Wat kan je doen bij maagklachten?


Ons spijsverteringsstelsel werkt niet altijd zoals het zou moeten.
Veel mensen klagen over maagklachten, een verzamelnaam voor alle problemen in de bovenbuik, zoals brandend maagzuur, maagpijn, zure reflux, een opgeblazen of vol gevoel na een maaltijd. Maagklachten blijven een van de meest voorkomende gezondheidsklachten.
Het is onschuldig en meestal hebben deze symptomen een wisselend verloop, maar verdwijnen ze vanzelf weer.
Maar als je regelmatig last hebt van maagklachten, kan dat heel vervelend zijn. Zo'n 25% tot 40% van de Belgen heeft regelmatig last van maagklachten.
Terug naar bovenWat zijn de symptomen bij maagklachten?
De symptomen kunnen van persoon tot persoon verschillen. Ze komen meestal voor in de maag en slokdarm. Deze problemen kunnen worden veroorzaakt door allerlei verschillende aandoeningen.
Hieronder vind je de meest voorkomende problemen waarbij het gebruik van medicatie die inwerkt op het maagzuur nodig kan zijn. Voor meer informatie over maagzweren kan je ons dossier raadplegen.
Dyspepsie
Dyspepsie (of indigestie) is de medische term voor een moeilijke spijsvertering.
Het wordt gekenmerkt door een aantal symptomen: een opgeblazen gevoel in de bovenbuik, een branderig gevoel in de maag, maagpijn, zure oprispingen en boeren, misselijkheid en een vol gevoel tijdens de maaltijd.
Dyspepsie komt vaak voor: ongeveer 20% van de Belgische bevolking heeft er last van, evenveel vrouwen als mannen. In de meeste gevallen zijn de symptomen onschuldig, want slechts één op de vier mensen met indigestie vindt het probleem ernstig genoeg om een arts te raadplegen.
Reflux
Reflux, ofwel het terugvloeien van maaginhoud in de slokdarm of mond, komt zeer vaak voor. Normaal gesproken is het goedaardig; iedereen heeft wel eens last gehad van opstijgend maagzuur in de slokdarm, bijvoorbeeld na een stevige maaltijd.
Meestal wordt reflux veroorzaakt door een probleem met de sluitspier die de slokdarm met de maag verbindt. Maar reflux kan ook andere oorzaken hebben: een vertraagde maaglediging (“luie maag”), een slechte peristaltische beweging van de slokdarm, een lage speekselproductie of een breukje in het middenrif waardoor de sluitspier niet perfect werkt.
Gastro-oesofageale refluxziekte (afgekort GORZ) treedt op wanneer reflux van maaginhoud een combinatie van symptomen veroorzaakt. Ongeveer 10-20% van de mensen lijdt aan gastro-oesofageale refluxziekte.
Naast zure oprispingen is het meest voorkomende symptoom een branderig gevoel achter het borstbeen. Brandend maagzuur (“pyrosis”) wordt meestal direct na de maaltijd gevoeld. De symptomen verergeren vaak als je voorover buigt of gaat liggen (bijvoorbeeld 's nachts). Ook het dragen van te strakke kleding rond de buik of hoesten kunnen de symptomen verergeren doordat de druk op de maag toeneemt.
Brandend maagzuur wordt meestal geassocieerd met zware maaltijden, vetrijk voedsel, chocolade, koffie, sterke alcoholische dranken en zure vruchtensappen.
Reflux kan zich soms ook op andere manieren uiten, waarbij je niet meteen aan maagzuur denkt: pijnlijk slikken, pijn in de borst gelijkend op hartproblemen (die kan uitstralen naar de hals, rug en tussen de schouderbladen), nachtelijk hoesten, heesheid, het gevoel een brok in de keel te hebben, overmatige speekselproductie en en schade aan het tandglazuur.
In de grote meerderheid van de gevallen is reflux onschuldig. Veel patiënten stoppen na een tijdje met medicatie omdat ze hebben leren leven met hun probleem. Het is ook positief dat de aandoening normaal gesproken niet verergert in de loop van de tijd, maar relatief stabiel blijft.
Slokdarmontsteking
Als refluxproblemen aanhouden en niet effectief behandeld worden, kunnen ze leiden tot beschadiging van de slokdarm. Dit komt omdat de slokdarm, in tegenstelling tot de maag, geen speciale beschermlaag heeft en regelmatig contact met de zure inhoud van de maag kan leiden tot ontsteking van de slokdarmbekleding. Dit staat bekend als reflux-oesofagitis of slokdarmontsteking. Afhankelijk van de ernst kan dit variëren van een gewone ontsteking tot een verzwering.
Symptomen van slokdarmontsteking zijn onder meer een branderig gevoel in de slokdarm, keelpijn, moeite met slikken en pijn in de buurt van het borstbeen, soms uitstralend naar de rug of tussen de schouderbladen.
Barrett-slokdarm
Als de slokdarm jarenlang wordt blootgesteld aan maagreflux, kan zich een Barret-slokdarm ontwikkelen. Kenmerkend hiervoor is dat de wand van het onderste deel van de slokdarm bekleed is met ander slijmvliesweefsel dan normaal. Dit weefsel lijkt meer op dat van de maag, zodat de slokdarm beter beschermd is tegen de zuurgraad van maagsappen. Ongeveer één op de tien refluxpatiënten - voornamelijk mannen - krijgt daadwerkelijk last van een Barrett-slokdarm.
De symptomen bij een Barrett-slokdarm zijn uiteenlopend. Sommige mensen hebben helemaal geen klachten. Anderen hebben jarenlang last van brandend maagzuur, zure reflux of een pijnlijk gevoel achter of onderaan het borstbeen. Ze kunnen ook moeite hebben met slikken of het gevoel hebben dat voedsel niet goed zakt.
Op zich is een Barrett-slokdarm ongevaarlijk, maar het brengt wel enkele risico's met zich mee. Patiënten met een Barrett-slokdarm hebben namelijk een licht verhoogd risico op slokdarmkanker. Hoewel slechts een kleine groep patiënten (minder dan 5%) met een Barrett slokdarm effectief slokdarmkanker ontwikkelt, is het toch belangrijk om de Barrett-slokdarm nauwgezet op te volgen. Hoe eerder de kanker wordt ontdekt, hoe beter deze kan worden behandeld.
Wat zijn de oorzaken van maagklachten?
De precieze oorzaak van maagklachten is vaak moeilijk te achterhalen, maar een aantal (zeer uiteenlopende) factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan of verergeren van maagklachten:
- Te veel eten
- Bepaalde voedingsmiddelen: vette of sterk gekruide gerechten, zure voedingsmiddelen (bv. citrusvruchten), koolzuurhoudende dranken, alcohol, koffie, chocolade, munt
- Roken
- Bepaalde geneesmiddelen, zoals ontstekingsremmers (bv. ibuprofen), pijnstillers (bv. acetylsalicylzuur, beter bekend onder de merknaam “aspirine”) en antibiotica
- Bacteriële infectie (die maagzweren kan veroorzaken) of virale infectie (bijvoorbeeld buikgriep)
- Spanning en stress
- Verhoogde druk in de buikholte (overgewicht, hoesten, niezen of constipatie).
Wanneer kunnen maagklachten een probleem vormen?
Banale maagklachten gaan meestal vanzelf over. Raadpleeg echter je arts als de symptomen regelmatig terugkeren, lang aanhouden, verergeren of veranderen.
Je arts kan vaak een voorlopige diagnose stellen op basis van je symptomen en een lichamelijk onderzoek. Hij of zij kan je algemeen advies geven over veranderingen in je levensstijl of, indien nodig, medicijnen voorschrijven.
Soms is aanvullend onderzoek nodig en zal je arts je doorverwijzen naar een maagdarmspecialist (gastro-enteroloog). Hij of zij kan meer bepaald een endoscopie uitvoeren, een inwendig onderzoek waarbij een kleine camera aan het uiteinde van een flexibele buis via de mond wordt ingebracht om de slokdarm en de maag te onderzoeken.
Een endoscopie wordt echter niet standaard aanbevolen. Het is alleen aangewezen als de symptomen niet verbeteren met voedings- en leefstijladviezen en medicatie, of als de symptomen aanvankelijk verdwijnen om later terug te keren en mogelijk te verergeren. Er zijn echter momenten waarop een onmiddellijke endoscopie noodzakelijk kan zijn, vooral als er bepaalde alarmerende symptomen aanwezig zijn, die een teken kunnen zijn van een ernstigere aandoening.
Terug naar bovenWelke behandeling is het meest effectief bij maagklachten?
De behandeling van maagklachten hangt af van de frequentie, duur en ernst van de symptomen. Behandeling is niet altijd nodig, vooral als de symptomen niet echt ernstig zijn en niet vaak voorkomen. Aangezien de meeste maagklachten vanzelf verdwijnen, is medicatie vaak niet nodig.
Als de symptomen je dagelijks leven verstoren of als de symptomen aanhouden of terugkeren, moet medicatie worden overwogen. Wees je er echter van bewust dat medicatie je niet zal genezen; het zal alleen je problemen beperken door je symptomen te verminderen.
Hieronder vind je al ons advies bij maagklachten.
Antacida of maagzuurbinders
Antacida - met actieve stoffen zoals aluminiumzouten, magnesiumzouten, calciumcarbonaat en natriumbicarbonaat - gaan een verbinding aan met maagzuur om de werking ervan te neutraliseren. Op die manier verminderen ze het effect van maagzuur op het slokdarm- en maagslijmvlies en kunnen ze de pijn verlichten.
Sommige maagzuurbinders bevatten ook alginaat, dat een soort beschermende gel op het slokdarm- en maagslijmvlies aanbrengt. De meerwaarde hiervan moet echter nog worden aangetoond. Hoewel er nu alternatieven zijn voor dit type medicatie, zijn maagzuurbinders vooral geschikt voor de behandeling van tijdelijke, milde symptomen en minder geschikt voor regelmatig, langdurig gebruik.
Antacida werken vrij snel, maar alleen voor een korte tijd. Daarom zijn er meestal meerdere doses per dag nodig. Je neemt ze in wanneer er reflux voelbaar is. Ze kunnen ook van tevoren worden ingenomen als je uit ervaring weet dat reflux gaat optreden, bijvoorbeeld na een stevige maaltijd of vlak voor het slapen gaan.
Bij correct gebruik zijn deze geneesmiddelen over het algemeen veilig, maar er kunnen zeker ook ongewenste effecten optreden. Soms zijn ze gewoon vervelend: een opgeblazen gevoel, winderigheid, constipatie of diarree. Alleen bij frequent, langdurig gebruik zijn ernstigere bijwerkingen mogelijk.
Antacida worden zonder voorschrift verkocht in de apotheek. Vraag je apotheker welk product voor jou het beste is. Enkele bekende merken maagzuurbinders zijn Gaviscon, Maalox Antacid, Rennie en Gastricalm.
Maagzuurremmers
Als maagzuurbinders niet genoeg verlichting bieden, kun je een maagzuurremmer proberen. Je maag zal minder zuur aanmaken, dus de maagsappen zullen minder agressief zijn en je zal eventuele oprispingen minder gaan voelen. Deze medicijnen hebben een langduriger effect dan maagzuurbinders. Ze zijn daarom geschikter voor een behandeling op lange termijn.
H2-Antihistaminica
H2-antagonisten zijn een groep geneesmiddelen die de productie van maagzuur verminderen. Ze verminderen de maagzuursecretie door histamine-2-receptoren in de maagwand te blokkeren. Op deze manier kunnen ze brandend maagzuur bij refluxpatiënten verminderen.
Omdat ze op de lange termijn minder effectief zijn, wordt langdurig gebruik afgeraden. Mogelijke bijwerkingen zijn vooral hinderlijk te noemen: diarree en andere maagdarmstoornissen, huiduitslag, vermoeidheid.
Sinds 2020 zijn er geen H2-antihistaminica meer verkrijgbaar in België. De laatste H2-antagonist is in september 2020 van de markt gehaald, op advies van het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA). Er bleek soms een stof in te zitten die het risico op kanker zou kunnen verhogen bij mensen die er na verloop van tijd veel van consumeerden.
Protonpompremmers (PPI’s)
Een krachtigere groep maagzuurremmers zijn protonpompremmers of protonpompinhibitoren (kortweg PPI's). PPI's remmen de werking van de protonpomp. Deze protonpompen bevinden zich in de maagwand, waar ze de zuurtegraad in de maag regelen. Door de werking van deze protonpompen te blokkeren, wordt de productie van maagzuur verminderd. Resultaat: minder agressieve maagsappen en minder symptomen.
Ze behoren tot de meest voorgeschreven medicijnen ter wereld. Ze zijn bekend onder merknamen zoals Losec, Nexiam en Pantomed. Generieke geneesmiddelen worden vaak simpelweg genoemd naar hun werkzame stof: omeprazol, lansoprazol, esomeprazol, pantoprazol en rabeprazol. In het algemeen worden PPI's niet zonder voorschrift verkocht in de apotheek, met uitzondering van de kleinste verpakkingen van omeprazol en pantoprazol (in lage doseringen).
Alle PPI's hebben een vergelijkbare werkzaamheid. Hun werking is veel effectiever en langduriger dan die van de H2-antihistaminica die artsen vroeger voorschreven. Het duurt echter langer voordat ze effect hebben, soms pas na twee dagen, terwijl antihistaminica al na 1 uur beginnen te werken.
Deze geneesmiddelen zijn effectief en relatief veilig, maar ze worden te veel gebruikt. Meer dan twee miljoen Belgen gebruiken ze, hoewel ze in de helft van de gevallen niet nodig zijn. Ofwel omdat het hun probleem niet verhelpt, ofwel omdat men ze langer dan nodig inneemt.
Maagledigingsversnellers
Gastroprokinetische geneesmiddelen (maagledigingsversnellers) versnellen de passage van voedsel door de slokdarm en in de maag, zodat het minder lang in de maag blijft. Dit vermindert ook het risico dat maagsap terug omhoog stroomt. Deze medicijnen worden ook voorgeschreven om misselijkheid tegen te gaan.
Hieronder vallen metoclopramide en domperidon, beter bekend onder de merknamen Primperan en Motilium. Hun effect op reflux is betwistbaar. Gebruik deze medicijnen zo min mogelijk en altijd in overleg met je huisarts.
Als de combinatie van medicijnen en veranderingen in levensstijl niet voldoende effect heeft op reflux, of als zich complicaties ontwikkelen zoals slokdarmontsteking of een Barrett-slokdarm, kan een operatie aangewezen zijn. Wees je er echter van bewust dat een chirurgische ingreep nooit zonder risico is.
Terug naar boven
Ons advies bij maagklachten
- Eet gezond en evenwichtig
- Vermijd of beperk voedingsmiddelen en dranken waarvan je merkt dat ze symptomen uitlokken of verergeren. De producten in kwestie verschillen aanzienlijk van persoon tot persoon. Probeer te achterhalen welke gewoontes en producten je niet goed verdraagt. Schrap hiervoor één voedingsmiddel per keer om te zien of dit verbetering brengt. Voorbeelden van belastende producten zijn alcohol, koolzuurhoudende dranken, koffie, chocolade, pepermunt, uien, kruiden en citrusvruchten. Een diëtist kan je mogelijk helpen.
- Als je overgewicht hebt of onlangs bent aangekomen, helpt afvallen vaak om de symptomen te verminderen. Tot 10% van je lichaamsgewicht verliezen kan al een groot verschil maken.
- Stop met roken. Naast andere negatieve effecten, verhoogt roken de productie van maagzuur en verslapt het de sluitspier tussen de slokdarm en de maag.
- Als je 's nachts last hebt van maagklachten, kun je het hoofdeinde van je bed met een tiental centimeter verhogen of extra kussens onder je hoofd, nek en schouders schuiven. Hierdoor kan de zure maaginhoud minder gemakkelijk terugstromen van de maag naar de slokdarm en zullen je klachten minder hevig zijn. Op je linkerzij liggen kan ook helpen, omdat de ingang van de maag dan hoger ligt dan de maag zelf.
- Vermijd uitgebreide, vetrijke maaltijden. Het is soms beter om meerdere kleine maaltijden per dag te eten. Neem de tijd om te eten en kauw lang genoeg om een goede spijsvertering te bevorderen. Eet je hoofdmaaltijd ongeveer 3 of 4 uur voordat je naar bed gaat. Naar bed gaan met een volle maag verhoogt het risico op branderigheid in de maagstreek.
- Als je gestrest, angstig of somber bent of slecht slaapt, is het belangrijk om deze problemen aan te pakken, bij voorkeur op een niet-medicamenteuze manier.
- Als je medicijnen gebruikt (bijvoorbeeld ontstekingsremmers of antibiotica) die maagklachten als bijwerking hebben, vraag dan aan je arts of je ze kunt afbouwen of stoppen. Indien nodig kan je overschakelen op een ander medicijn.
- Als de druk in je buikholte toeneemt, verergeren de symptomen, zoals bij hoesten of persen op het toilet. Raadpleeg je arts als je last hebt van aanhoudend hoesten. Voorkom constipatie door veel fruit en groenten (vezels) te eten, veel water te drinken en regelmatig te bewegen.
- Draag geen kleding die strak om de buik zit. Leun niet voorover en buig je knieën als je moet bukken.
We hebben onze krachten gebundeld met het Comité voor de evaluatie van de medische praktijk inzake geneesmiddelen, van het RIZIV. Samen hebben we de belangrijkste aanbevelingen over dit onderwerp in een brochure voor patiënten verzameld. Download hem hier of op de website van het RIZIV.
Terug naar boven