Een tweede job: andere belastingregels al naargelang je statuut

Inleiding
Heel wat mensen hebben een tweede job of overwegen ermee te beginnen. Een nevenactiviteit dus naast hun hoofdbezigheid. De ene doet het om financiële redenen, de andere omdat hij wil uittesten of hij zijn beroepsloopbaan een andere wending kan geven, nog een andere doet het louter voor het plezier.
Stort je hoe dan ook niet halsoverkop in het avontuur. Al naargelang de sector waarin je werkt of het soort activiteit dat je uitoefent, zul je al dan niet gebruik kunnen maken van een fiscale gunstregeling.
Je kunt diverse wegen uit
We belichten in de volgende rubrieken de zes mogelijkheden wanneer je al loontrekkende, ambtenaar of gepensioneerd bent. Bij elk statuut moet je je aan bepaalde voorwaarden houden.
- Flexi-jobs
- Fiscaal voordelig bijklussen
- Occasionele prestaties
- Tweede job als werknemer
- Freelance met een werknemersstatuut
- Zelfstandige in bijberoep
Daarnaast staan we stil bij de twee formules die mogelijk zijn wanneer je je werk bent verloren.
Ook fiscaal kan het alle kanten uit
De belastingregels verschillen volgens het statuut.Een flexi-job is fiscaal het meest interessant. Maar je kunt zo’n job alleen uitoefenen in de sectoren die in de wet zijn vastgelegd. Iets anders is onmogelijk.
Fiscaal voordelig bijklussen kan interessant zijn als je een centje bijverdient in de zogenoemde deeleconomie of als je werkt in een jongeren- of sportvereniging. Ook in dat geval moet je je strikt houden aan de wettelijke regels en vooral aan het maximum dat je mag verdienen. Overschrijd je dat maximum met al was het maar 10 cent, dan zal de fiscus in principe heel je verdienste van het jaar toevoegen aan de inkomsten van je hoofdberoep en ze samen belasten. Ook geldt er voor verenigingswerk een maximaal aantal uren per kwartaal en per jaar. Als je daarboven gaat, worden alle inkomsten uit verenigingswerk onweerlegbaar belast als beroepsinkomsten.
De inkomsten van een occasionele prestatie wordt minder zwaar belast dan die uit je hoofdberoep. Maar het moet echt wel occasioneel zijn. Als je de prestatie regelmatig levert, zal de fiscus je verdienste immers als gewone beroepsinkomsten beschouwen, die hij samen met de inkomsten van je hoofdberoep belast.
Zodra je een tweede job als werknemer hebt, freelancet met een werknemersstatuut of zelfstandige in bijberoep bent, wordt elke cent die je daarmee verdient, opgeteld bij de inkomsten van je hoofdberoep en samen ermee belast, dus tegen de aanslagvoet geldig voor je hoogste inkomensschijf (tot 50 %).
Wij kunnen je helpen
Zit je met een vraag? Wil je méér uitleg? Wij verwijzen je graag naar de dossiers waarin we toelichten wat je als gepensioneerde mag bijverdienen en wat je moet weten als je een zelfstandig bijberoep wilt uitoefenen.
Je kunt ook altijd bellen naar de juridische experts van onze Adviesdienst op het nummer 02 542 34 34.
Als je een nevenactiviteit overweegt in de horeca of in de kleinhandel (bakker, supermarkt, schoonheidsinstituut, kledingwinkel, bloemist ...) kun je eventueel profiteren van de gunstige flexi-jobregeling.
Voor wie?
Je moet al ten minste 4/5 elders werken of met pensioen zijn (vervroegd pensioen is ook oké).Let wel: wanneer je een pensioen trekt, kunnen de inkomsten uit je flexi-job, al naargelang je situatie, toch een financiële impact hebben. Voor meer details: zie ons dossier Bijverdienen als gepensioneerde.
De voorwaarden
- Je moet een specifiek contract tekenen met de werkgever van de flexi-job.
- Tenzij je met pensioen of vervroegd pensioen bent, moet je als werknemer aan de slag zijn bij een of bij meerdere andere werkgevers, en ten minste met een 4/5-arbeidsregeling.
- De voorwaarde van de arbeidsregeling wordt bekeken tijdens het derde trimester vóór het ogenblik waarop je de flexi-job begint. Stel dus dat je in januari 2020 een flexi-job start. Dat is het eerste trimester van het jaar. Dan moet je bij een of meerdere andere werkgevers ten minste 4/5 hebben gewerkt gedurende het tweede trimester van 2019.
- De flexi-job mag in het verlengde liggen van je hoofdberoep, maar je mag hem niet bij dezelfde werkgever uitoefenen.
- Als je de flexi-job in een horecazaak uitoefent, moet deze niet noodzakelijk werken met het witte kassasysteem.
De voordelen
- Je mag een onbeperkt aantal uren werken voor je flexi-job.
- Er geldt geen enkele limiet voor de inkomsten die je uit de flexi-job haalt.
- Je geïndexeerd uurloon moet minimaal € 9,36 bedragen plus € 0,72 vakantiegeld.
- Je inkomen uit de flexi-job is volledig vrijgesteld van belastingen en sociale bijdragen. Het brutoloon is dus gelijk aan het nettoloon.
- Je werkgever mag zich voor de sociale bijdrage die hij voor jou moet betalen, beperken tot 25 % van je loon.
- Je bouwt sociale rechten op met je flexi-job, dus pensioen, vakantie, werkloosheid…
Het is mogelijk om met je hobby of je passie op een fiscaal voordelige manier een centje bij te verdienen als het gaat om een activiteit in de zogenoemde deeleconomie, via een erkend onlineplatform, of om een activiteit in het verenigingsleven, zoals jongeren in een sportclub trainen. De vergoedingen die je daarvoor krijgt, worden in principe immers slechts belast tegen 20 %, met een kostenforfait van 50 %, wat betekent dat je op dat inkomen in de praktijk dus tegen 10 % wordt belast.
Maar er zijn strikte voorwaarden.
Voor wie?
- Werken in de deeleconomie via een onlineplatform: iedereen met uitzondering van werklozen. Let wel: wanneer je een pensioen trekt, kunnen de inkomsten, al naargelang je situatie, toch een financiële impact hebben. Voor meer details: zie ons dossier Bijverdienen als gepensioneerde.
- Bezoldigde activiteit in het verenigingsleven: al wie elders al een job heeft als werknemer en ten minste 4/5 werkt.
Onder welke voorwaarden?
- Als je werkt in de deeleconomie via een onlineplatform, mag je daar over een volledig kalenderjaar, dus van 1/1 tot 31/12, slechts een bepaald inkomen uit halen. Voor 2022 ligt het maximum op € 6 540.
- Voor een bezoldigde activiteit in het verenigingsleven geldt datzelfde maximum per jaar, dus € 6 540 voor 2022, maar daarnaast moet je je ook aan een maximum aantal uren werk per kwartaal en per jaar houden. Je vindt daar alle info over op de website van Verenigingswerk.
- Als je beide klusformules combineert, mag je voor het totaal van je inkomsten niet gaan boven het maximum per jaar dat voor beide formules apart geldt, dus voor 2022 betekent dat dat je maximaal € 6 540 uit beide formules mag halen.
Het is cruciaal dat je de maxima naleeft
Overschrijd de vermelde maxima in geen geval. Anders mag de fiscus het totale bedrag toevoegen aan je gewone inkomen, en dan zullen de inkomsten uit je bijverdienste worden belast tegen je marginale aanslagvoet, het percentage geldig voor je hoogste inkomensschijf (tot 50 %).
Wanneer je occasionele prestaties levert, zonder arbeidsovereenkomst, zijn er twee mogelijkheden:
- Ofwel aanvaardt de fiscus je activiteit als “occasionele prestatie”. In dat geval zullen de inkomsten apart worden belast, als “diverse inkomsten”, en daarvoor geldt een vast tarief van 33 %.
- Ofwel beschouwt de fiscus de inkomsten als beroepsinkomsten en voegt hij ze samen met je andere beroepsinkomsten. In dat geval zul je worden belast tegen je marginale aanslagvoet, het percentage geldig voor je hoogste inkomensschijf (tot 50 %).
Voor wie?
Iedereen.
Onder welke voorwaarden?
- De prestatie moet echt occasioneel zijn.
-
Ze moet absoluut buiten het kader van je professionele hoofdactiviteit liggen.
-
Ze mag geen aanzienlijke investering of financiering van jouw kant vergen.
De voordelen
- Er worden geen sociale bijdragen ingehouden op de inkomsten.
- Je wordt er slechts tegen 33 % op belast.
Het is een dunne grens
De grens tussen wat jij als een occasioneel inkomen beschouwt en wat de fiscus een beroepsinkomen zal noemen, is zeer dun. Geregeld wordt de zaak voor de rechter uitgevochten.
Als je bijvoorbeeld een paar keer per jaar als consultant wordt ingeschakeld, kunnen je inkomsten volgens de rechtspraak als “divers” worden behouden. Als je daarentegen besluit om op je eigen grond fruit te kweken, over een producentennummer voor de veiling beschikt en moet investeren in zwaar materiaal, mag de fiscus het op beroepsinkomsten houden.
Starten met een bijberoep als zelfstandige doe je niet halsoverkop. Er valt vooraf administratief een en ander te regelen en je zult er een strikte boekhouding op moeten nahouden.
We schetsen hier de grote lijnen. Voor meer details: zie ons dossier Wat als je een zelfstandig bijberoep uitoefent ?.
Voor wie?
Je moet een hoofdactiviteit hebben die je ten minste halftijds als werknemer of als ambtenaar uitoefent.
Let wel: wanneer je een pensioen trekt, kunnen de inkomsten uit je bijberoep, al naargelang je situatie, toch een financiële impact hebben. Voor meer details: zie ons dossier daarover.
Onder welke voorwaarden?
Je hebt dezelfde wettelijke verplichtingen als een zelfstandige in hoofdberoep:
- Je moet je inschrijven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen. Die zal je een ondernemingsnummer geven, dat geldt als handelsregisternummer én als btw-nummer.
- Je moet je registreren bij de btw-administratie, in principe een kwartaalaangifte indienen en de geïnde btw aan de Staat terugstorten verminderd met de btw die je kunt recupereren.
- Je moet je aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds voor zelfstandigen (Acerta, Xerius, Groep 5, UCM, enz.). Jaarlijks kost je dat tussen 3,05 % en 4,25 %. Als je dat niet doet, kom je automatisch terecht bij de Nationale Hulpkas, waar de kosten hoger liggen.
De voordelen
- Er is geen beperking qua uren of inkomen. Dus zelfs als je activiteit je meer geld opbrengt dan het loon uit je hoofdberoep, wordt het nog altijd als een bijberoep beschouwd.
- Je mag de kosten die je maakt voor je zelfstandige activiteit fiscaal inbrengen. Als je er niet voor kiest om je werkelijke beroepskosten te specifiëren, heb je recht op een forfaitaire aftrek.
Mogelijk met onaangename verrassingen
- Normaal moet je sociale bijdragen betalen aan je sociaal verzekeringsfonds: in principe 20,5 % van je nettoresultaat van drie jaar tevoren. Maar omdat je bij het begin van je zelfstandige activiteit nog geen drie jaar kunt teruggaan, begint men met voorlopige bijdragen: € 81,76 per trimester (indien voor de kosten het laagste tarief van toepassing is).
Je mag evenwel een vrijstelling aanvragen als je denkt dat je aan minder dan € 1 548,18 inkomen per jaar zult komen. Maar alles zal twee jaar later worden herberekend wanneer je werkelijke inkomsten gekend zijn. Je riskeert dan dus te moeten opleggen.
Wanneer je je bijdragen niet tijdig betaalt, zul je worden onderworpen aan een verhoging van 3 %. - De sociale bijdragen zullen je later geen cent extra pensioen opleveren.
- De fiscus voegt de inkomsten toe aan je hoofdactiviteit. Ook al gaat het om een laag bedrag, het zal dus worden belast tegen de aanslagvoet geldig voor je hoogste inkomensschijf (tot 50 %).
- Als je geen voorafbetalingen doet voor de belastingen, zul je niet alleen de volle pot moeten betalen wanneer je je aanslagbiljet hebt gekregen maar zul je ook een belastingvermeerdering moeten ophoesten. Idealiter doe je daarom elk kwartaal een voorafbetaling (tegen uiterlijk 10 april, 10 juli, 10 oktober, 20 december).
Wat als je een jaar verlies lijdt?
Als je activiteit op het einde van het jaar verlies draait en je daar rekening mee houdt in de werkelijke kosten die je inbrengt, zal de fiscus dat in het begin wellicht aanvaarden. Maar het kan verkeren als je jaar na jaar veel kosten en weinig inkomsten aangeeft.
Je kunt als werknemer kiezen voor een tweede job met een arbeidsovereenkomst.
Voor wie?
Iedereen die reeds als werknemer aan de slag is.
Onder welke voorwaarden?
Dezelfde als voor je hoofdberoep.
Mogelijk met onaangename verrassing
Je tweede werkgever zal zowel sociale bijdragen als bedrijfsvoorheffing voor je inhouden. Maar:
- De fiscus zal het inkomen uit deze activiteit optellen bij dat van je hoofdjob. Dus zul je erop worden belast tegen de aanslagvoet geldig voor je hoogste inkomensschijf (tot 50 %).
- Je tweede werkgever kan voor de bedrijfsvoorheffing op je loon alleen uitgaan van wat je bij hem verdient, hij heeft immers alleen daar weet van. Die inhouding zal later echter meer dan waarschijnlijk veel te laag blijken volgen wat je echt verschuldigd bent. De eindafrekening na je belastingaangifte kan daardoor zwaar uitvallen. Wees vooruitziend en zet wat geld opzij of vraag je tweede werkgever om meteen meer bedrijfsvoorheffing in te houden.
De benaming klinkt tegenstrijdig, maar het gaat vandaag om een stijgend aantal prestaties die voorheen uitsluitend als zelfstandige werden uitgeoefend. Een voorbeeld: naast je hoofdberoep maak je regelmatig vertalingen op freelancebasis. In plaats van te kiezen voor het statuut van zelfstandige kun je je inschrijven bij een zogenoemd payrollbureau, zoals Smart en Tentoo.
Voor wie?
Iedereen die geregeld op freelancebasis voor een of meerdere klanten werkt.
De voordelen
- Het payrollbureau treedt op als je werkgever. Je hebt dus geen ondernemingsnummer nodig.
- Het bureau stuurt de factuur rechtstreeks naar je klanten en volgt de betaling op. Als de klant niet betaalt, start het bureau een procedure op om het geld te krijgen maar betaalt jou ondertussen wel uit.
- Je hebt het statuut van werknemer. Je krijgt dus elke maand een loon volgens je prestaties. Het jaar daarna ontvang je dan ook een fiscale fiche 281.10.
- Het bureau houdt zich bezig met de belastingen en de sociale bijdragen voor jouw activiteit. Het loon dat het aan jou uitkeert, is dus de gefactureerde som min de commissie voor het bureau, de sociale bijdragen en de bedrijfsvoorheffing.
De nadelen
- Het bureau rekent tussen de 6,5 en 8 % commissie aan op wat je verdient.
- Aangezien het inkomen wordt opgeteld bij dat van je hoofdberoep, is de kans groot dat de bedrijfsvoorheffing die erop werd ingehouden, te laag zal zijn. Daardoor zul je waarschijnlijk moeten opleggen wanneer je je aanslagbiljet krijgt. Dat kun je voorkomen door te vragen om meteen een hogere bedrijfsvoorheffing in te houden.
Het gaat om een formule die erop gericht is werklozen te laten uittesten of ze van een bepaalde activiteit zouden kunnen leven vóór ze zich als zelfstandige vestigen.
Voor wie?
Alleen personen met het statuut van werkloze.
Onder welke voorwaarden?
- Je mag al niet met de activiteit zijn begonnen vóór je werkloos was.
- De activiteit mag niet al je hoofdberoep zijn geweest in de zes jaar vóór je werkloosheid.
- Je mag de activiteit om het even wanneer uitoefenen.
- Je moet wel beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt.
- Je moet de activiteit aangeven bij het werkloosheidskantoor.
De beperkingen
- Je kunt je werkloosheid en deze activiteit slechts gedurende maximaal 12 maanden cumuleren. Na een jaar moet je dus kiezen tussen het statuut van werkloze behouden of zelfstandige in hoofdberoep worden.
- De activiteit mag je, na aftrek van de beroepskosten, maximaal € 4 536,48 netto per jaar opleveren (bedrag voor 2022). Als je over die grens gaat, zal je werkloosheidsuitkering worden verlaagd.
Je kunt die twee statuten combineren, maar alleen onder heel strikt voorwaarden. Bovendien zul je dan minder werkloosheidsuitkering overhouden. De wetgeving is streng. Het is beter om dit vooraf goed met je werkloosheidskantoor te bespreken.
Voor wie?
Alleen personen met het statuut van werkloze.
Onder welke voorwaarden?
- Je moet op het ogenblik dat je je baan als werknemer verloor, al ten minste drie maanden hebben gewerkt als zelfstandige in bijberoep.
- Je moet dat bijberoep meteen melden wanneer je je als werkloze gaat inschrijven.
- Bepaalde activiteiten zijn automatisch uitgesloten, bijvoorbeeld een job in de bouw of de horeca, verzekeringsmakelaar … Informeer je dus goed.
- Je mag je zelfstandige activiteit niet uitoefenen tijdens de gewone werkuren (op werkdagen van 7 tot 18 uur) omdat je beschikbaar moet blijven voor de arbeidsmarkt. In het weekend en buiten deze uren ben je vrij om te doen wat je wilt.
Het nadeel
Je kunt niet gewoon je twee soorten inkomsten cumuleren. Het bedrag van je werkloosheidsuitkering zal dus worden verlaagd, volgens wat je als zelfstandige verdient.
Je werkloosheidskantoor kan zelfs beslissen om je uitkering volledig te schrappen als je zelfstandige activiteit méér blijkt te zijn dan een bijberoep vanwege het aantal uren dat je werkt of het inkomen dat je eraan overhoudt.