Vaccins tegen meningokokken
Volgens het basisvaccinatieschema is op de leeftijd van 13-15 maanden ook een gratis vaccin tegen meningokokken type C (Neisvac-C) aanbevolen.
Sinds kort zijn er ook vaccins op de markt tegen meningokokken type B (Bexsero en Trumenba), alsook twee die je beschermen tegen type A, C, W en Y (Nimenrix en Menveo).
- De Hoge Gezondheidsraad (HGR) beveelt aan om op de leeftijd van 15 maanden het gratis vaccin tegen meningokokken type C te vervangen door het overkoepelend vaccin tegen meningokokken type A, C, W en Y. Voor dit vaccin betaal je (voorlopig) nog € 52,60. Aangezien het aantal infecties door types W en Y in stijgende lijn gaat en de kans op nevenwerkingen vergelijkbaar is met die van het meningokokken type C vaccin, is het aan te raden om voor dit vaccin te kiezen. Dit vaccin is voorlopig echter nog niet opgenomen in het basisvaccinatieschema.
- Het vaccin tegen meningokokken type B wordt niet aanbevolen door de HGR. De voornaamste reden hiervoor is de slechte kosten-batenverhouding. Aangezien het om een duur vaccin gaat (ongeveer € 80 per dosis), het aantal infecties door meningokokken type B in ons land nog steeds laag is, en we nog onvoldoende gegevens hebben over de doeltreffendheid op lange termijn wegen de voordelen van dit vaccin voorlopig niet op tegen de kosten. Aangezien de eerste piek voor deze infecties zich reeds voordoet voor de leeftijd van zes maanden, moet het vaccin bovendien erg vroeg worden toegediend, bij voorkeur op de leeftijd van 8 weken. Daardoor valt dit vaccin vaak samen met de andere aanbevolen vaccinaties. De HGR vreest dat ouders hierdoor andere vaccinaties die wél aanbevolen zijn, zouden laten vallen. Bovendien is er ook een verhoogd risico op koorts na toediening van dit vaccin.
Veiligheid
De belangrijkste nevenwerkingen van de vaccins tegen meningokokken, pneumokokken en Hib zijn: verminderde eetlust, koorts, reacties op de plaats van de injectie (lichte zwelling, pijn, roodheid), prikkelbaarheid, rusteloosheid, slaperigheid, sufheid, slaapstoornissen, hoofdpijn, diarree, braken, huiduitslag, verminderde beweeglijkheid van de arm, spier- en gewrichtspijn, koude rillingen, vermoeidheid.
Wanneer het vaccin tegen meningokokken type B bij jonge kinderen wordt toegediend samen met andere vaccins, is er een verhoogd risico op koorts. Om dit te voorkomen kan je het kind preventief paracetamol geven. De meeste bijwerkingen beginnen kort na de inenting en verdwijnen na één of twee dagen. Ernstigere bijwerkingen zijn gelukkig zeldzaam.
Doeltreffendheid
Sinds de vaccins tegen meningokokken type C, Hib en pneumokokken op grote schaal worden toegediend, zijn er veel minder gevallen van hersenvliesontsteking door deze bacteriesoorten. Dit bewijst dat de vaccins doeltreffend zijn. Vaccins zijn echter nooit 100% doeltreffend. Om uiteenlopende redenen maken sommige personen na vaccinatie onvoldoende antistoffen aan.
Bovendien beschermen de beschikbare vaccins niet tegen alle bacteriën die meningitis kunnen veroorzaken, enkel tegen de meest voorkomende types. Het is onmogelijk om een vaccin te ontwikkelen dat je beschermt tegen ál deze varianten.
Vaccinatie tegen meningitis is in ons land opgenomen in het officiële vaccinatieschema dat voor kinderen wordt aanbevolen. Wie het vaccin laat toedienen dat de overheid aanbeveelt, krijgt het volledig terugbetaald van het ziekenfonds.