Nierstenen

Nierstenen zijn vaak vervelend en pijnlijk. Meestal is een ingreep echter niet nodig. De meeste mensen plassen de niersteen immers gewoon uit, soms zelfs zonder er iets van te merken.
Aandoening
Een niersteen ontstaat meestal als gevolg van een hoge concentratie van bepaalde stoffen in de urine. Geraakt de urine oververzadigd door deze stoffen, dan slaan ze neer in de nier. Daar vormen ze kristallen, die uiteindelijk uitgroeien tot een steen. Nierstenen kunnen ook ontstaan wanneer er minder urine wordt geproduceerd, bijvoorbeeld door te weinig vochtopname of hevige inspanningen zonder tijdig drinken.
5 tot 10% van de bevolking krijgt te maken met nierstenen. Mannen hebben er twee tot drie keer meer last van dan vrouwen. Als een familielid in de eerste graad last heeft van nierstenen, hebt u twee keer meer kans om een niersteen te ontwikkelen.
Soms blijven de stenen in de nieren zitten, maar ze kunnen ook loskomen en via de urineleiders, de blaas en de urinebuis een weg naar buiten zoeken. Zijn ze erg klein, dan kan dat zelfs ongemerkt gebeuren, zonder veel pijn. Maar gezien de kleine diameter van de urineleiders, veroorzaakt de doortocht van iets grotere stenen wel veel pijn.
Als een indalende niersteen komt vast te zitten in de urineleider, kan de urine niet meer afvloeien. Dat zorgt voor druk in de nier en spasmen in de urineleider. Vooral die extra druk veroorzaakt de hevige pijn van wat artsen een acute nierkoliek noemen.
Nieren filteren afvalstoffen en een teveel aan water uit het bloed en produceren urine. Ze houden de samenstelling van het bloed op die manier in balans. Bepaalde stoffen in de urine vermijden dat kristalvorming optreedt. Maar bij sommige mensen werken die mechanismen niet naar behoren. Zo kunnen nierstenen ontstaan.