Zoals de Bank of Japan vóór haar is de Fed in de val van een inefficiënte en onomkeerbare monetaire politiek getrapt.
Want in de grond deed Bernake niet meer of niet minder dan vaststellen dat de politiek van de laatste jaren één grote mislukking is. Sinds het begin van de financiële crisis in de zomer van 2008 heeft de Amerikaanse monetaire overheid talloze maatregelen genomen: verlagen van de leidende rentevoet tot nul, massale geldinjecties, goedkope leningen aan de banken, massale aankoop van overheidspapier … Dit (tijdelijke) extreem soepele monetaire beleid moest de financiële markten de kans geven om op hun positieven te komen en de economie om uit de recessie te geraken. Maar twee jaar later is er nog niets veranderd, en het zal voor de Fed niet gemakkelijk zijn om het roer weer om te gooien. Ondanks alle inspanningen blijft het herstel onzeker, om niet te zeggen wankel. De massale geldinjecties hebben noch de kredieten, noch de consumptie, noch de economie nieuw leven ingeblazen. Er zit nog altijd geen fut in de vastgoedmarkt en de werkloosheid blijft hoog.
Door alles op alles te zetten uit schrik om niet genoeg te doen, heeft de Fed zichzelf in een uiterst lastig parket gewerkt. Nu de Amerikaanse economie vertraagt kan ze onmogelijk terugkrabbelen op straffe van het schuchtere herstel te smoren. Temeer omdat de financiële sector verslaafd is geraakt aan goedkoop geld en dat hem doen afkicken hem fataal kan worden.
Zoals de Bank of Japan vóór haar is de Fed in de val van een inefficiënte en onomkeerbare monetaire politiek getrapt. De overeenkomst gaat niet verder– in de VS is geen spoor van deflatie – , maar het is wel een serieuze verwittiging voor de Amerikaanse overheid. Nu het monetaire wapen niet meer kan ingezet worden, zal de regering Obama zo goed mogelijk gebruik moeten maken van de budgettaire ruimte die haar rest. De groei van de Amerikaanse en van de wereldeconomie van het komende decennium staat op het spel.