Supplementen bij labo's: mag dit zomaar?


Wanneer je (huis)arts een staal wil laten analyseren in een labo, heb je er als patiënt geen vat op welk labo, laat staan welke medewerker, dat zal analyseren. Dat kom je doorgaans pas te weten wanneer de factuur van het labo bij jou in de bus valt. Het zijn nochtans net die elementen die mee bepalen of het labo ereloonsupplementen mag aanrekenen. Het kan dus zomaar gebeuren dat voor eenzelfde analyse de ene patiënt een supplement betaalt en de andere niet, zelfs binnen hetzelfde labo. Want enkel de niet-geconventioneerde medewerkers mogen zulke supplementen aanrekenen. Al lijkt er daar geregeld misbruik bij op te treden. In sommige labo's factureren de niet-geconventioneerde medewerkers beduidend meer analyses dan hun geconventioneerde collega's.
Wetgeving schiet te kort
Patiënten moeten dus duidelijk beter beschermd worden tegen zulke supplementen. In 2017 werd de wetgeving daarom wat aangescherpt. Zo werd expliciet vermeld dat labo’s alleen ereloonsupplementen mogen aanrekenen als de patiënt daar op voorhand over geïnformeerd is én zijn toestemming heeft gegeven.
Je zou dan ook verwachten dat zulke supplementen ondertussen verleden tijd zijn, want wie wil er nu bewust meer betalen. En toch blijken die supplementen nog altijd schering en inslag te zijn. Voor het prestatiejaar 2019 ging het bij de Socialistische Mutualiteit alleen al om zo’n 2,5 miljoen euro aan supplementen. Ruw geschat zou dat dus een bedrag tussen 7,9 en 8,6 miljoen euro zijn voor de ganse bevolking.
Kleine bedragen
Hoe kan het dat deze problematiek toch onder de radar blijft? Eén van de mogelijke verklaringen hiervoor is het feit dat het om relatief kleine bedragen gaat, waardoor mensen geen argwaan krijgen. Bij de analyse van de Socialistische Mutualiteit kwam er doorgaans € 1 tot € 6 extra bij, boven op het remgeld. Vele kleintjes maken echter samen ook een fikse winst voor de labo's.
In dit dossier gaan we dieper in op een aantal aspecten van deze problematiek en leren we je onder meer ook wat je zelf kunt doen.
Of een labo al dan niet supplementen mag aanrekenen hangt af van het conventiestatuut van de klinisch biologen die er werken. Wanneer mogen er dan wel supplementen aangerekend worden?
Op je factuur kun je terugvinden of en hoeveel supplementen er werden aangerekend. Althans in theorie. In de praktijk is het vaak niet duidelijk. Lees verder om te zien welke elementen je altijd op je factuur van het labo onderzoek terug zou moeten vinden.
Met een beetje kennis van zaken zorg je ervoor dat je het betalen van supplementen kunt vermijden of van je factuur kunt laten halen. Ontdek hier hoe je de supplementen kunt vermijden of laten verwijderen.
De Socialistische Mutualiteit ging voor het prestatiejaar 2019 na hoeveel supplementen haar leden betaalden. Zij kwamen maar liefst op een bedrag van 2,5 miljoen euro aan supplementen. Hoe gingen deze labo’s te werk?
Dat je als patiënt zoveel moet doen om jezelf te beschermen tegen onterechte supplementen, kan maar één ding betekenen: de wetgeving schiet te kort. Er is dringend een evaluatie en herziening van het Koninklijk Besluit nodig. Hoe kan deze situatie opgelost worden?
Of een labo al dan niet supplementen mag aanrekenen hangt af van het conventiestatuut van de klinisch biologen die er werken. Dat zijn de artsen of apothekers die verantwoordelijk zijn voor de analyses. Enkel wanneer jouw staal wordt geanalyseerd door een niet-geconventioneerde medewerker, mag die ervoor kiezen om een supplement aan te rekenen. Van zodra er binnen een labo één niet-geconventioneerde medewerker is, beschouwt het RIZIV het als een niet-geconventioneerd labo. Dat ze niet geconventioneerd zijn betekent dat deze medewerkers niet akkoord gaan met de tarieven die werden afgesproken met de ziekenfondsen en ze zelf hun ereloon mogen bepalen.
De keuze ligt bij je arts
Als patiënt heb je helaas geen keuze welk labo of welke medewerker jouw staal analyseert. Maar artsen kiezen wél met welk labo ze samenwerken. In de praktijk is dat vaak één vast labo. Een flink deel van hen, zeker in Vlaanderen, kiest daarbij voor een privaat labo, waar niet alle medewerkers geconventioneerd zijn. En dat terwijl dat privaat labo soms wel 50 kilometer verder weg ligt en het ziekenhuislabo om de hoek. Artsen verdedigen deze keuze door de betere service die ze zouden krijgen bij dergelijke private labo’s. Het gaat dan bijvoorbeeld over het meerdere keren per dag ophalen van de stalen. Maar daar dreig jij als patiënt dus de prijs voor te moeten betalen. En bovendien is die service niet per definitie een garantie voor een sneller resultaat.
Niet geïnformeerd? Geen supplementen!
Sinds 2017 is er een Koninklijk Besluit van kracht dat duidelijk stelt dat supplementen enkel mogen worden aangerekend wanneer de patiënt hier vooraf over is geïnformeerd én ermee instemt. Maar wie moet jou dan eigenlijk informeren? De bewijslast ligt hiervoor volgens de wettekst in eerste instantie bij de labo’s. Maar zij schuiven die verantwoordelijkheid vaak door naar de artsen. Ze hebben in de meeste gevallen dan ook geen rechtstreeks contact met de patiënt, maar anderzijds strijken zij wel de winst op ... De voorschrijvende artsen hebben dat direct contact dan weer wel, maar zij innen de supplementen natuurlijk niet. De enige dupe van dit kat-en-muisspelletje is natuurlijk de patiënt, want die betaalt de rekening.
Op je factuur kun je terugvinden of en hoeveel supplementen er werden aangerekend. Althans in theorie. In de praktijk zijn labo-facturen vaak dermate ingewikkeld opgesteld, dat je er als patiënt het raden naar hebt of er nu supplementen werden aangerekend of niet.
Wij leggen hieronder uit welke elementen je erop zou moeten terugvinden.
Iets wat voor ons wel ontbreekt in dit voorbeeld is een duidelijke vermelding van de supplementen in de inleidende brief op de plaats waar het persoonlijk aandeel wordt vermeld.

Datum: dit is de datum waarop jouw staal werd geanalyseerd in het labo.
RIZIV-code/omschrijving: op één staal worden doorgaans heel wat verschillende analyses uitgevoerd. Iedere analyse krijgt op jouw factuur een nomenclatuurnummer. Zo’n nummer is gekoppeld aan een officieel tarief, een bedrag dat het ziekenfonds betaalt en een bedrag dat je als patiënt zelf moet betalen, het remgeld.
Bedrag mutualiteit: Dit is het aandeel van iedere analyse dat de mutualiteit voor haar rekening neemt.Labo’s hanteren over het algemeen de derdebetalersregeling, waardoor ze het volledige bedrag dat het ziekenfonds moet betalen, rechtstreeks met hen verrekenen. Dit bedrag wordt wel nog vermeld op je factuur, maar je hoeft het dus niet voor te schieten zoals vaak het geval is bij andere zorgverstrekkingen. Dit bedrag omvat wel verschillende luiken:
- Percentage van het officiële tarief: Labo's mogen slechts 25 % van het officiële tarief aanrekenen. Dat bedrag is volledig ten laste van het ziekenfonds
- Gedeelte van forfaitair ereloon: Naast de 25 % krijgen labo's nog een forfaitair ereloon. Dat is deels voor het ziekenfonds en deels voor de patiënt. Het RIZIV hanteert hiervoor 4 categorieën. Hoe meer en hoe duurder de uitgevoerde tests, hoe hoger de categorie en dus ook het ereloon.
Remgeld: Naast het gedeelte dat door de mutualiteit wordt betaald, is er voor sommige prestaties ook een gedeelte voor de patiënt zelf, het zogenaamde remgeld. Hoeveel dat bedraagt hangt af van de omvang van het forfaitair ereloon. Het RIZIV hanteert 4 categorieën: hoe meer of hoe duurder de uitgevoerde tests, hoe hoger de categorie, en hoe hoger ook het ereloon en het remgeld.
- niveau 1: geen remgeld
- niveau 2: € 8,7 remgeld
- niveau 3: € 12,96 remgeld
- niveau 4: € 15,67 remgeld
Geniet je van de verhoogde tegemoetkoming dan betaal je voor categorie 2,3 en 4 slechts € 3,72.
Niet-vergoedbare prestaties: Dit zijn de verstrekkingen die aangevraagd en uitgevoerd werden, maar niet worden terugbetaald door de ziekteverzekering. Daar kunnen diverse redenen voor zijn:
- De verstrekking is niet (niet, nog niet of niet meer) opgenomen in de lijst met vergoedbare verstrekkingen;
- Sommige verstrekkingen worden enkel terugbetaald wanneer er al een bepaalde diagnose of indicatie is;
- Enkele analyses worden slechts een beperkt aantal keer terugbetaald;
- De analyse is niet uitgevoerd in functie van de aandoening waarvoor ze volgens de terugbetalingsregels eigenlijk is bedoeld;
- De verstrekking is niet door de correcte voorschrijver aangevraagd.
Maar wat de reden ook is, het gevolg voor jou als patiënt blijft gelijk, namelijk dat jij als patiënt de volledige analyse zult moeten betalen. Soms gaat dat over een klein bedrag, maar in andere gevallen kunnen de bedragen fors oplopen. In theorie moet je als patiënt hierover geïnformeerd worden, maar in de praktijk gebeurt dat zelden of nooit.
Supplement: Eventuele supplementen mogen tot slot enkel op het niet-forfaitair bedrag worden aangerekend, met andere woorden op de 25 % van de tarieven van de tests. Ze zijn altijd voor de rekening van de patiënt.
Verantwoordelijke klinisch bioloog: Dit is de arts of apotheker die jouw analyse heeft uitgevoerd. Op de site van het RIVIZ kun je nagaan of deze klinisch bioloog al dan niet geconventioneerd is.
Zo vermijd je supplementen
Laat in je medisch dossier noteren dat je wil dat al je analyses gebeuren door geconventioneerde medewerkers. Vraag hier ook een schriftelijke afdruk van. Zo heb je altijd zelf iets achter de hand.
Zo haal je onterechte supplementen van je factuur
Krijg je je factuur, dan kun je via de website van het RIZIV alvast nagaan of het labo en de klinisch bioloog die je analyse uitvoerde - als die laatste al werd vermeld op de factuur - al dan niet geconventioneerd zijn.
Zie je echter supplementen op je factuur en was je hier niet van op de hoogte, aarzel dan zeker niet om het labo in kwestie hierover aan te spreken. Durf te zeggen dat je hier niet mee hebt ingestemd en dat deze bijgevolg onwettelijk zijn.
Helaas zijn niet alle facturen even transparant. Geraak je er zelf niet aan uit, neem dan gerust contact op met je ziekenfonds. Zij zijn thuis in het ontleden van zulke facturen en kunnen je haarfijn uitleggen wat er werd aangerekend en of er al dan niet onterecht supplementen op je factuur staan. Ook wanneer er een onenigheid ontstaat met het labo kan het ziekenfonds je met raad en daad bijstaan.
De Socialistische Mutualiteit ging voor het prestatiejaar 2019 na hoeveel supplementen haar leden betaalden. Zij kwamen maar liefst op een bedrag van 2,5 miljoen euro aan supplementen. Het gros daarvan werd gefactureerd door 12 private labo’s. Hieronder vind je in detail hoeveel supplementen deze labo's aanrekenden en hoeveel winst* ze opstreken. We tonen voor ieder labo ook de verhouding van de gefactureerde prestaties door geconventioneerde en niet-geconventioneerde medewerkers enerzijds en het aantal geconventioneerde en niet-geconventioneerde medewerkers anderzijds. Het valt op dat niet-geconventioneerde medewerkers bij deze 12 labo’s zo’n 4 tot 5 keer meer presteren dan hun geconventioneerde collega’s. Daar zit natuurlijk wel wat variatie op, maar een dergelijke wanverhouding roept uiteraard veel vragen op.
*De winstmarge toont de winstgevendheid van een bedrijf. Het cijfer bij iedere grafiek geeft de gemiddelde winstmarge weer voor de periode 2016-2020. Hoe hoger het percentage, hoe winstgevender het bedrijf. Over alle sectoren heen wordt 10% als een gemiddelde winstmarge beschouwd, 20% als goed.
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Naar de website van dit labo
Overgenomen door Medina
Dat je als patiënt zoveel moet doen om jezelf te beschermen tegen onterechte supplementen, kan maar één ding betekenen: de wetgeving schiet te kort. Er is dringend een evaluatie en herziening van het Koninklijk Besluit nodig. Die evaluatie was in principe voorzien, maar de coronacrisis heeft hier stokken in de wielen gestoken. De beknopte analyse van de Socialistische Mutualiteit maakt alvast duidelijk dat de regels opnieuw moeten worden herbekeken.
Dergelijke supplementen zijn in onze ogen volstrekt overbodig en moeten gewoon worden afgeschaft. Het gaat immers om zorgverleners waar je als patiënt niet zelf voor kiest en zelf geen enkel contact mee hebt. Bovendien is het zeker ook niet zoals in sommige andere sectoren dat de labo’s ondergefinancierd zijn. Ze krijgen al zeer mooie vergoedingen vanuit de ziekteverzekering. Zulke supplementen zijn dan gewoon nog meer winst. De private labo’s zijn immers al een winstgevende business. Winstmarges van 20 tot 30% zijn er eerder regel dan uitzondering zoals ook al bleek uit 12 labo's onder de loep. Daarbij komt nog dat klinisch bioloog de analyses niet meer zelf uitvoert, zoals vroeger wel het geval was. Dat gebeurt vandaag allemaal door een machine. De medewerker valideert enkel nog de resultaten.
Daarnaast moet er ook dringend werk gemaakt worden van een transparante factuur. De consument zou op zijn factuur een (voor hem) duidelijke en leesbare omschrijving moeten vinden van de verrichte prestaties, met een duidelijke opsplitsing naar remgeld en supplement dat je moet betalen, en prestaties die niet vergoedbaar zijn. Zo lang zulke supplementen mogen worden aangerekend, moet de patiënt dit meteen heel duidelijk weten.