Als er vrede komt in Oekraïne, zal het (nu al té grote) aanbod aan olie verder toenemen. Daardoor zal de olieprijs dalen, met in zijn kielzog de prijzen van brandstoffen, elektriciteit, transport e.d. Een opsteker voor de gezinnen, want die zouden in dat scenario meer marge krijgen om te consumeren.
Maar wat met de oliemaatschappijen? Dankzij hun efficiëntiewinsten en hun discipline op het vlak van investeringen de voorbije jaren kunnen die bij een olieprijs van 55 à 60 USD per vat nog net een voldoende hoog winstniveau halen om de dividenden en de inkoop van eigen aandelen te financieren.
Ons advies voor de aandelen uit de sector blijft dan ook:
HOUDEN.
Naar aanleiding van de vredesonderhandelingen tussen Rusland en Oekraïne komen de kwesties van de opheffing van de economische sancties tegen Rusland en de opheffing van de beperkingen op Russische olie op tafel. Die situatie weegt op de olieprijs, die nu rond de 60 USD per vat schommelt.
Mocht er de komende kwartalen opnieuw een deel van de Russische olie op de wereldmarkt belanden, dan zou het wereldwijde aanbod immers toenemen, en dat terwijl de markt nu al uitstekend bevoorraad is. In dat geval zou het aanbod de vraag (volgens het Internationale Energieagentschap 4 miljoen vaten per dag in 2026) overtreffen. Misschien dat de olieprijs dan zelfs naar 55 USD per vat zakt.
Elke daling van de olieprijs zal inhakken op de winsten van de oliemaatschappijen. Die zouden wel rendabel blijven, maar ze zullen misschien nóg meer moeten snoeien in hun investeringen teneinde over genoeg cash te beschikken om terug te laten vloeien naar hun aandeelhouders.
Komt er geen of een gedeeltelijk akkoord tussen Rusland en Oekraïne, dan zullen de sancties blijven bestaan en zal een vat Brent-olie wellicht ongeveer 65 USD kosten.
We beklemtonen wel dat de prognoses complex zijn. Een deel van de Russische olie vindt namelijk ook afzet in China, India en Turkije. En vrede in Oekraïne is maar een van de vele factoren die de prijs bepalen.
