Hoe kan je beter en minder strijken?

Schrikt de hoop kleren die gestreken moeten worden je af en ben je bang om de hele dag door te brengen met je strijkijzer? Geen zorgen: hier zijn een paar tips om tijd en energie uit te sparen.
Wassen
Kies voor een kort wasprogramma op koude temperaturen (30 - 40° C). Check altijd het etiket op je kledij of dit mogelijk is. Zorg er ook voor dat de trommel niet te snel draait: ga bijvoorbeeld niet boven de 800 toeren. Dit zorgt ervoor dat kleren minder kreukelen. Hou er wel rekening mee dat korte programma’s minder goed vlekken verwijderen of dat ze meer energie verslinden dan bijvoorbeeld het eco-wasprogramma.
Als je kledingstuk een rits of knopen heeft, is het beter om die te sluiten voor je het in de wasmachine steekt. Ook dit vermijdt kreukels.
Haal je kleren meteen na het wasprogramma uit de trommel. Dit zorgt ervoor dat de kleren geen tijd krijgen om te kreukelen. Als dat niet lukt kan je het wasprogramma op een later tijdstip starten, zodat het wel binnen je schema past. Veel wasmachines hebben ondertussen al zo’n functie: ‘met startuitstel’ heet het dan.
Drogen
Droog je kleren binnenstebuiten. Dit zorgt ervoor dat de vezels van de stof zich uitrekken. Dit geldt echter niet voor alle stoffen. Houd er ook rekening mee dat wassen op minder dan 800 toeren, meer tijd vraagt om je kleren te laten drogen.
Schenk aandacht aan hoe je je kleren ophangt. Gebruik wasspelden op tactische plaatsen zoals op de naden van een kledingstuk. Anders zullen de kreukels in de kleren drogen en wordt het zichtbaar waar de wasspelden hingen. Behoud ook plaats tussen de verschillende kledingstukken op het rek.Strijk de kledingstukken eventueel glad met je hand en hou rekening met de mouwen.Eens de kleren droog zijn, kun je ze gladstrijken met je handen. Gebruik hiervoor een tafel en plaats eventueel zware boeken erop. Vouw ze dan mooi op om ze netjes in de kast te plaatsen.
Speciale gevallen
- Overhemden. Strijk overhemden als ze nog niet helemaal droog zijn. Begin met de kragen en manchetten en ga dan over de grote delen. Trek voorzichtig aan de stof. Als je je overhemden onder een trui draagt, kun je alleen de kragen, manchetten en zichtbare delen strijken. Hang ze dan op aan een kledinghanger met de knopen dicht.
- Droog T-shirts en katoenen kledij ook op de kledinghanger zodat ze al vorm krijgen.
- Broeken hang je best op met wasspelden aan de onderste zoom, aan de broekspijpen onderaan.
- Ondergoed, zoals bh's, kousen, sokken en slipjes hoeven echt niet gestreken te worden.
- Wollen truien en gebreide jurken kan je best drogen door ze op te rollen in een badhanddoek. Plaats die op een vlakke ondergrond en spreid het goed uit en druk voorzichtig op de handdoek (let goed op de mouwen!). Eens de handdoek te nat is, kan je ze vervangen door een droge. Doe dit langzaam en verwijder de kreuken door zachtjes over het kledingstuk te wrijven met de handpalmen. Op deze manier hoef je gebreide en wollen kledingstukken niet meer te strijken.
- Lakens kan je niet strijken. Droog lakens op door ze op te hangen en goed uit te strekken. Vouw ze op eens ze droog zijn en leg ze in de kast. Zo zijn je lakens plat als je je bed opmaakt.
Vind je het toch nodig om te strijken? Hier zijn enkele tips om het vlotter te laten verlopen.
Voor je begint te strijken:
- Gebruik kraantjeswater. Gebruik altijd het soort water dat de fabrikant aanbeveelt. Tegenwoordig zijn gedemineraliseerd en gedestilleerd water niet altijd nodig. Als je last hebt van veel kalkaanslag, kan je kraantjeswater mengen met gedestilleerd water.
- Terwijl je strijkijzer aan het opwarmen is, kan je je kleren verdelen volgens het materiaal en wat er op het etiket staat. Sommige kledingstukken moeten op een lagere temperatuur gestreken worden. Als je dit niet nauwkeurig volgt, kan je je kleren kapot maken.
- Bekijk of het kledingstuk goed gewassen is en er geen vlekken op achtergebleven zijn. Als je toch over de stof zou gaan met je strijkijzer, dan riskeer je de vlekken in te branden.
Tijdens het strijken:
- Strijk als je kleren nog wat vochtig zijn. Dit beschermt je kleren tegen brandvlekken, vermijd dat synthetische vezels smelten en voorkomt vlekken.
- Vermijd ronde bewegingen, je kan de stof te veel rekken.
- Begin met de moeilijk gedeeltes zoals de kraag en mouwen. Ga pas nadien over naar de grote delen en volg altijd de richting van de stof.
- Ga nooit over knopen met een hete strijkijzer. Dit kan het metaal vervormen of het plastiek doen smelten, naargelang van wat ze gemaakt zijn.
- Heb aandacht voor delicate stoffen zoals fluweel en wol. Deze moeten binnenstebuiten en droog worden gestreken. Het is beter om eerst een vochtige doek onder de strijkijzer te plaatsen. Dit geldt ook voor synthetische stoffen en zijde. Bij zijde is het belangrijk om te onthouden dat je niet te veel druk mag uitoefen en niet te veel bewegingen mag maken.
- Laat je kleren koud worden vooraleer je ze weer in de kast plaatst.
Tot slot
Vergeet je strijkijzer niet te onderhouden.
- Laat je strijkijzer volledig afkoelen en maak het reservoir leeg voor je het weer wegzet. Als er toch water overblijft, kan dat kalkaanslag creëren.
- Maak je strijkijzer regelmatig schoon om kalkaanslag tegen te gaan. Volg hierbij de instructies van de fabrikant. Witte azijn of een ander kalkaanslagproduct werken perfect.
Heb je nog geen strijkijzer of zoek je een nieuwe? Bekijk onze vergelijker om de beste voor jou huishouden te vinden.