Dossier

​Bipolaire stoornis: symptomen, behandeling en praktisch advies

24 januari 2025
Bij bipolaire stoornis wisselen episodes van extreme euforie en neerslachtigheid elkaar af

24 januari 2025
Personen met een bipolaire stoornis, ook manisch-depressieve stoornis genoems, kampen met extreme stemmingswisselingen, waarbij episodes van euforie en neerslachtigheid elkaar afwisselen. We leggen uit wat de symptomen zijn en welke behandelingen er bestaan.

Bipolaire stoornis, wat is dat?

Een bipolaire stoornis is een stemmingsstoornis, die ook weleens met een verouderde term een manisch-depressieve stoornis wordt genoemd. Het woord bipolair verwijst naar het feit dat de stemming van de patiënten van euforie naar extreme neerslachtigheid kan gaan. Tussen die episoden door voelen patiënten met de stoornis zich normaal.

Dat is anders met een unipolaire depressie, waarbij patiënten zich enkel depressief voelen. Het onderscheid tussen beide is zeer belangrijk, want de behandeling verschilt.

In de manische episode voelen patiënten met bipolaire stoornis zich extreem vrolijk of prikkelbaar en stellen ze gedrag waarmee ze zichzelf en hun omgeving schade kunnen berokkenen, zoals bv. dure aankopen doen of zich in relaties storten. Hypomanie is een mildere vorm van manie. Men voelt zich ook euforisch of prikkelbaar en is veel actiever dan normaal, maar dat zorgt voor minder problemen.

Wie is vatbaar voor een bipolaire stoornis?

Mensen van alle leeftijden, rassen, ethnische groepen en geslachten kunnen een bipolaire stoornis ontwikkelen. Vrouwen en mannen krijgen even vaak een bipolaire stoornis, maar de ziekte uit zich bij elke sekse anders. Vrouwen hebben vaker gemengde episoden waarin zowel symptomen van manie als depressie aanwezig zijn. 

Hoewel de symptomen op elke leeftijd kunnen beginnen, manifesteert de stoornis zich meestal in de late adolescentie of vroege volwassenheid.

De aandoening komt voor bij naar schatting 2 à 2,5 % van de bevolking en is zeer ernstig te nemen. Volgens de Harvard Medical School onderneemt 30 % tot 50 % van de mensen met een bipolaire stoornis ooit een zelfmoordpoging.

Wat zijn de drie types van bipolaire stoornis?

We onderscheiden verschillende soorten van bipolaire stoornis. Dit zijn de drie meest bekende vormen:

  • Bipolaire stoornis type 1: patiënten met deze diagnose hebben minstens één manische episode meegemaakt.
  • Bipolaire stoornis type 2: patiënten met deze diagnose hebben nooit een manisch episode meegemaakt, maar wel minstens één hypomane en minstens één depressieve episode.
  • Cyclothyme stoornis: dit is een mildere variant waarbij mensen al minstens twee jaar lang (of één jaar in het geval van kinderen) frequent hypomane en depressieve episodes hebben, maar minder lang of minder ernstig dan bij een bipolaire stoornis type 2.

Daarnaast zijn er varianten van deze stoornis beschreven die uitgelokt worden door druggebruik of medicatie of die het gevolg zijn van een andere medische aandoening, zoals een overactieve schildklier of het syndroom van Cushing. 

Terug naar boven

Wat zijn de symptomen van een bipolaire stoornis?

Symptomen van een manie of hypomanie

Tijdens een manische of hypomane periode voelen mensen zich abnormaal opgetogen of prikkelbaar en zijn ze ook actiever dan normaal.

Andere typische symptomen:

  • Overdreven gevoel van eigenwaarde of grootheidswaanzin
  • Verminderde behoefte aan slaap
  • Gehaast spreken of spraakzamer zijn dan gewoonlijk
  • Snel opeenvolgende gedachtenflitsen of gedachtenstromen
  • Snel worden afgeleid
  • Vanalles ondernemen, al dan niet doelgericht
  • Zich te buiten gaan aan plezierige activiteiten met een groot risico op nadelige gevolgen (zoals ongebreidelde koopwoede, seksuele uitspattingen of onverstandige zakelijke investeringen)

Om van een echte manie te spreken, moet een minimaal aantal van deze symptomen minstens een week aanwezig zijn. Bij een hypomanie is dat minstens 4 dagen.

Typische symptomen van depressie

Tijdens een depressieve periode vertonen mensen met bipolaire stoornis zo goed als dagelijks de volgende symptomen:

  • Neerslachtige stemming het grootste deel van de dag
  • Duidelijk verminderde interesse of plezier in alle of bijna alle activiteiten, het grootste deel van de dag
  • Significante gewichtstoename of uitgesproken gewichtsverlies als je geen dieet volgt, of afname of toename van eetlust
  • Slapeloosheid of overdreven slaperigheid
  • Zich emotioneel of lichamelijk onrustig of vertraagd voelen
  • Vermoeidheid of verlies van energie
  • Gevoelens van waardeloosheid of buitensporige of ongepaste schuldgevoelens (die waanvoorstellingen kunnen zijn), besluiteloosheid of verminderd vermogen om na te denken of zich te concentreren
  • Terugkerende gedachten aan de dood (niet alleen angst om dood te gaan), terugkerende zelfmoordgedachten met of zonder specifiek plan, of een zelfmoordpoging of een specifiek plan voor een zelfmoordpoging.

In ernstige gevallen kunnen patiënten tijdens een manie of depressie ook last krijgen van waanbeelden en hallucinaties (psychotische kenmerken).

Patiënten kunnen ook gemengde episodes hebben, waarbij ze zowel symptomen van een manie als van een depressie vertonen.

Wat gebeurt er in de hersenen van iemand met een bipolaire stoornis?

Onderzoek lijkt erop te wijzen dat er verschillen zijn in de hersenen tussen mensen met een bipolaire stoornis en mensen die geen bipolaire stoornis hebben.

Welke gebieden in de hersenen verschillen bij personen met bipolaire stoornis?

Die verschillen situeren zich onder meer in de gebieden die betrokken zijn bij de verwerking en regulering van emoties. Er is bijvoorbeeld abnormaal verhoogde activiteit in de amygdala (amandelvormig zenuwcentrum in de hersenen), minder verbinding en communicatie tussen gebieden van de prefrontale cortex en de amygdala, en verminderd volume in de prefrontale cortex, amygdala en hippocampus (hersengebied betrokken bij onder meer de werking van het geheugen).

Het is echter niet duidelijk of deze verschillen een bipolaire stoornis veroorzaken, dan wel het gevolg zijn van de ontwikkeling van deze aandoening.

Wat veroorzaakt een bipolaire stoornis?

Het aandeel van genen in de erfelijkheid van bipolaire stoornis wordt geschat op meer dan 70%. Je hebt dus een grotere kans om deze stoornis te ontwikkelen als je een of meer familieleden hebt met een bipolaire stoornis. Als je ouder, broer of zus een bipolaire stoornis heeft, heb je naar schatting 5 tot 10% risico dat je deze aandoening ook ontwikkelt. Bij eeneiïge tweelingen loopt dat risico op tot 40 à 70%.

Genen zorgen voor een gevoeligheid, maar het is vaak een uitlokkende factor die de symptomen in gang zet. Het overlijden van een dierbare, een scheiding, het verlies van een baan, stress, slaapgebrek, alcohol- en drugsgebruik, slechte voeding en weersveranderingen kunnen triggers zijn.

Terug naar boven

Hoe wordt de diagnose bipolaire stoornis gesteld?

De diagnose bipolaire stoornis is niet altijd gemakkelijk te stellen, zeker niet in het geval van een bipolaire stoornis van het type 2 waarbij er geen uitgesproken manische symptomen zijn. Het gebeurt vaak dat mensen eerst een foute diagnose krijgen, zoals een depressie.

Volgens de Nederlandse Federatie Medisch Specialisten zit er een periode van gemiddeld tien jaar tussen het optreden van de eerste stemmingsverschijnselen en het stellen van de diagnose bipolaire stoornis. Er zijn verschillende redenen waarom de diagnose niet eerder wordt gesteld. Onder andere:

  • Veel patiënten hebben in het begin alleen last van depressieve klachten, waardoor alleen de diagnose depressie kan worden gesteld.
  • Aanwezige (hypo)manische verschijnselen worden vaak niet als dusdanig herkend en worden niet altijd spontaan gemeld door patiënten.

Met welke test wordt bepaald of je een bipolaire stoornis hebt?

Mensen wenden zich vaak eerst tot de huisarts wanneer ze depressieve klachten ervaren. Bij een vermoeden van een bipolaire stoornis wordt de patiënt normaal gezien doorverwezen naar een psychiater.

Handboek over psychische stoornissen (DSM)

Bij de diagnosestelling wordt vaak gebruik gemaakt van de “Diagnostical and Statistical Manual of Mental Disorders” (DSM), een classificatiesysteem dat bijna 350 verschillende psychische stoornissen beschrijft. Per stoornis is er een checklist met criteria waar je aan moet voldoen om in aanmerking te komen voor die diagnose. Dat is ook zo voor een bipolaire stoornis.

Ondervraging door een psychiater

Het overlopen van zo’n checklist volstaat weliswaar niet als diagnostisch onderzoek (daar LINK schreven we al eerder over). Om een diagnose te kunnen stellen en andere oorzaken van de klachten uit te sluiten, hoort de patiënt uitgebreid ondervraagd te worden over de aard en het verloop van zijn klachten, zijn eigen en familiale voorgeschiedenis, eventueel druggebruik, mogelijke uitlokkende factoren enz.

Waarschijnlijk wil de psychiater, indien mogelijk, ook een gesprek met de naasten van een patiënt. Het is voor de patiënt zelf niet altijd gemakkelijk om de ernst van een episode in te schatten, vooral vanuit een manie.

Niet via een bloedtest of hersenscan

Een bipolaire stoornis kun je jammer genoeg niet vaststellen met een bloedtest of een hersenscan. Maar het kan wel zijn dat een arts zulke testen gebruikt om andere, niet-psychiatrische oorzaken van de symptomen uit te sluiten, zoals een overactieve schildklier of een hersentumor. Terug naar boven

Welke behandelingen bestaan er voor een bipolaire stoornis?

Ten minste de helft van de patiënten met een bipolaire stoornis onderneemt een zelfmoordpoging. Een doeltreffende behandeling is dan ook extreem belangrijk.

De behandeling van een bipolaire stoornis bestaat meestal uit een combinatie van medicatie en psychologische begeleiding. Als dat niet genoeg helpt, worden andere therapieën overwogen, zoals elektroconvulsietherapie (ECT).
In ernstige acute gevallen, bijvoorbeeld wanneer de persoon tijdens een manie zeer risicovol gedrag stelt, kan een opname in het ziekenhuis noodzakelijk zijn.

Medicatie

Het is vaak een zoektocht naar een medicijn dat helpt en goed verdragen wordt. In sommige gevallen moeten meerdere geneesmiddelen gecombineerd worden om de symptomen onder controle te krijgen.

Om herval te voorkomen, moeten veel patiënten overigens levenslang medicatie nemen. Sommigen verkiezen om dat niet te doen, omdat het door de bijwerkingen hun levenskwaliteit te veel aantast. Dat is een afweging die patiënten samen met hun arts moeten maken.

  • Lithium is het oudste en best onderzochte medicijn om een bipolaire stoornis te behandelen. Het wordt gebruikt bij de behandeling van een manie, maar ook nadien om herval te voorkomen. Het helpt om de stemming stabiel te houden. Jammer genoeg is er heel weinig verschil tussen een te lage dosis die geen effect heeft en de dosis waarbij intoxicatieverschijnselen optreden als trillen, slappe spieren, verwardheid, misselijkheid … Om een dergelijke lithiumvergiftiging te voorkomen, moet de bloedspiegel van patiënten op zijn minst elke drie tot zes maanden gecontroleerd worden. Naast bijwerkingen zoals gewichtstoename en trillende handen, kan lithium kan op lange termijn de nieren en de werking van je schildklier aantasten. Daarom moeten minstens éénmaal per jaar ook het schildklierhormoon en de nieren via een bloedname worden gecontroleerd.
  • Naast lithium worden tegenwoordig ook vaak antipsychotica voorgeschreven om een bipolaire stoornis te behandelen. In tegenstelling tot wat je misschien denkt, hoeft er geen sprake te zijn van een psychose (gekenmerkt door onder meer hallucinaties, waanbeelden, verwardheid …) om baat te hebben bij een antipsychoticum. Antipsychotica werken sneller dan lithium en zijn daarom in sommige medische richtlijnen eerste keuze bij een zeer ernstige manie. Sommige geneesmiddelen uit deze groep blijken ook een antidepressieve werking te hebben of helpen herval voorkomen. Daartegenover staan helaas de soms heftige bijwerkingen, zoals gewichtstoename, sufheid en een verhoogde bloedsuikerspiegel. En over de langetermijneffecten is minder bekend dan bij lithium.
  • Tot slot schrijven artsen ook soms anti-epileptica voor om een bipolaire stoornis te behandelen. Dat zijn geneesmiddelen om epilepsie te behandelen. Wetenschappers ontdekten dat sommige geneesmiddelen uit deze groep nuttig kunnen zijn als stemmingsstabilisator of om symptomen van een manie te verminderen. Jammer genoeg kunnen ook deze middelen vervelende bijwerkingen hebben, zoals problemen met de fijne motoriek, huiduitslag en leverproblemen.
  • De klassieke antidepressiva kunnen bij sommige patiënten met een bipolaire stoornis een manische episode uitlokken. Daarom zijn ze geen eerste keuze.

Psychologische begeleiding

Een andere belangrijke pijler van de behandeling van patiënten met een bipolaire stoornis is psychologische begeleiding om te leren omgaan met de aandoening en de gevolgen daarvan. Diverse studies suggereren dat dit een positieve impact kan hebben op het mentale welbevinden van patiënten en de kans op herval verkleint. Er is weliswaar meer onderzoek nodig om na te gaan wat op dit vlak het beste werkt.

Psychologische begeleiding kan in groep of individueel. Vaak worden ook de naasten van de patiënt erbij betrokken.

Een aantal voorbeelden van psychologische interventies die deskundigen aanbevelen voor mensen met een bipolaire stoornis:

  • Psycho-educatie. Dit omvat voorlichting over de aandoening en over hoe je er best mee omgaat, bij voorkeur in aanwezigheid van partner, familielid of vriend.
  • Cognitieve gedragstherapie. Tijdens deze therapiesessies werkt de patiënt één op één, met familieleden of in een groep met een therapeut om niet-helpende gedachten en gedragingen te veranderen. De sessies duren meestal 50 minuten en de therapie loopt gedurende drie tot vier maanden, of langer indien nodig.
  • Gezinsgerichte therapie. De patiënt komt samen met zijn gezinsleden samen met een psycholoog, psychiater of andere professional uit de geestelijke gezondheidszorg om waarschuwingssignalen van dreigende episodes te herkennen en te leren hoe ze als gezin effectiever aan te pakken.
  • Dialectische gedragstherapie. Deze benadering richt zich op mindfulness en acceptatie. Individueel of in groepsverband leert de patiënt schadelijke gedachten en emoties van een afstand en zonder oordeel te bekijken, alsof hij als buitenstaander naar zichzelf kijkt.
  • Interpersoonlijke en sociale ritmetherapie. Deze vorm van therapie bestaat erin dagelijkse activiteiten bij te houden en te leren hoe ze aan te passen om een positievere stemming te bevorderen.

Elektroconvulsietherapie (elektroshocks)

Volgens verschillende richtlijnen is ook elektroconvulsietherapie (ECT), elektroshocks in de volksmond, het overwegen waard. Er kunnen goede resultaten mee worden behaald. In tegenstelling tot wat sommigen beweren, is dit geen onveilige therapie. Volgens de Harvard Medical School suggereert onderzoek dat bijna 70 % van de mensen met een bipolaire depressie en ongeveer 75 % van de mensen met een manie ermee is geholpen. Er is weliswaar nood aan meer onderzoek om die cijfers te bevestigen.

Tijdens deze behandeling wordt de patiënt onder narcose gebracht. Hij krijgt ook een spierverslapper. Vervolgens krijgt hij een elektrische shock waardoor er in de hersenen een elektrische ontlading ontstaat. Een kuur bestaat meestal uit 6 tot 12 behandelingen die twee of drie keer per week worden gegeven. Deze behandeling wordt onder bepaalde voorwaarden terugbetaald door de ziekteverzekering.

Qua bijwerkingen moet je vooral rekening houden met het risico op zogenaamde geheugengaten, waarbij patiënten zich bepaalde gebeurtenissen van de periode voor de behandeling niet meer kunnen herinneren. Ongeveer één op de 10 patiënten krijgt daar last van. Er is ook een zeer klein risico op een hartaanval, hartritmestoornissen of een laattijdige epileptische aanval. De kans dat je door de behandeling sterft is extreem klein (naar schatting 2,1 sterfgeval per 100 000 behandelingen). Andere bijwerkingen zijn voorbijgaande verwardheid, hoofdpijn, spierpijn en tijdelijke geheugenproblemen.

Transcraniale magnetische stimulatie (rTMS)

Een andere techniek is transcraniale magnetische stimulatie (rTMS). Daarbij worden magnetische pulsen gebruikt om de activiteit van specifieke hersengebieden te beïnvloeden. De patiënt moet hierbij niet onder narcose.

Dit lijkt bij sommige mensen te helpen om een bipolaire depressie of manie aan te pakken, al is het wetenschappelijke bewijs hiervoor voorlopig nog beperkt. Toch wordt deze methode in sommige medische richtlijnen aanbevolen als aanvulling op de behandeling, als medicatie en therapie niet het gewenste effect hebben.

De behandeling wordt over het algemeen goed verdragen. Een aantal patiënten krijgt nadien last van hoofdpijn. Een zeer zeldzame bijwerking van rTMS is een epileptische aanval.

Voor rTMS is er momenteel vanuit de verplichte ziekteverzekering geen terugbetaling voorzien. In december 2024 werd een dossier ingediend bij het RIZIV voor de terugbetaling van repetitieve Transcraniële Magnetische Stimulatie (rTMS). Dit dossier moet nog geëvalueerd worden.

Terug naar boven

Ons advies als je een bipolaire stoornis hebt

  • Als je vermoedt dat je een bipolaire stoornis hebt, bespreek dat dan met je huisarts. Na een eerste inschatting kan die je indien nodig doorverwijzen naar een psychiater. Als je dat wil, kun je je ook rechtstreeks tot een psychiater wenden.
  • Probeer zo veel mogelijk te leren over de aandoening en hoe ermee om te gaan. Moedig je omgeving aan om dat ook te doen. Een aanrader: deze zelfzorggids van de zelfhulpvereniging Ups & Downs.
  • Geef je naasten instructies over wat ze moeten doen als ze bij jou signalen opmerken die een (hypo)manische of depressieve episode voorspellen. Een psychiater of gespecialiseerde psychotherapeut kan je hierbij helpen.
  • Omring je met mensen die je begrijpen en ondersteunen. Word eventueel lid van een zelfhulpgroep, zoals Ups & Downs. Contact met lotgenoten kan zeer waardevol zijn.
  • Stress en slaaptekort zijn bekende triggers voor een manische of depressieve episode. Denk dus na over hoe je stress kunt beperken en hoe je ervoor kunt zorgen dat je voldoende slaapt.
  • Grijp liever niet naar alcohol of drugs om je beter te voelen. Die middelen kunnen meer klachten uitlokken. Veel geneesmiddelen voor een bipolaire stoornis mag je overigens niet combineren met alcohol.
  • Stop nooit op eigen houtje met je medicatie. Abrupt stoppen kan leiden tot herval en tot ontwenningsverschijnselen (bv. angst en slapeloosheid). Bijwerkingen van de medicatie? Signaleer dat aan je arts. Die kan de dosis aanpassen of een alternatief voorstellen.
  • Mensen met bipolaire stoornis krijgen vaak te kampen met obesitas, een hoge bloeddruk en diabetes. Hoe dat komt, weet met niet precies. Mogelijk heeft het deels te maken de geneesmiddelen die je noodgedwongen gebruikt. Reden te meer om werk te maken van een zo gezond mogelijke levensstijl met voldoende lichaamsbeweging en een gezonde, evenwichtige voeding.
  • Roep meteen hulp in als je je voelt verslechteren. Denk je aan zelfmoord en heb je nood aan een gesprek, dan kun je terecht bij de Zelfmoordlijn op het nummer 1813 of via www.zelfmoord1813.be.
Terug naar boven

Kun je van een bipolaire stoornis af geraken?

Een bipolaire stoornis is een chronische aandoening. Je kunt er niet van genezen, maar met de juiste behandeling en een goede opvolging kunnen de symptomen wel verdwijnen. Je gevoeligheid voor manische en/of depressieve episodes blijft weliswaar bestaan, daar moet je levenslang rekening mee houden en op anticiperen.

Dat neemt niet weg dat er veel mensen zijn met een bipolaire stoornis die een stabiel, bevredigend leven kunnen leiden en het ook professioneel ver kunnen schoppen. Terug naar boven

Aanbevolen voor jou