Diabetes


De voorbije dertig jaar is het aantal mensen met diabetes in de wereld verviervoudigd, en die evolutie lijkt nog lang niet voorbij. Diabetes is nochtans niet altijd onoverkomelijk. Door je levensstijl wat aan te passen, kun je de meest voorkomende vorm van diabetes (type 2) voorkomen.
Er bestaan meerdere vormen van diabetes, te beginnen met diabetes insipidus en diabetes mellitus. Die aandoeningen staan volledig los van elkaar, al moet je van allebei veel plassen en heb je in beide gevallen voortdurend dorst. Ze zijn alletwee het gevolg van een stoornis van een hormoon: vasopressine in het geval van diabetes insipidus, insuline bij diabetes mellitus.
Suiker uit de bocht
Als we over diabetes spreken, hebben we het meestal echter over deze tweede vorm, die het vaakst voorkomt en ontstaat als de suikerconcentratie in het bloed (de glykemie) niet meer onder controle is. Ook daar bestaan meerdere vormen van, namelijk type 1-, type 2- en zwangerschapsdiabetes.
Om te kunnen werken, heeft ons lichaam voortdurend 'brandstof' nodig. Die wordt geleverd door de energie van de suikers in onze voeding. De glucose in het bloed kan dankzij de insuline (aangemaakt door de alvleesklier) in de cellen dringen, die het meteen gebruiken of opslaan voor later gebruik. Samen met andere hormonen zoals glucagon houdt insuline op die manier het glykemisch evenwicht in stand en voorkomt het een tekort (hypoglykemie) of een teveel (hyperglykemie) van glucose in het bloed.
Bij diabetespatiënten is dat mechanisme verstoord omdat er niet langer voldoende insuline aangemaakt wordt (type 1-diabetes) of omdat de insuline niet meer werkt (type 2-diabetes, zwangerschapsdiabetes). Dat leidt tot een opstapeling van suiker in het bloed en tot chronische hyperglykemie, wat schadelijk kan zijn voor het lichaam.
Symptomen
De belangrijkste vormen van diabetes mellitus zijn type 1-, type 2- en zwangerschapsdiabetes. Die hebben erg verschillende oorzaken, maar worden alle drie gekenmerkt door een ontregeling van de glykemie en vertonen soortgelijke symptomen. Hoe sneller diabetes wordt opgemerkt, hoe beter. Meer over de verschillende vormen en symptomen van diabetes.
Behandeling
Diabetes behandel je door de glykemie terug in balans te brengen en zo het risico op complicaties te verminderen. Terwijl type 1-diabetes behandeld moet worden met insuline-injecties, kan een aanpassing van de levensstijl soms volstaan om type 2- en zwangerschapsdiabetes te vermijden. Meer over de behandeling van de verschillende vormen van diabetes.
Complicaties
Hart- en vaatziekten, gezichtsverlies, coma, ... Diabetes kan op zowel korte als lange termijn ernstige complicaties veroorzaken als de aandoening niet correct wordt aangepakt. Chronische hyperglykemie is namelijk erg schadelijk voor de bloedvaten. Meer over de complicaties van diabetes.
Preventie
Hoewel de oorzaken van type 1-diabetes nog niet helemaal opgehelderd zijn, kan type 2-diabetes wél worden voorkomen. Meer over de risicofactoren.
Er bestaan meerdere vormen van diabetes, te beginnen met diabetes insipidus en diabetes mellitus. Die aandoeningen staan volledig los van elkaar, al moet je van allebei veel plassen en heb je in beide gevallen voortdurend dorst. Ze zijn alletwee het gevolg van een stoornis van een hormoon: vasopressine in het geval van diabetes insipidus, insuline bij diabetes mellitus.
Suiker uit de bocht
Als we over diabetes spreken, hebben we het meestal echter over deze tweede vorm, die het vaakst voorkomt en ontstaat als de suikerconcentratie in het bloed (de glykemie) niet meer onder controle is. Ook daar bestaan meerdere vormen van, namelijk type 1-, type 2- en zwangerschapsdiabetes.
Om te kunnen werken, heeft ons lichaam voortdurend 'brandstof' nodig. Die wordt geleverd door de energie van de suikers in onze voeding. De glucose in het bloed kan dankzij de insuline (aangemaakt door de alvleesklier) in de cellen dringen, die het meteen gebruiken of opslaan voor later gebruik. Samen met andere hormonen zoals glucagon houdt insuline op die manier het glykemisch evenwicht in stand en voorkomt het een tekort (hypoglykemie) of een teveel (hyperglykemie) van glucose in het bloed.
Bij diabetespatiënten is dat mechanisme verstoord omdat er niet langer voldoende insuline aangemaakt wordt (type 1-diabetes) of omdat de insuline niet meer werkt (type 2-diabetes, zwangerschapsdiabetes). Dat leidt tot een opstapeling van suiker in het bloed en tot chronische hyperglykemie, wat schadelijk kan zijn voor het lichaam.
Symptomen
De belangrijkste vormen van diabetes mellitus zijn type 1-, type 2- en zwangerschapsdiabetes. Die hebben erg verschillende oorzaken, maar worden alle drie gekenmerkt door een ontregeling van de glykemie en vertonen soortgelijke symptomen. Hoe sneller diabetes wordt opgemerkt, hoe beter. Meer over de verschillende vormen en symptomen van diabetes.
Behandeling
Diabetes behandel je door de glykemie terug in balans te brengen en zo het risico op complicaties te verminderen. Terwijl type 1-diabetes behandeld moet worden met insuline-injecties, kan een aanpassing van de levensstijl soms volstaan om type 2- en zwangerschapsdiabetes te vermijden. Meer over de behandeling van de verschillende vormen van diabetes.
Complicaties
Hart- en vaatziekten, gezichtsverlies, coma, ... Diabetes kan op zowel korte als lange termijn ernstige complicaties veroorzaken als de aandoening niet correct wordt aangepakt. Chronische hyperglykemie is namelijk erg schadelijk voor de bloedvaten. Meer over de complicaties van diabetes.
Preventie
Hoewel de oorzaken van type 1-diabetes nog niet helemaal opgehelderd zijn, kan type 2-diabetes wél worden voorkomen. Meer over de risicofactoren.
Type 1-diabetes
Type 1-diabetes treedt meestal op in de kindertijd en maakt 5 tot 10 % uit van de Europese gevallen. Doordat de bètacellen van Langerhans in de alvleesklier die insuline aanmaken, worden vernietigd, kampt het lichaam met een tekort aan dat hormoon. De vernietiging is te wijten aan een auto-immuunreactie waarbij het immuunsysteem de eigen cellen aanvalt omdat het die niet herkent en als vreemd beschouwt. Insuline-injecties kunnen het glucosegehalte in het bloed regelen. Deze vorm van diabetes wordt daarom ook 'insulineafhankelijk' genoemd.
Type 2-diabetes
Type 2-diabetes komt het vaakst voor. De aandoening treedt vooral bij volwassenen op, maar zien we ook almaar vaker bij kinderen naargelang zwaarlijvigheid bij jongeren toeneemt. Type 2-diabetes houdt dus rechtstreeks verband met overgewicht en een tekort aan lichaamsbeweging. Het ontstaat wanneer de lichaamscellen minder gevoelig worden voor insuline en er 'insulineresistentie' optreedt. Als gevolg van die resistentie ontstaat er een overproductie van het hormoon, wat leidt tot een uitputte alvleesklier (die in overdrive schiet om steeds meer insuline aan te maken) en geleidelijk ook tot een afname van de insulineproductie. Uiteindelijk stapelt de glucose zich op in het bloed, met mogelijke gezondheidsrisico's tot gevolg.
Zwangerschapsdiabetes
In dit geval wordt de diabetes veroorzaakt doordat zwangerschapshormonen de werkzaamheid van insuline verminderen. Vrouwen die niet genoeg insuline aanmaken om die ongevoeligheid te compenseren, krijgen hyperglykemie. Over het algemeen verdwijnt zwangerschapsdiabetes na de bevalling, maar het kan weer optreden tijdens een volgende zwangerschap, of later in de vorm van type 2-diabetes.
Symptomen
Type 1-, type 2- en zwangerschapsdiabetes kunnen leiden tot dezelfde symptomen, die rechtstreeks samenhangen met de stijging van het suikergehalte in het bloed. Type 2-diabetes gaat vaak jarenlang onopgemerkt omdat het in het begin weinig symptomen geeft. Ook de symptomen van zwangerschapsdiabetes zijn niet erg duidelijk. Bij patiënten met type 1-diabetes treden de symptomen daarentegen sneller en plotser op.
De symptomen van hyperglykemie omvatten:
- vaak moeten plassen;
- hevige dorst;
- gezichtsstoornissen;
- overmatige eetlust;
- gewichtsverlies;
- ernstige vermoeidheid;
- frequente urineweginfecties;
- trage wondgenezing.
Raadpleeg bij vermoeden van diabetes je arts. Hij of zij zal een bloedonderzoek laten uitvoeren om je glykemie te meten. Als je glykemie in nuchtere toestand bij twee opeenvolgende onderzoeken hoger is dan 1,26 g/l, dan bevestigt dat de diagnose.
Diabetes kan niet altijd worden genezen, maar het kan onder controle gehouden worden en de complicaties ervan kunnen voorkomen worden. Daarvoor moet het glucosegehalte continu gecontroleerd worden om het stabiel te kunnen houden.
Bij type 1-diabetes
Mensen met type 1-diabetes krijgen insuline ter vervanging van de insuline die hun lichaam niet meer zelf aanmaakt. Insuline kan echter niet via de mond worden ingenomen omdat het hormoon zou worden vernietigd tijdens de vertering, en moet daarom worden geïnjecteerd in de onderhuidse vetlaag. Dat kan manueel gebeuren of continu, met een pomp.
De insulinedosis wordt aangepast aan de glykemie, die meerdere keren per dag wordt gemeten, evenals aan het soort voedingsmiddelen dat de patiënt eet en zijn energiebehoefte (bv. sportactiviteit). De behandeling met insuline gaat altijd samen met een aangepast dieet en regelmatige lichaamsbeweging.
Bij type 2-diabetes
Bij type 2-diabetes berust de behandeling in de eerste plaats op een aanpassing van de levensstijl, om het overgewicht tegen te gaan dat vaak voorkomt bij diabetes.
Soms wordt daarbovenop een medicamenteuze behandeling gegeven, die de aanmaak van insuline door de alvleesklier stimuleert of de insulineresistentie van het lichaam vermindert. De eerste behandeling is vaak metformine (Glucophage), maar als dat niet volstaat of niet verdragen wordt, zijn er ook andere opties (glykemieverlagende sulfamiden, GLP-1-analogen, gliniden enz.). In sommige gevallen is uiteindelijk een behandeling met insuline nodig, al dan niet in combinatie met andere antidiabetica.
Bij zwangerschapsdiabetes
De behandeling van zwangerschapsdiabetes met een aangepast dieet en, indien nodig, insuline-injecties is belangrijk om een te hoog geboortegewicht van de baby te voorkomen.
Wanneer hyperglykemie niet wordt behandeld, kan dit onevenwicht op lange termijn complicaties met zich meebrengen. Die zijn vergelijkbaar voor type 1- en type 2-diabetes. Soms blijft diabetes lang onopgemerkt, en zijn deze langetermijneffecten de eerste symptomen. De meest voorkomende complicaties zijn het gevolg van beschadigde bloedvaten door de chronische overmaat van suiker in het bloed. Ze worden onderverdeeld in twee categorieën.
De microvasculaire risico's hebben betrekking op de kleine bloedvaatjes en treffen de ogen, de nieren en de zenuwen. De vroegtijdige aantasting daarvan kan leiden tot een risico op beschadiging van het netvlies (retinopathie) en mogelijk blindheid, een verstoorde nierwerking en mogelijk nierfalen (nefropathie), of een verlies van de tastzin door aantasting van de zenuwen (neuropathie), waardoor er gemakkelijker zwerende wonden ontstaan die onder meer tot een 'diabetische voet' kunnen leiden.
De macrovasculaire risico's hebben betrekking op de grotere bloedvaten, de slagaders. Diabetes verhoogt dus ook het risico op een hart- en vaatziekten zoals een hartinfarct of een beroerte. Dit is trouwens de belangrijkste doodsoorzaak bij mensen met diabetes.
Slecht behandelde diabetes kan ook acute complicaties veroorzaken en zelfs tot coma leiden, namelijk in het geval van 'ketoacidose'. Die complicatie treedt op als het lichaam door het insulinetekort geen glucose meer kan verbranden als energiebron, en overschakelt op vetten. Bij de afbraak van die vetten ontstaan ketonlichamen die toxisch zijn als ze zich in het bloed opstapelen.
Er is nog maar weinig bekend over de oorzaken van type 1-diabetes, maar een genetische aanleg lijkt noodzakelijk om deze auto-immuunziekte te ontwikkelen. De ziekte kan tot op heden dus niet worden voorkomen.
De risicofactoren die het ontstaan van type 2-diabetes (90 % van de gevallen) en zwangerschapsdiabetes bevorderen, zijn daarentegen beter bekend en kunnen gedeeltelijk worden aangepakt. Het gaat om:
- overgewicht;
- een onevenwichtige voeding;
- een zittende levensstijl;
- de leeftijd (ouder dan 40 jaar);
- roken;
- een familiale voorgeschiedenis van diabetes;
- een voorgeschiedenis van zwangerschapsdiabetes.
In sommige regio's in de wereld heeft tot 50 % van de mensen met diabetes (nog) geen diagnose. Screening en een vroege behandeling zou het risico op complicaties nochtans kunnen verlagen. De vaststelling van 'prediabetes', een tussentoestand waarbij de glykemie hoger is dan normaal maar nog lager dan de drempelwaarde voor een diagnose, is een belangrijk alarmsignaal. Als er in deze fase op tijd wordt ingegrepen, kan de evolutie naar diabetes immers worden voorkomen.