Hoe wij testen

Hoe testen wij zonnecrèmes?

05 juni 2023
UV rays-zonnecreme kids-creme-

We hebben zonnecrèmes SPF 30, SPF 50 en SPF 50+ getest in de vorm van spray, tube, aerosol en fles. De producten kwamen uit de apotheek, de supermarkt of de drogisterij, wat de soms grote prijsverschillen verklaart. Al zegt de prijs niets over de kwaliteit, zo blijkt uit onze testresultaten.

Op zoek naar een veilige en effectieve zonnecrème? In onze koopwijzer ontdek je welke zonnecrème de beste bescherming biedt.

Vind de beste zonnecrème

Ons onderzoek bestaat uit meerdere delen: een test in het labo, een analyse van de milieu-impact van de ingrediënten en de verpakking en een gebruikerstest. We keken ook de gegevens op de verpakking na en gingen op zoek naar verdachte stoffen.

Labotest

Een goede zonnecrème biedt bescherming tegen zowel uv A- als uv B-stralen. Uv B-stralen doen je huid bruinen, maar ook verbranden, terwijl uv A-stralen de huid vooral doen verouderen. Beide types kunnen bijdragen tot huidkanker.

Er bestaan twee soorten zonnecrèmes: met natuurlijke, minerale filters die het licht reflecteren of met chemische filters die de stralen absorberen en omzetten in warmte. 

Uv A en uv B-bescherming met één methode

De bescherming tegen uv A- en uv B-stralen testen we met een dubbelblinde studie. Dat betekent dat de verpakking van de producten onherkenbaar wordt gemaakt voor zowel de proefpersonen als de onderzoekers. Elk product wordt getest met minstens 10 en maximaal 20 geldige resultaten, afhankelijk van de statistische noodzaak.

Om de daadwerkelijke bescherming te bepalen, gebruiken we de HDRS-methode (voluit Hybrid Diffuse Reflectance Spectroscopy). Deze bestaat uit twee luiken: een in vivo-methode waarbij zonnebrandmiddel of zonnecrème wordt aangebracht op proefpersonen, en een in vitro-methode waarbij metingen worden gedaan op een kunststof plaatje.

Met deze combinatie kunnen we onze metingen doen zonder de huid van de testpersonen in gevaar te brengen. Hun huid wordt zo aan aanzienlijk minder straling blootgesteld.

In vivo: op proefpersonen

In het labo wordt, bij (meerderjarige) proefpersonen met verschillende huidtypes, op een huidoppervlak van gelijke grootte (2 cm2) steeds eenzelfde hoeveelheid zonnecrème (36 mg/cm2) gelijkmatig aangebracht.

Nadat de zonnecrème een kwartier kan inwerken, wordt de huid bestraald door een toestel dat zonlicht nabootst en wordt bepaald hoe de huid hiermee interageert.

In vitro: op kunststof

Een polymethylmethacrylate-plaatje (PMMA) van 25cm2 wordt gelijkmatig ingesmeerd met 1,3 mg/cm2. Na 30 minuten meten we de uv-doorlaatbaarheid van het plaatje voor en na blootstelling van een gecontroleerde dosis straling. Het resultaat wordt vergeleken met een referentieplaatje zonder uv-filters, om zo de doeltreffendheid van de zonnecrème te bepalen. 

Combinatie van beide metingen

Door deze metingen in vivo en in vitro te combineren, verkrijgen we een volledig uv B/uv A-absorptiespectrum van de testproducten en kunnen we de SPF en de uv A berekenen. De bescherming tegen uv A-stralen moet een derde bedragen van de SPF-factor, zoals op Europees niveau wordt gevraagd. 

Deze nieuwe manier van testen is een meer ethisch verantwoord alternatief voor de oude ISO-methode (ISO 24444:2019). Waarschijnlijk wordt dit nieuwe testprotocol in 2025 goedgekeurd als ISO-methode. Cosmetic Europe is voorstander, en wij zijn om ethische redenen alvast overgestapt.

Bovendien wordt dit testprotocl door Cosmetic Europe naar voren geschoven als een mogelijk alternatief voor de huidige ISO-norm. We zijn ons ervan bewust dat dit nog niet de algemene richtlijnen zijn, maar weten dat het nieuwe testprotocol dus de nieuwe ISO-norm zal worden.

Tijdens die overgangsperiode zullen we de volgende regel toepassen. Producten die niet voldoen aan de HDRS-methode worden opnieuw getest volgens de huidige ISO-normen. Op deze manier krijgen we een bevestiging van onze resultaten. Onze Duitse zusterorganisatie Stiftung Warentest gebruikt de HDRS-methode al meer dan 4 jaar. In het begin werden zonnecrèmes getest volgens de ISO-norm en de HDRS-methode met vergelijkbare resultaten. Bovendien heeft het laboratorium dat verantwoordelijk is voor de analyse honderden gegevens verzameld die de overeenkomst tussen de twee methoden bevestigen.

Hertest bij slecht resultaat

Producten die niet voldoen volgens de nieuwe HDRS-methode, worden alsnog hertest volgens de erkende en goedgekeurde ISO-normen (SPF in vivo en uv A in vitro). Dit doen we standaard tot de nieuwe methode wordt goedgekeurd als ISO-norm.

Gebruikerstest

Voor de gebruikerstest deden we een beroep op dertig proefpersonen: vrouwen van verschillende leeftijden, die het gewend waren om cosmetica zoals zonnecrème te gebruiken. We lieten elk van hen iedere zonnecrème uit onze test uitproberen. Net zoals bij de labotest werden de verpakkingen van de producten afgedekt zodat de merknamen niet zichtbaar waren. De proefpersonen gaven een algemene beoordeling en testten de crèmes ook specifiek op de volgende aspecten:

  • Aanbrengen op de huid;
  • Uitsmeren;
  • Absorptie door de huid;
  • Textuur;
  • Kleverig of niet;
  • Vet of niet;
  • Geur;
  • Of de huid wit blijft of niet.

Milieu-impact

Om deze parameter te beoordelen, keken we naar verschillende aspecten:

Ingrediënten

  • Impact van de ingrediënten op het milieu: voor de impact van ingrediënten op het milieu lieten we ons bijstaan door een labo gespecialiseerd in deze zaken. Zij bekeken voor ons tal van zonnefilters en andere ingrediënten uit onze zonnecrèmes die het meest impact hebben op het milieu en gingen na of ze toxisch zijn, of ze afbreekbaar zijn in het milieu, of ze een impact hebben op de koraalriffen of ze zich ophopen in het milieu, planten of dieren, en of ze hormoonverstoorders zijn voor het milieu. Ze baseerden zich hierop wetenschappelijke publicaties.
  • Microplastics: we hebben alle zonneproducten gescand in de Beat the microbeads-app om te achterhalen of ze microplastics bevatten.

Verpakking

  • De verpakking. Koop je het product in zijn eigenlijke verpakking of zit daar nog een andere overbodige verpakking rond?
  • Het materiaal. Van welk materiaal is de verpakking van de zonnecrème gemaakt?
  • De verhouding tussen de hoeveelheid verpakking volgens het labo en de hoeveelheid product vermeld op de verpakking. Een laag cijfer betekent minder afval dat moet worden verwerkt, maar ook minder materiaal dat moet worden geproduceerd en lichter transport.

Verspilling

  • Het verlies. We testen in het labo hoeveel product achterbleef in de verpakking. We testen dit volgens de richtlijnen van het Ecolabel.

Analyse van het etiket

Niet alleen de zonnecrème zelf wordt getest, we nemen ook de verpakking onder de loep voor:

  • De fabrikant en zijn contactgegevens (wettelijk verplicht);
  • Houdbaarheidsdatum;
  • Voorschriften voor gebruik (Europese aanbevelingen);
  • Ongegronde of misleidende claims;
  • (Leesbaarheid van) de ingrediëntenlijst;
  • Informatie in beide landstalen.

Schadelijke stoffen

Er bestaat een lijst van 25 substanties die een allergische reactie kunnen veroorzaken. We gingen na of zonnecrèmes een of meerdere daarvan bevatten. Deze parameter was louter informatief voor volwassen, bij kinderen houden we hier wel rekening mee in de beoordeling.

We controleerden eveneens of er erkende hormoonverstoorders of andere mogelijke schadelijke ingrediënten in de producten aanwezig waren. We baseerden ons daarvoor op adviezen van het Wetenschappelijk Comité voor Consumentenveiligheid (SCCS) van de Europese Unie.

Twee zonnefilters, namelijk octocrylene en homosalate, zien we liever niet aanwezig in zonnecrème tot er meer duidelijkheid is. Producten die deze filters bevatten komen daardoor niet in aanmerking voor onze labels.

Totaalscore

Bij de berekening van de totaalscore lieten we sommige criteria zwaarder doorwegen dan andere:

  • 32,5 % voor de werkzaamheid tegen uv B
  • 32,5 % voor de werkzaamheid tegen uv A
  • 20 % voor het eigen oordeel van de deelnemers;
  • 5 % voor de correctheid van de etikettering;
  • 10 % voor de milieu-impact

Naar de testresultaten