Module

BMI berekenen

Om te bepalen of iemand overgewicht of ondergewicht heeft, berekenen diëtisten vaak je BMI (Body Mass Index, of ook de Quetelet-index genoemd). Om iemands BMI te berekenen, kun je het gewicht delen door de lengte in het kwadraat (kg/m²).

Wil je jouw BMI weten ? Voer hieronder je gegevens in om te weten hoe het met je gewicht is gesteld:

Breng een meetlint aan rond je middel, op de juiste plek: meet de middelomtrek tussen de onderste rib en de bovenkant van je bekken, ongeveer ter hoogte van de navel
Je BMI is: 0

Wat betekent mijn resultaat?

Aan de hand van dit resultaat kunt je jouw BMI vergelijken met de index die wenselijk is voor een goede gezondheid. Over het algemeen wordt aangenomen dat:

- Een BMI tussen 18,5 en 25 is doorgaans goed

- Als de BMI lager is dan 18,5, is men waarschijnlijk te mager

- Als de BMI tussen 25 en 30 ligt, weegt men wellicht een paar kilo´s te veel

- Als de BMI tussen 30 en 40 ligt, is men zwaarlijvig

- Vanaf een BMI van 40 spreken we van morbide obesitas.

Ons dossier over obesitas

De BMI-berekening kent echter beperkingen: het is niet geschikt voor zwangere vrouwen, ouderen of atleten. Daarnaast is de berekening voor kinderen niet op dezelfde methoden gebaseerd (zie hieronder). Aangezien de BMI niet aangeeft waar het vet zich precies bevindt, is het meten van de taille ook interessant voor het inschatten van gezondheidsrisico's. Overtollig buikvet verhoogt namelijk het risico op het ontwikkelen van type 2 diabetes en/of hart- en vaatziekten, ongeacht de BMI. De tailleomtrekmeting is een aanvulling op deze indexmeting.

Naar onze dieetvergelijker

Hoe wordt de BMI bij kinderen berekend ?

De Body Mass Index (BMI) wordt berekend door het gewicht te delen door de lengte in het kwadraat. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) definieert deze index als de norm voor het vaststellen van gewichtsproblemen. In wetenschappelijke studies zijn dit soort drempelwaarden vastgesteld voor de beoordeling van risicogebieden, met name voor hart- en vaatziekten.

Maar bij jonge kinderen in de groei liggen de zaken anders. Het gewicht van kinderen wordt gecontroleerd aan de hand van specifieke curven, zoals geslacht en leeftijd. Vóór de leeftijd van 6 jaar weerspiegelt een sterke stijging van de BMI een vroege opleving van de vetzucht. Hoe vroeger zo´n opleving, hoe groter het risico op overgewicht of zwaarlijvigheid in de toekomst. Het is dan ook van essentieel belang om regelmatig een arts (huisarts, kinderarts, ONE, Kind en Gezin) te raadplegen om de groei van het kind op te volgen.

 

lachende baby wordt op weegschaal gewogen

Wat is een groeicurve?

Dat is een specifiek instrument waarmee je de groei van kinderen kunt volgen vanaf hun geboorte tot ze 19 jaar oud zijn. Er zijn lengte-, gewichts- en hoofdomtrekcurven. Aangezien de groei in lengte en gewicht van meisjes en jongens al heel vroeg verschilt, zijn er curven voor meisjes en curven voor jongens. Zij maken het mogelijk om een evenwichtige groei waar te nemen of, in het tegenovergestelde geval, om een mogelijk gezondheidsprobleem op te sporen.

Er zij op gewezen dat elk kind zijn eigen groeisnelheid heeft. Het belangrijkste is niet waar het kind zich op een bepaald moment op de curve bevindt, maar dat zijn of haar groei in de loop van de tijd een regelmatige curve volgt.