Antwoord van expert

De beperkingen van de BMI als maatstaf voor je gezondheid

15 juni 2023
BMI gewicht bepalen

Als je kampt met overgewicht, kan dat gezondheidsrisico’s inhouden. Maar hoe weet je of je te veel weegt? Onze experte Véronique Demierbe legt uit hoe je BMI berekenen nuttig kan zijn, maar wijst ook op de beperkingen van die berekening.
Glass.Mapper.Sc.Fields.Image
Véronique Demierbe
Voedingsexperte
BMI is een eenvoudige, snelle en goedkope manier om te achterhalen of je niet te veel of te weinig weegt, maar heeft ook enkele beperkingen.

Wat is de BMI en hoe wordt die berekend?

BMI staat voor Body Mass Index en verwijst naar een bepaalde verhouding tussen je lichaamslengte en je lichaamsgewicht. Je kunt je BMI zelf uitrekenen door je gewicht in kilo's te delen door het kwadraat van je lichaamslengte in meters. Niet iets dat je zomaar uit het hoofd kunt berekenen? Inderdaad, daarom kun je makkelijk online je BMI berekenen via onze calculator.

Naar onze BMI calculator

Het wenselijke gewicht is een gewicht dat overeenkomt met een body mass index tussen 18,5 en 25 (kg/m²), ongeacht of je een man of vrouw bent. Wanneer de BMI zich tussen 25 en 30 bevindt, spreekt men van overgewicht, en als de BMI meer dan 30 bedraagt, van obesitas. Meer specifiek wordt matige obesitas gedefinieerd als een BMI tussen 30 en 35, ernstige obesitas als een BMI tussen 35 en 40 en zware (of morbide) obesitas als een BMI van meer dan 40.

De BMI geeft een eerste indicatie. Een anamnese en bloedonderzoek kunnen andere risicofactoren en comorbiditeiten aan het licht brengen. Praat erover met je behandelende arts.

Voor volwassenen geeft deze eenvoudige berekening een goed idee van de situatie, maar voor kinderen moet ook rekening worden gehouden met de leeftijd en het geslacht en moet worden verwezen naar de groeicurven die je terugvindt in het Kindboekje van Kind en Gezin. Daaraan kun je zien of het groeiproces vlot verloopt en als dat niet zo is, kan dat wijzen op een gezondheidsprobleem. Het is niet belangrijk waar het kind zich bevindt in de groeicurve op welk moment, maar wel of de curve een regelmatig verloop kent.

BMI houdt geen rekening met vetverdeling

De body mass index geeft weliswaar een goede indicatie van het gewicht, maar geeft absoluut geen informatie over de vetverdeling. Deze informatie is van cruciaal belang om de gezondheidsrisico’s in te schatten. De berekening van de tailleomtrek wordt gebruikt om het overgewicht en de plaats van het vet te bepalen. Daarom wordt in onze BMI calculator ook naar je tailleomtrek gevraagd. Vetophoping kan op twee manieren plaatsvinden:

  • Het gynoïde type: het vet bevindt zich op de dijen en de billen (‘zadeltassen’). Men spreekt ook van ‘peervormige’ obesitas.
  • Het androïde type: het vet bevindt zich vooral op de buik. Men spreekt ook van ‘appelvormige’ obesitas.

Afhankelijk van de plaats van het vet kunnen de gezondheidsrisico’s voor eenzelfde body mass index zeer verschillend zijn. Buikvet, als het visceraal is, is namelijk bijzonder gevaarlijk omdat het het risico op diabetes type 2 en hart- en vaatziekten verhoogt.

Hoe meet je je tailleomtrek?

Het is heel eenvoudig om je tailleomtrek te meten: je plaatst het meetlint ter hoogte van de navel, tussen de heupen en de ribben, en meet bij een uitademing.

Tailleomtrek meten

Deze manier van meten is enkel nuttig bij overgewicht. Bij vrouwen houdt een tailleomtrek tussen 80 en 88 cm een verhoogd gezondheidsrisico in, en bij een taille van meer dan 88 cm een zeer ernstig risico. Bij mannen houdt een tailleomtrek tussen 94 en 102 cm een verhoogd risico in, en bij een taille van meer dan 102 cm een zeer ernstig risico.

Conclusie: vertrouw niet blindelings op BMI

Bij twee personen met dezelfde BMI kan het gezondheidsrisico aanzienlijk verschillen, naargelang van de vetverdeling. Vooral wanneer de vetlaag zich situeert ter hoogte van de onderbuik is het gezondheidsrisico groot, omdat dat tot hart- en vaatziekten en diabetes type 2 kan leiden. De BMI is niet aangepast aan zwangere vrouwen en bejaarde personen omdat hun lichaamsverhoudingen veranderen en hun spiermassa afneemt. Voor sporters geldt dan weer dat ze meer spiermassa hebben en minder lichaamsvet waardoor de BMI ook voor hen geen maatstaf is.

Hoewel de BMI niet perfect is, is het wel een eenvoudige, snelle en goedkope manier om te achterhalen of je niet te veel of te weinig weegt. Samen met de tailleomtrek kun je zo eventuele gezondheidsrisico’s inschatten. Bij twijfel raden we aan om je arts te raadplegen en aarzel niet om een diëtist op te zoeken voor advies op maat.