Zonnepanelen: iets voor jou?

Met de stijgende energieprijzen winnen zonnepanelen aan belang omdat ze je minder afhankelijk maken van de schommelingen van de elektriciteitstarieven. Onze energie-expert Roger Vanparys verzamelde zeven vragen over zonnepanelen en geeft op elk een antwoord.
Zonnepanelen hebben opnieuw de wind in de zeilen. Daar zijn de huidige hoge energietarieven niet vreemd aan. Door zelf je stroom te produceren, word je bovendien een stuk energieonafhankelijker. Maar zonnepalen plaatsen doe je niet zonder een goede voorbereiding. We hebben enkele van de meest voorkomende vragen die consumenten zich stellen, voorgelegd aan onze energie-expert.
1. Is mijn dak geschikt voor zonnepanelen?
De ideale oriëntatie voor zonnepanelen op een dak is pal op het zuiden, met een helling van 30 tot 35°. Alles wat hiervan afwijkt, biedt minder rendement. Maar maak je geen grote zorgen als je dak bijvoorbeeld naar het zuidoosten of het zuidwesten is gericht. Dan verlies je amper enkele procenten aan opbrengst.
Een oost-westoriëntatie met een kleine helling is ook nog prima. Meer zelfs, omdat de productie dan gelijkmatiger over de dag is verdeeld, kan dat beter uitkomen voor je mate van zelfverbruik; je kunt de geproduceerde stroom makkelijker meer meteen zelf verbruiken.
Op een plat dak bepaal je de helling doorgaans zelf.
Natuurlijk moet je voldoende plaats hebben. Zo nodig kun je opteren voor hoogrendementspanelen. Daarmee heb je meer vermogen op minder vierkante meter.
Vermijd dat er schaduw op je zonnepanelen valt door een schoorsteen of een boom. Lukt dat niet, dan kun je dit alsnog opvangen door het gebruik van zgn. micro-omvormers of optimisers.
2. Hoeveel zonnepanelen heb ik nodig?
Ideaal is om met de productie van de zonnepanelen jouw jaarlijkse stroomverbruik te kunnen dekken. Kijk dus naar het huidige stroomverbruik op jouw eindafrekening en maak eventueel al een inschatting van mogelijke veranderingen in de toekomst. Bijvoorbeeld door een gezinsuitbreiding of de aanschaf van een elektrische auto.
Om een idee te hebben van de te verwachten productie van jouw installatie vermenigvuldig je het aantal panelen met hun vermogen. Doorgaans hebben de huidige zonnepanelen een vermogen rond 350 Wp. Ruw genomen zal een installatie met 10 zulke panelen op een jaar 3 200 tot 3 500 kWh produceren. Dat is voldoende voor een gemiddeld gezin.
10 zonnepanelen nemen al gauw 17 tot 20 m2 in. Heb je die plaats niet, dan bestaan er hoogrendementspanelen van 400 Wp of meer. Dan kun je enkele panelen uitsparen. Die panelen van 400 Wp vallen wel duurder uit.
3. Is investeren in zonnepanelen nog rendabel?
Er zijn drie zaken belangrijk als je wilt weten of zonnepanelen nog rendabel zijn:
- de aankoopprijs
- je zelfverbruik, dus de mate waarin je je eigen geproduceerde stroom meteen zelf kunt verbruiken
- en de oriëntatie van de panelen: op het zuiden is optimaal, maar ook oost-west is nog prima.
Dat zijn effectief de drie sleutelfactoren die het rendement zullen bepalen.
Wat de aankoopprijs betreft, reken gemiddeld op 1 250 euro per kilowattpiek, alles inbegrepen. Betaal zeker niet meer dan 1 500 euro per kWp.
Maar hoe bereken je de prijs per kWp? De offertes van installateurs vermelden normaal het totale vermogen van de installatie uitgedrukt in kWp. Deel de prijs uit de offerte door dit aantal en vergelijk de offertes op die basis.
Voor een nieuwe installatie kun je in Vlaanderen aanspraak maken op een investeringspremie: in 2022 gaat het om 300 euro per kWp voor de eerste 4 kWp en vervolgens 150 euro per kWp tot 6 kWp. Brussel keert dan weer groenestroomcertificaten uit, met een waarde van iets meer dan € 200 per geproduceerde 1000 kWh, en dat gedurende 10 jaar.
Je krijgt ook een terugleververgoeding voor de stroom die je niet zelf verbruikt maar op het net injecteert. Daarvoor krijg je begin 2022 tussen 10 en 20 eurocent per kWh.
Als je een doorsneeprijs betaalt voor jouw zonnepaneleninstallatie, mag je momenteel uitgaan van een rendement van 4 tot ruim 6% over 20 jaar, afhankelijk van de oriëntatie van de panelen en de mate aan zelfverbruik van de geproduceerde stroom.
In Vlaanderen heb je je panelen zo terugverdiend in 6 tot 11 jaar, in Brussel in slechts 5 tot 7 jaar.
Als de stijging van de elektriciteitsprijzen van eind 2021-begin 2022 zich verderzet, kan de terugverdientijd nog korter zijn en kan het rendement nog hoger uitkomen.
Naar onze actie rond zonnepanelen
4. Krijg ik een vergoeding voor de geproduceerde stroom die op het net gaat?
Eigen geproduceerde stroom die je niet zelf verbruikt, gaat het stroomnet op.
Heb je nog een teller die terugdraait – bij een analoge meter zie je de stand van je meter letterlijk teruglopen - dan is de stroom die je op het net steekt, net zoveel waard als de stroom die je van het net haalt.
Wordt met een digitale meter apart gemeten hoeveel stroom je op het net steekt en hoeveel je van het net afneemt, dan krijg je van jouw energieleverancier een - weliswaar lagere - vergoeding voor de stroom die je op het net injecteert. Momenteel ligt die doorgaans tussen 10 en 20 eurocent per kWh.
In principe kun je zelf kiezen bij welke leverancier je een terugleververgoeding kunt krijgen, maar in de praktijk zal het om dezelfde leverancier gaan als degene bij wie je stroom afneemt.
5. Hoe vergelijk ik offertes voor zonnepanelen?
Als je offertes wilt vergelijken, moet je zeker nakijken of alle posten erin vermeld staan. Daarbij denken we aan:
- extra werfmateriaal, zoals een stelling
- een eventuele voorafgaande aanpassing van de elektrische installatie in de woning
- de keuring van de zonnepaneleninstallatie
- het aantal panelen met merk en type en uiteraard hun vermogen
- merk en vermogen van de omvormer, die de geproduceerde stroom bruikbaar maakt voor jouw huishoudtoestellen
- de garantie op de panelen en de omvormer. 10 jaar is daarbij een minimum. Vaak krijg je meer, voor de panelen soms tot 25 jaar.
Weet ook dat sommige zaken de prijs opdrijven:
- de keuze voor all black-panelen (met dus een zwart frame) of hoogrendementspanelen (van 400 Wp en meer)
- en het gebruik van zgn. optimisers of micro-omvormers om een probleem van schaduw op het dak op te lossen.
Zijn alle elementen in de offertes opgenomen, dan kun je de prijs per kWp vergelijken. Doorgaans ligt die tussen 1 000 en 1 500 euro. Een hogere prijs vinden wij te duur.
6. Moet ik mijn verbruiksgewoonten aanpassen om de productie van mijn zonnepanelen optimaal te benutten?
Bij een terugdraaiende teller is daar niet meteen nood aan. Maar als die niet terugdraait, is het belangrijk om de eigen geproduceerde stroom zoveel mogelijk meteen te verbruiken.
Laat de grootverbruikers in huis overdag draaien, zeker tussen half april en half september.
- Plaats hiertoe een timer op je elektrische boiler of warmtepompboiler, of benut de programmeermogelijkheden van het toestel.
- Bij een wasmachine, droogkast of vaatwasser gebruik je de uitgestelde start of duw je zelf op de startknop als je thuis bent.
- Heb je een elektrische auto, laat die dan zoveel mogelijk traagjes opladen tijdens de dag. Er bestaan oplaadstations met een meetsysteem dat het verbruik van zonne-elektriciteit kan maximaliseren.
Met elektrische verwarming zul je jouw zelfverbruik overigens niet kunnen opkrikken. Je zonnepanelen produceren immers te weinig stroom tussen november en april, net wanneer je de verwarming het meest opzet.
In Vlaanderen kun je met een digitale meter via het gratis online platform van netbeheerder Fluvius jouw afname en injectie per kwartier raadplegen. Dat geeft je een beter inzicht in je energieverbruik.
Naar ons dossier over zelfverbruik verhogen
7. Is een thuisbatterij plaatsen zinvol?
Neen, een thuisbatterij plaatsen is niet zinvol omdat de prijs ervan te hoog ligt. Veelal betaal je zo’n 1 000 euro per kWh aan opslagcapaciteit terwijl je eigenlijk niet meer dan 300 euro zou mogen betalen om de investering financieel rendabel te houden.
Hoewel een thuisbatterij het zelfverbruik fors opkrikt, maakt ze je nog niet autonoom van het stroomnet. In de winter produceren je zonnepanelen immers te weinig stroom.
Bovendien krijg je een terugleververgoeding voor de stroom die je op het net steekt. Die vermindert op haar beurt het voordeel van een batterij.
Kies je toch voor een batterij, om zoveel mogelijk van je geproduceerde stroom zelf te kunnen verbruiken, dan doe je er goed aan om ze niet te overdimensioneren. Ga voor de capaciteit van de batterij uit van 1,4 à 1,6 keer het vermogen van je zonnepanelen. Voor een zonnepaneelinstallatie van 4 kWp kies je dus een batterij van 6 kWh.