Hoe testen wij gemalen koffie?

Samenstelling
Vocht
De vochtigheidsgraad van koffie is zeer belangrijk voor de bewaartermijn. Koffie heeft namelijk de neiging om vocht te absorberen, wat zowel de smaak als de bewaartermijn negatief beïnvloedt. Bovendien riskeren zich hierdoor zogenaamde mycotoxinen te ontwikkelen. Dat zijn giftige stoffen die ontstaan uit schimmels en die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid.
Volgens de Belgische wetgeving mag gebrande koffie maximum 5% vocht bevatten, voor gemalen gebrande koffie mag dat maximum 8% bedragen. Producten met een vochtigheidsgraad onder de helft van de wettelijke maximumwaarde, kregen een goede score.
Oplosextract in water
Het oplosextract in water slaat op de hoeveelheid bestanddelen dat in kokend water oplost. Dit zorgt ervoor dat de koffie 'body' krijgt. Koffies die zeer sterk oplossen in water, noemen we over het algemeen 'full-bodied'-koffie.
Alle geteste koffiestalen behaalden het wettelijke minimum van 22% aan droge stoffen, zodat ze allemaal een maximumscore kregen.
Asresten
De analyse van assen in een koffie kan wijzen op de aanwezigheid van minerale stoffen (bijvoorbeeld zand of aarde) en dus op een lagere zuiverheid van de koffie.
Alle producten die aan het wettelijke maximum van 6% beantwoordden, kregen voor deze parameter de maximumscore.
Cafeïne
Het cafeïnegehalte verschilt van de ene koffie tot de andere. Arabica-bonen bevatten over het algemeen minder cafeïne dan robusta-bonen. Bij arabica zal het cafeïnegehalte tussen 1 en 2% liggen, waar dat bij robusta-bonen 2 à 3% bedraagt.
In de testresultaten worden deze waardes louter informatief vermeld aangezien we er in de eindevaluatie geen rekening mee hielden.