2025 was opnieuw een uitstekend jaar voor de Brusselse beurs. De Bel20 noteert vandaag een stijging van 17,3% sinds het begin van het jaar. Rekening houdend met de uitgekeerde nettodividenden bedraagt het rendement zelfs 19,3%. Brussel bleek dit jaar een van de best presterende beurzen ter wereld te zijn. Door de daling van de meeste grote valuta's ten opzichte van de euro bleef het rendement voor beleggers in euro op de wereldbeurzen beperkt tot gemiddeld +7,6%. De daling van de USD (-11%) woog bijzonder zwaar op het rendement in euro van Amerikaanse aandelen (+4,4% in EUR), ondanks de steun van Amerikaanse technologieaandelen (+16,5% in EUR). Brussel bevond zich in de Europese middenmoot (+17,3%). In grote lijnen presteerden alleen Zuid-Korea (+57,8%), gestimuleerd door de uitstekende vorm van zijn halfgeleiders, Polen (+47,6%), gedragen door de kracht van zijn binnenlandse markt, Brazilië (+28,6%) en de markten van Zuid-Europa nog beter.
Slechts 4 van de 20 aandelen uit de Bel20 boekten sinds het begin van het jaar een negatief rendement. Door het uitblijven van groei baarde de schuld van Azelis (-50,8%, verkopen) beleggers zorgen. Lotus Bakeries (-28,1%, verkopen) had te lijden onder zijn hoge waardering en D'Ieteren (-9,4%, verkopen) onder teleurstellende halfjaarresultaten. Solvay (-8,6%, kopen) zag zich genoodzaakt een winstwaarschuwing te geven. Maar samen maken deze vier aandelen slechts 9% uit van de Bel 20-index, die ten volle kon profiteren van de mooie stijgingen van zijn zwaargewichten: KBC (+51,5%, houden), Ageas (+27,8%, kopen), argenx (+26,1%, houden) en UCB (+26%, houden). Die vier aandelen vertegenwoordigen samen bijna 50% van de Bel 20.
Bij KBC steeg de koers dankzij de zeer sterke (kwartaal)resultaten en het optimisme van de groep (die de jaarvooruitzichten tweemaal naar boven bijstelde). Ageas werd beloond voor zijn recente (grote) overnames die de kasmiddelen aan het werk zetten, de marktpositie van Ageas versterken en de toekomstige groei versnellen. argenx en UCB werden ondersteund door hun stevige verkoopcijfers. argenx zag de omzet van zijn Vyvgart in het derde kwartaal voor het eerst de grens van 1 miljard USD overschrijden en de nieuwe moleculen van UCB (Bimzelx, ...) bleven hun status als groeimotor bevestigen.
Onze 5 favoriete aandelen
Het gaat om, in volgorde van voorkeur: Sofina (financiële holding), VGP (logistiek vastgoed), EVS (audiovisuele oplossingen), Sipef (plantageholding) en Syensqo (chemie).
Sofina: Kleiner geworden decote blijft te hoog
Sofina is een ideaal instrument om een portefeuille te diversifiëren. Deze holding biedt toegang tot een erg brede private-equityportefeuille (niet-beursgenoteerde activa die 93% van de intrinsieke waarde vertegenwoordigen), gespreid over 81 rechtstreekse participaties (55% van de portefeuille) en belangen in maar liefst 564 fondsen die worden beheerd door meer dan 80 fondsbeheerders (45% van de portefeuille), stuk voor stuk toppers op wereldniveau.
De grootste troef van Sofina is zijn uitstekende netwerk, dat het de holding doorheen haar geschiedenis mogelijk maakte om al in een vroeg ontwikkelingsstadium in te stappen in het kapitaal van bekende unicorns (WhatsApp, YouTube, Airbnb, Flipkart, Reddit, TikTok, OpenAI, Mistral AI...).
Ondanks een koers die amper hoger staat dan drie jaar geleden, kan Sofina bogen op een gemiddeld rendement van iets meer dan 10% per jaar over de voorbije tien jaar. In 2022 deden de stijgende rente en een reeks tegenvallers bij enkele grote participaties (Byju’s, Zilingo, The Hut Group, Forma Brands...) de intrinsieke waarde van de portefeuille met 17% kelderen. Het vertrouwen van beleggers kreeg een knauw, wat zich vertaalde in een beurskoers met een forse korting van 30 à 35% tegenover de portefeuillewaarde, terwijl het aandeel de twee jaren voordien nog met een mooie premie over de toonbank ging (tot 30% in 2021).
Na een quasi-stabilisatie in 2023 steeg de waarde van Sofina’s portefeuille in 2024 met 13%, maar daalde ze opnieuw in de eerste helft van dit jaar (-5,8%). Die daling in het eerste semester is echter volledig toe te schrijven aan negatieve wisselkoerseffecten (vooral door de verzwakking van de USD en in mindere mate van het Britse pond en de Indiase roepie). In lokale valuta is de portefeuillewaarde volgens onze schattingen verder geklommen met bijna 4%, en we verwachten dat ze ook in de tweede helft van 2025 is toegenomen. Dat is te danken aan de algemeen hogere waarderingen op de private-equitymarkt, die na enige aarzeling in Europa door de tarievenoorlog, stevig kon herstellen, gesteund door het dynamisme van de beurzen, waaruit opnieuw heel wat beursintroducties en fusies en overnames voortvloeiden in de VS, India en China. Als die trend zich in 2026 doorzet, zal de interesse van beleggers in de holding toenemen en kan de huidige korting van 18% op de intrinsieke waarde snel wegsmelten. De start van een nieuwe renteverlagingcyclus in de VS zal daarbij helpen.
Koers op het moment van de analyse: 237,20 EUR
VGP: Spint garen bij logistieke vastgoedmarkt
De logistiek vastgoedontwikkelaar was al een van onze favorieten voor de 2e helft van 2025 en klokte sinds het begin van die 2e jaarhelft bijna 15% hoger af waarmee het zijn onderwaardering t.o.v. de intrinsieke waarde (91,27 EUR op 30/6 en inmiddels ongetwijfeld weer een stuk hoger) wegwerkte.
Maar de logistieke vastgoedmarkt in Europa lijkt zich goed te handhaven, o.a. dankzij de handels- en geopolitieke spanningen die Europa confronteren met het feit dat het best meer op eigen benen staat wil het zijn bevoorrading in de toekomst niet in het gedrang brengen (meer productie en opslag dicht bij huis in Europa, i.p.v. afhankelijk te moeten zijn van aanvoer vanuit de VS en Azië/China). En ook de vraag vanuit de e-commercesector, die de laatste jaren wat tekenen van afkoeling liet zien, vertoont weer een positieve dynamiek. Dat zorgt ervoor dat de business van VGP loopt als een tierelier.
In de eerste 10 maanden van 2025 werd een record aan nieuwe en vernieuwde huurcontracten ondertekend en werden er 16 projecten opgeleverd (98% daarvan verhuurd). Eind oktober waren er 47 projecten in aanbouw en 72% van de in aanbouw zijnde projecten en nog te ontwikkelen gebouwen zijn al voorverhuurd. Ook de financiering van de toekomstige groei zit snor. Onlangs werden er nog maar eens 17 logistieke gebouwen en 1 parkeergarage voor een totale waarde van 509 miljoen euro overgedragen aan een joint venture met een financiële partner. Die transactie levert VGP zo’n 369 miljoen euro verse kasmiddelen op die het kan aanwenden om nieuwe projecten te financieren. En ondertussen blijven zowel de opgerichte joint ventures met de diverse partners als de installaties voor hernieuwbare energie (steeds meer zonnepanelen daken geinstalleerd) almaar meer geld opleveren.
We verwachten dat VGP midden februari 2026 zal verrassen met spectaculaire jaarcijfers die ongetwijfeld de beleggersaandacht voor het aandeel nog kunnen aanwakkeren en de koers hoger stuwen.
Koers op het moment van de analyse: 98,10 EUR
EVS: Winstgevende groei opnieuw in zicht
EVS is een leverancier van audiovisuele oplossingen voor de productie en het beheer van videocontent. Het voortdurend uitbreidende aanbod aan producten en functies, waardoor de markt die het bedrijf kan bedienen sterk groeit, vertaalt zich duidelijk in de verkoopcijfers.
De resultaten onder het nieuwe management, dat sinds 2019 aan het roer staat, zijn bijzonder bemoedigend en hebben meermaals de eigen verwachtingen overtroffen. Na recordverkopen in 2023 (+16,9%) en 2024 (+14,3%) zou 2025 moeten uitkomen op een stabiele omzet, ondanks het ontbreken van grote internationale sportevenementen (die vooral in even jaren plaatsvinden).
In 2026 zal EVS profiteren van het WK voetbal en de Olympische Winterspelen, evenementen die zowel tijdelijke verhuurinkomsten opleveren als producenten aanzetten tot investeringen. De rentabiliteit stond in 2025 onder druk (de bedrijfsmarge zou zijn gedaald tot 18–19%, tegenover 22,7% in 2024) door de voortdurende investeringen van de groep (technologische innovaties, een verdubbeling van de teams in de Verenigde Staten en van het oplossingenaanbod). Ze zou echter snel opnieuw moeten aantrekken. En de winstgevende groei zal zich erna verderzetten. EVS wil tegen 2030 meer dan 350 miljoen EUR omzet behalen en tegelijk zijn marges op peil houden. Dat impliceert een gemiddelde jaarlijkse omzetgroei van bijna 12% over de komende vijf jaar.
Actief op markten die slechts met enkele procenten per jaar groeien, steunen de ambities van de groep op marktaandeelwinst via innovatieve en uiterst betrouwbare oplossingen, en via talrijke kleine overnames (vier in de voorbije twee jaar) om het aanbod uit te breiden en de verkopen te stimuleren via cross-selling. Dankzij de ijzersterke balans en de gegenereerde liquiditeiten beschikt EVS over de middelen om zijn ambities waar te maken en tegelijk zijn aandeelhouders te verwennen. Voor 2025, 2026 en 2027 heeft het zich al verbonden tot een bruto dividend van 1,2 EUR per jaar.
De sterke resultaten weerspiegelen zich nog niet volledig in de waardering van het aandeel, dat erg aantrekkelijk blijft (koers-winstverhouding voor 2026: 11,2; ondernemingswaarde/ebitda 2026: 7,3), en 15 à 20% lager ligt dan die van zijn beursgenoteerde concurrenten (Evertz, Harmonic…). Kers op de taart: met 78,9% van het kapitaal in free float en een historische referentieaandeelhouder die slechts 5,5% bezit, is EVS bovendien een duidelijke overnameprooi. Kopen.
Koers op het moment van de analyse: 35,10 EUR
Sipef: 2025 wordt wellicht nieuw recordjaar
De plantagegroep Sipef die actief is in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust en zich vooral toelegt op de productie van palmolie en in veel beperktere mate ook op bananen heeft er in 2025 al een stevige beursrit opzitten. Sinds begin dit jaar klom de koers al met 44,7% en inclusief het uitgekeerde dividend bedraagt het nettorendement zelfs 47,9%.
De redenen voor die straffe prestatie zijn terug te vinden in de (aanhoudend) hoge palmolieprijs en de flinke stijging van de palmolieproductie die ervoor zullen zorgen dat Sipef in 2025 beresterke resultaten zal neerzetten en een nieuw recordjaar op zijn palmares kan schrijven. Maar ook al lijkt de palmolieprijs (voorlopig weer even) over zijn hoogtepunt heen, ook voor 2026 en daarna ogen de vooruitzichten erg gunstig, vooral daar naar verwachting de vraag naar palmolie gestaag zal blijven groeien (o.a. door het toenemend belang van biodiesel en de verlaging van importtaksen in diverse landen).
Bovendien zal de groep de komende jaren haar productie normaal verder zien toenemen (al kunnen onvoorspelbare weers- en klimatologische omstandigheden uiteraard altijd de oogsten stokken in de wielen steken). Enerzijds zullen de oliepalmen in Papoea-Nieuw-Guinea die eind 2023 getroffen werden door een vulkaanuitbarsting verder herstellen en opnieuw meer vruchten opleveren en anderzijds blijft Sipef volop investeren in uitbreiding van de beplante oppervlakte (o.a. omzetting van oude rubber- naar oliepalmplantages), herbeplanting, nieuwe infrastructuur en modernisering van fabrieken. Die investeringen kan Sipef gemakkelijk aan gezien de sterke financiële positie van de groep die trouwens opnieuw volledig schuldenvrij is.
Wat de evolutie van de winstgevendheid betreft zullen, naast de productievolumes, de grillen van de palmolieprijzen een belangrijke rol spelen, maar alles lijkt er momenteel op te wijzen dat de marktprijzen op een (minstens) redelijk tot vrij hoog niveau zullen blijven (we schatten gemiddeld ergens tussen 900 en 1100 USD per ton). En met een geraamde productiekost (break-evenpunt) ergens tussen 600 en 700 USD per ton ruwe palmolie betekent dit dat de palmolieproductie voor Sipef erg rendabel is. Door een aantal factoren (weer en klimaatfenomenen, marktprijzen voor palmolie,…) die het bedrijf zelf niet in handen heeft zal de winst jaar op jaar wel meer schommelen en heeft het aandeel een iets hoger dan gemiddeld risico. Maar de erg lage waardering (noteert tegen amper 8,9 keer onze verwachte winst voor 2026 en 0,8 keer de boekwaarde voor eind 2026) maakt dit ruimschoots goed. Kopen.
Koers op het moment van de analyse: 82,20 EUR
Syensqo: Licht aan het einde van de tunnel
De boekjaren 2023, 2024 en 2025 waren voor de specialist in speciaalchemie aanzienlijk moeilijker dan verwacht. Na jaren van een gemiddelde omzetgroei van 6 à 7% per jaar wordt 2025 het derde opeenvolgende jaar met een terugval. De EBITDA 2025 zonder uitzonderlijke elementen, die 11% lager wordt ingeschat dan in 2024, zal ongeveer een derde onder de historische piek van 2022 uitkomen.
In die periode kreeg Syensqo zowel af te rekenen met een verzwakte conjunctuur, die op de volumes woog én op de productmix (met een relatief lagere verkoop van de meest winstgevende producten), als met specifieke tegenslagen op bepaalde afzetmarkten (tragere doorbraak dan voorzien van elektrische voertuigen waarvoor het batterijcomponenten levert, stakingen en veiligheidsproblemen bij Boeing, toenemende concurrentie in de aromasector…). Maar ondanks die stevige tegenwind blijkt dat de prijzen die aan klanten worden aangerekend, gemiddeld weinig hebben geleden (+1% in 2023, -4% in 2024 en in 2025 zo goed als stabiel).
Dankzij de doorgevoerde kostenbesparingen kon de daling van de EBITDA-marge (geschat op 20% in 2025 tegenover 23,6% in 2022) bovendien worden afgeremd. Dat vermogen om de marges te beschermen stelt gerust. Het bevestigt het duidelijke prijszettingsvermogen van de groep in een segment van de chemiesector waar toegevoegde waarde belangrijker is dan volumes. De producten zijn er immers complex, hebben een hoge toegevoegde waarde en worden vaak ‘op maat’ ontwikkeld in samenwerking met klanten wereldwijd. Minder dan 20% van de groepsomzet wordt in de EU gerealiseerd. Op dit moment kan men nieuwe teleurstellingen op korte termijn in de verkoop zeker nog niet uitsluiten. De vraag blijft zwak op tal van de afzetmarkten van de groep (auto-, bouw-, elektronicasector…) en het steeds kortetermijngerichte voorraadbeheer van klanten, ingegeven door de huidige onzekerheid, bemoeilijkt de voorspellingen. Toch beschikt Syensqo over een solide balans (nettoschuld = 1,6 × verwachte EBITDA voor 2025), noteert de koers amper boven de boekwaarde en schatten wij de ondernemingswaarde/EBITDA-ratio voor 2026 op 6,4. Met andere woorden: de slechte berichten zijn al in de huidige koers verwerkt. De profit warning van begin november had zelfs geen effect op de koers. Terwijl Syensqo winstgevend blijft (±4 EUR per aandeel verwacht voor 2025 zonder uitzonderlijke elementen) en zijn activiteiten nog steeds vrije kasstroom genereren, lijken beleggers zich al op de toekomst te richten.
De lage waardering van het aandeel nodigt ons uit om hetzelfde te doen. Op langere termijn biedt de blootstelling van de groep aan structureel groeiende thema’s en markten (energietransitie via elektrificatie, lichtere materialen in transport, de vraag naar halfgeleiders, efficiënt beheer van mijnbouw- en landbouwgrondstoffen, vergrijzing, stijgende defensie-uitgaven...) via zijn speciale polymeren en composietmaterialen (57% van de omzet) uitzicht op een jaarlijkse omzetgroei van minstens 4 à 5% in normale omstandigheden. Met een lichte margeverbetering dankzij voortgezette kostenbesparingen, zou een winst zonder uitzonderlijke elementen van 6 à 7 EUR per aandeel haalbaar moeten zijn tegen 2028. Kopen.
Koers op het moment van de analyse: 70,12 EUR