Repareren moet toegankelijker worden

Dat je een defect toestel beter zou (laten) herstellen dan het meteen weg te gooien, is om meerdere redenen van belang. Per jaar produceren we wereldwijd 50 miljoen ton elektronisch afval. Hierbij gaan ook kostbare grondstoffen verloren omdat die niet allemaal gerecycleerd kunnen worden.
Volgens Recupel dankten we in ons land vorig jaar zo’n 44 miljoen toestellen af. Vaak zijn die toestellen niet eens stuk. Slechts 57 % van onze bevraagde leden kocht een nieuw toestel omdat het vorige defect was. Zo blijkt uit onze recente enquêtes waarin we polsten naar de betrouwbaarheid, tevredenheid en levenscycli van huishoud- en hightechtoestellen.
Wanneer je voor reparatie kiest, doe je nochtans niet alleen een duit in het zakje van de planeet. Hoe langer je toestel meegaat, hoe meer waar voor je geld. Win-win, toch?
Niet eens een optie
Helaas wordt herstel vaak niet eens overwogen. 73 % van de bevraagden in onze enquêtes besliste hun defecte kleine huishoudtoestel (stofzuiger, espressomachine, microgolfoven, strijkijzer, keukenmachine, frietketel) niet te herstellen. 46 % deed dat niet voor hun grote huishoudtoestel (vaatwasser, wasmachine, droogkast, koelkast) en 61 % niet voor hun hightechtoestel (smartphone, tv, laptop, tablet, camera, printer).
Struikelblokken zijn talrijk
Zijn we dan zo onverschillig? Wie meteen kiest voor een nieuw toestel, heeft wel degelijk een verantwoordelijkheid. Maar we kunnen er niet omheen dat heel wat struikelblokken de weg naar herstel hinderen. We zijn ervan overtuigd dat iedereen sneller voor herstel zal kiezen, als het toegankelijker wordt gemaakt. Met onze steun aan de campagne Het recht op repareren van Repair&Share (een initiatief van Netwerk Bewust Verbruiken) vragen we dat fabrikanten, handelaars en politici de handen in elkaar slaan en het recht op repareren terug aan de consument geven. Ook jij kan de petitie ondertekenen.
Hierbij vragen we aandacht voor de hindernissen die een reparatie in de weg staan:
Bij de meeste smartphones (behalve de Fairphone) kun je de batterij bijvoorbeeld heel moeilijk zelf vervangen. Bijgevolg passeren de meeste gebruikers langs de fabrikant waardoor ze veel meer betalen voor een herstelling, dan wanneer ze zelf een nieuwe batterij zouden kopen.
Een ander, nog problematischer voorbeeld zien we bij bluetooth-speakers of draadloze oortjes: de meerderheid beschikt over een batterij die je helemaal niet kan vervangen. Eens die batterij stuk is, wordt het dus een wegwerptoestel, terwijl het verder nog perfect zou kunnen werken.
Steeds vaker zien we dat onderdelen van toestellen gelijmd, aan elkaar geklikt of op een andere manier permanent bevestigd worden. Het volstaat dus niet meer om een paar vijzen los te schroeven om bijvoorbeeld je smartphone of bluetooth-speaker uit elkaar te halen, zelfs in grotere toestellen als wasmachines worden die technieken toegepast.
Een poging om gelijmde onderdelen uit elkaar te halen kan leiden tot beschadiging van het toestel. Om het toestel in elkaar te zetten moet je het opnieuw lijmen. Als dit niet goed gebeurt, is het mogelijk minder bestand tegen onder meer stof of water.
De herstelkosten (combinatie van werkuren en vervangstukken) van een reparatie kunnen hoog oplopen. Waarom zou je bijvoorbeeld € 850 betalen voor de herstelling van je tv, als je er voor amper € 100 meer een nieuwe op de kop kunt tikken?
Meld je defecte toestellen
Ook met ons initiatief Te rap kapot willen we fabrikanten aansporen om hun toestellen te ontwerpen op herstelbaarheid en een lange levensduur. Jij kan ons hierbij helpen door je toestellen te melden die te snel kapot gingen. Dankzij jouw meldingen kunnen we eveneens actief meewerken aan verschillende door de Europese Commissie gesubsidieerde projecten die streven naar het beter informeren van consumenten over mogelijke herstelopties (Sharepair) of werken aan een testprogramma om de levensduur van toestellen te kunnen evalueren zodra ze op de markt komen (PROMPT).